1907-1908 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 80

70

geert is geen plaats meer. En wij zagen het reeds, dat zulk een causaliteitsbeginsel, dat in nauw verband staat met de mechanische levensopvatting, zich niet in overeenstemming laat brengen met de doelmatigheid, die allerwege in de natuur wordt aangetroffen en die niet anders verklaard kan worden dan door het eerste artikel van onze geloofsbelijdenis: ik geloof in God den Vader, den almachtige schepper van hemel en aarde. Wij komen dus tot het resultaat, indien wi.) de voorgaande beschouwingen samenvatten, dat de mechanische leer te kort schiet, wanneer zij ons den aard der levensverschijnselen zal verklaren. Zij leert ons alleen de grof mechanische verschijnselen verstaan, maar ten slotte blijft er een wezenlijke kern achter, die om elke mechanische opvatting lacht en een onomstootelijk bewijs levert, dat er in de levende cel iets schuilt, dat niet anders verklaard kan worden dan door de werking van eene bijzondere levenskracht, zoodat er een wezenlijk verschil bestaat tusschen de organische en de anorganische wereld. En wij kunnen er nog op wijzen, dat, beroemde physiologen als een Johannes Muller en een Liebig aan het bestaan van een levenskracht geloofden, die echter niet als eene transcendente voorzienigheid moet beschouwd worden, maar als eene inunanente kracht in de cel, die door middel van bekende physische en chemische krachten werkt. In deze werkzaamheid van de cel heeft het vroegere min of meer vage denkbeeld van de levenskracht thans een meer vasten vorm gekregen. In de derde plaats wil ik u thans nog aantoonen, dat de mechanische leer onmogelijk door ons kan aanvaard worden, omdat zij lijnrecht staat tegenover ons Christelijk geloof en tot eene algemeene wereldbeschouwing voert, waartegen wij zoo krachtig mogelijk positie moeten nemen, Romanes sprak het reeds uit, dat de evolutie-theorie alle verschijnselen in de organische natuur onder hetzelfde gezichtspunt zoekt te brengen als de daadzaken der anorganische natuur en als zij dat doel niet volkomen bereikt, zoo heeft ze tot niets gediend dan tot het maken van veel opschudding in de denkwereld. Het was dus voor de evolutie-leer van het grootste belang, dat de

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen