GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1916-1917 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 18

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

6

reactie van PFEIFFER. Een mengsel van cholera- of typhusbacillen wordt met eene bepaalde hoeveelheid van een overeenkomstig immuunserum vermengd, en dit mengsel wordt intraperitoneaal bij eene cavia ingespoten. Ontneemt men nu op geregelde tijden, bijv. om de 10 minuten, van dit mengsel eene kleine hoeveelheid uit de buikholte, dan gaat het eerst optreden: verlies van de bewegelijkheid door eene verlamming der trilharen der typhusbacillen of cholera-vibrionen, want in den hangenden druppel ziet men geen spoor van eigenbeweging meer, hoewel de ciliën op een dekglaspraeparaat nog zeer goed te kleuren zijn. Daarna zwellen de bacteriën op en vallen zij in eene korrelige massa uiteen, tot dat eindelijk de geheele massa overgaat in oplossing, en dus alle differentieering verdwijnt. Bewaart men zulk serum eenigen tijd buiten het lichaam, dan verliest het zijne bacteriolytische werking. Dat komt daarvan, dat een bacteriolysine 2 werkzame stoffen bevat: een thermostabiele en een thermolabiele; de laatste komt in alle sera voor. Deze stoffen dragen verschillende namen; gewoonlijk noemt men de thermostabiele stof: immuunlichaam; en de thermolabiele: complement. Van deze 2 stoffen werkt het immuunlichaam specifiek ; d. w. z. dat het alleen werkt tegen het micro-organisme, waartegen het proefdier geïmmuniseerd was. Het complement werkt, hoewel in verschillende mate, op alle microben. Ook het complementgehalte van het serum is aan wisselingen onderhevig. Bij verschillende ziekten, vooral bij infectie-ziekten, is het verminderd. Bewaart men een immuumserum, dan veidwijnt het complement geleidelijk, en verliest het dus zijne bacteriolytische werking. Zooals de bacteriolysinen werken op de lichamen der microben zelf en deze tot oplossing brengen, zoo werken de anti-toxinen neutraliseerend of vernietigend op de door de microben afgescheiden toxinen. De anti-toxinen zijn specifiek, d. w. z. bij elk toxine komt een specifiek anti-toxine. De anti-toxische werking is volstrekt niet afhankelijk van de heftigheid der infectie; eene lichte infectie kan eene zeer groote hoeveelheid anti-toxinen doen produceeren; eene heftige infectie dikwijls zeer weinig. Zoo is dan ook begrijpelijk, dat iemand in zijn bloed-serum, zooals ik boven memoreerde, veel anti-stoffen tegenover typhusbacillen kan hebben, zonder het gevoel van ziek-zijn zelfs te hebben

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1917

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 98 Pagina's

1916-1917 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 18

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1917

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 98 Pagina's