GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Perspolemiek.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Perspolemiek.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De Nieuwe Rotterdammer maakt er ons attent op, dat ze ons verweer in zake Dr. Esser wel aan hare lezers heeft medegedeeld, n.l. in haar Avondblad van 14 Mei 1913. Metterdaad is dit juist, gelijk thans bij inzage van dit Avondblad ons bleek, en \ye haasten ons daarom, niet alleen onze beschuldiging terug te nemen, maar tegelijk tegenover de N. Rotterd. amende honorable te doen. Ze erkende in haar Avondblad van 14 Mei, dat ze een »vei'zuim« had gepleegd, door wel het hatelijke stukske aan het adres van Dr. Esser uit het Bataviaasch Handelsblad over te nemen, maar niet de verdediging die Dr. Esser later zond, en ze voegde daaraan het volgende ter verontschuldiging toe : »In de groote hoeveelheid Indische kranten, die een mail bij ons aan huis brengt en die wij gewoon zijn dadelijk voor ons blad door te werken, is dit antwoord (te weten van , Dr. Esser) ons ontgaan en de heele zaak is ons verder ontschoten n.. Deze verontschuldiging van de Nieuwe Rotterdammer laten we gaarne gelden, want we weten uit eigen ervaring, hoe moeilijk het is bij de »groote hoeveelheid* perslitteratuur, die een journalist heeft te doorworstelen zich nooit »een antwoord te laten ontgaan.

Geldt deze verontschuldiging echter voor haar, dan geldt ze in dit geval zeker in niet mindere mate voor ons. Het bedoelde schrijven van Dr. Esser was door de redactie van het B. H. niet weggestopt in een hoekje, maar als leader geplaatst, en wel in de eerste kolom met groote letters, en met een bijschrift der redactie voorzien Dat de Nieuwe Rotterdammer een zoo in het oog springend stuk niet opmerkte, duiden we haar niet te eu'Vel, maar voegt het haar dan wel zoo streng te oordeelen over een perscollega, die een stuk, dat in haar talrijke kolommen ergens verscholen zat, over het hoofd zag? Daar komt bij, dat het toeval wilde, dat de Nieuwe Rotterdammer in het bedoelde Avondblad op twee geheel verschillende plaatsen een rubriek kerknieuws gaf, een gebruik, dat zeker in onze pers wel exceptioneel is. Na de eers te rubriek doorgelezen te hebben, meenden we dat het kerknieuws nu uit was, en we hebben niet in al de volgende bladen onderzocht, of er nog een nieuwe rubriek Dver het kerknieuws geopend werd. Daar aan was het te wijten, dat dit tweede artikel ons is ontgaan,

In tusschen, waar we dit verzuim gaarne met allen ootmoed willen belijden, mogen we toch niet nalaten te protesteeren tegen een onjuiste voorstelling, die de Nieicwe Rattcrdammer van de zaak zelve, waarom het hier gaat, geeft. Ze voelt wel, dat het onwillekeurig verzuim, dat ze pleegde, door wel het incrimineerende artikel tegen Dr. Esser op te nemen, maar niet diens ant woord, heusch niet onze ernstigste grief was, maar veel meer, dat ze dit stuk overnam, zonder melding te maken, dat de redactie van het B. H. zelf terstond tegen de juistheid van dit ingezonden stuk opkwam, in een onderschrift onder dit stuk geplaatst. Natuurlijk kan hierbij de verontschuldiging, dat dit »de aandacht ontsnapte«, niet gelden; wie het ingezonden stuk uitknipte, heeft dit onderschrift gezien.

De Nieuwe Rotterdammer, die zelf wel voelt, hoe dit tegen haar getuigt, tracht zich nu te redden met de uitvlucht, dat deze critiek niet »terstond* en niet s> in hetzelfde nummer« maar eerst in het volgende nummer zou gestaan hebben. Nu is het bedoelde blad zelf ons in handen geweest; we hebben daaruit in de Heraut de critiek van de redactie van het B. H. letterlijk overgenomen. En indien de Nieuwe Rotterdammer ons niet gelooven wil, laat ze dan de redactie van het B. Handelsblad ter verantwoording roepen, die onder het verweerschrift van Dr. Esser schreef, dat dit verweer eigenlijk niet noodig was geweest, want dat de redactie reeds »in hetzelfde nummer« het bedoelde stuk «gedesavoueerd had«. Het feit blijft dus, dat de Nieuwe Rotterdammer uit het Bataviaasch Handelsblad een stuk overnam, dat zeer compromitteerend was voor het zedelijk karakter van een onzer Zendingsdienaren, niettegenstaande de redactie van dat blad naar haar eigen zeggen dit stuk terstond, in hetzelfde nommer »had gedesavoueerd.

Op den «nachtelijke aanslag* komen we in een volgend nummer terug. Thans ontbreekt ons de plaatsruimte.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 26 oktober 1913

De Heraut | 4 Pagina's

Perspolemiek.

Bekijk de hele uitgave van zondag 26 oktober 1913

De Heraut | 4 Pagina's