1907-1908 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 70

60 A'

slotte kwam hierbij nog de geweldige invloed van de evolutieleer, inzonderheid toen zij door Danvin, met zijne natuurlijke ensexueele teeltkeus, zulk een grooten rol in de wetenschappelijke wereld begon te spelen. Is het wonder, dat men door de neiging van den menschelijken geest om eenheid in zijne wetenschappelijke kennis te brengen nu ook trachtte de scherpe grens tussclien het levenlooze en het levende uit te wisschen en dat men poogde de continuiteit, die men overal in de organische wereld aan wilde treifen, over te brengen naar het rijk daar buiten ? Achtereenvolgens wensch ik u thans aan te toonen: lo. dat deze mechanische levensopvatting niet voldoende blijkt om ons tot het wezen der levende stof te doen doordringen, 2u. dat zij te kort schiet om ons den aard der levensverschijnselen te verklaren en 3o. dat zij onmogelijk door ons aanvaard kan worden, omdat zij lijnrecht staat tegenover ons Christelijk geloof. In de eerste plaats wensch ik u aan te toonen, dat de mechanische levensopvatting niet voldoende blijkt te zijn om ons tot het wezen der levende stof te doen doordringen. Men kan zich gemakkelijk voorstellen, dat de aanhangers van de mechanische leer met alle krachten er naar streefden om de bestanddeelen der levende stof synthetisch in het laboratorium te bereiden. Bernstein beweerde, dat reeds eene eenvoudige scheikundige verbinding, die het vermogen bezit om uit zekere stoffen van hare omgeving op te nemen, wat tot hare vorming noodig is en daardoor te groeien, aan het begrip van levende substantie zou beantwoorden. Het onderzoek naar de scheikundige samenstelling der levende stof gaat echter altijd met eene eigenaardige moeilijkheid gepaard, want men kan zulk een onderzoek nooit anders doen dan door haar eerst te dooden. Elk scheikundig reagens toch, dat met de levende stof in aanraking komt, verandert of verwoest haar, zoodat wij nooit recht weten of de stof wellicht geheel andere eigenschappen heeft dan gedurende het leven. Het blijft nog altijd eene open vraag of op de levende stof direct mag worden toegepast, wat bij de doode gevonden werd. Nemen wij dit echter aan, dan blijkt, dat slechts 12 van de 70

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen