GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De beteekenis der wetsidee voor rechtswetenschap en rechtsphilosophie - pagina 68

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De beteekenis der wetsidee voor rechtswetenschap en rechtsphilosophie - pagina 68

Rede bij de aanvaarding van het hoogleeraarsambt aan de Vrije Universiteit te Amsterdam

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

67 wetenschapsideaal, immer weer op de organische eenheid van alle wetskringen te wijzen, gelijk ze in onze wetsidee zoo heerlijk is uitgedrukt.

* * *

§ 4. De beteekenis der Calvinistische wetsidee voor rechtswetenschap en rechtsphilosophie. Wat is nu de beteekenis dezer wetsidee voor rechtsweltenschap en rechtsphilosophie? Ik meen deze beteekenis in drie onderling samenhangende functies van de wetsidee voor het wetenschappelijk denken te kunnen samenvatten. I. de heuristische, 2. de methodische en 3. de kritische. ad lum. De heuristische waarde der wetsidee leerden we reeds kennen. Ze stelde ons in antithetischen zin in staat de verschillende uitgangspunten der rechtswetenschappelijke en rechtsphilosophische stelsels te ontdekken en reeds a priori te bepalen, welke typen van wetsidee tot antinomieën in het rechtswetenschappelijk en rechtswijsgeerig denken moeten leiden. De typen van antinomieën zijn door een analyse der ten grondslag gelegde wetsidee van tevoren te overzien. Door de bezinning op de aan het positivisme ten grondslag liggende wetsidee met name kunnen wij deze geestesrichting in haar metaphysisch karakter doorgronden en de zelfvernietiging van haar positivistisch ken-ideaal voorspellen. Deze weg leidt ons tot het opsporen van de natuurrechtelijke grondslagen in iedere rechtsleer, die zich als positivistisch aandient en tot het bepalen van het karakter van dat gemaskeerde natuurrecht door toetsing aan de ten grondslag liggende wetsidee. Want zonder natuurrecht kan geen positivisme ter wereld leven. ad 2um. De methodische waarde der Calvinistische wetsidee bestaat hierin, dat ze er toe dwingt het principe der souvereiniteit in eigen kring in haar organischen zin ten grondslag te leggen, zoowel aan het wetenschappelijk denken in 't algemeen, als aan het rechtswetenschappelijk en rechtswijsgeerig denken in 't bijzonder. Daarmede is aan alle naturalisme, psychologisme, logicisme, sociologisme, historisme, ethicisme en relativisme in de rechtsleer van tevoren de pas afgesneden. Het recht vormt een souvereinen wetskring, die in organischen samenhang staat met alle andere wetskringen. De rechtswetenschap heeft dus aan te vangen met de wetskwaliteit, de souvereine modaliteit van den juridischen gezichtskring, uit den organisch-kosmischen samenhang der wetskringen te analyseeren en schouwend den zin dezer modaliteit ons tot bewustzijn te brengen. In deze rechtsmodaliteit moeten de analogieën van de modaliteiten der voorafgaande wetskringen worden opgespoord.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 oktober 1926

Inaugurele redes | 114 Pagina's

De beteekenis der wetsidee voor rechtswetenschap en rechtsphilosophie - pagina 68

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 oktober 1926

Inaugurele redes | 114 Pagina's