1923 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 46

36 ming van de organisatie der diergroepen in de palaeontologic. De voorstelling, dat dit alles is geëvolveerd door een blind toeval, een soort dobbelspel met atomen, is een apriorisme, dat juist door den richtingsgang, die ligt in dat evolveeren der groepen van beneden naar boven, direct wordt weersproken. Maar diezelfde resultaten van palaeontologie in verbinding met die der geologie kunnen door hun feitelijke waarde ons den oosterschen vorm van b.v. het scheppingsverhaal van Genesis verduidelijken voor onze westersche meer intellectueele ligging. Intellectueel bekeken wij westerlingen het scheppingsverhaal toch al en stelden ons toch alles precies voor tot in de kleinste bijzonderheden, al wist onze pluizerige geest gelukkig meestal wel, waar ze moest blijven staan. De pluizerige geesten echter, die niet wisten, waar ze moesten blijven staan, kwamen, ook mede door het schijnbare conflict tusschen Bijbel en Wetenschap, tot twijfel en zelfs tot afval. Maar zelfs moeten we verder gaan. Is nu een mechanistische determinatie op zichzelf in strijd met Gods Woord? Allerminst als we maar juist weten, waar we hiermee moeten eindigen. Als we maar niet het apriorisme gaan huldigen, dat die mechanistische determinatie alleen ook verder werkt dan de chemischphysische wereld en voor zoover het chemisch-physische aan de or)?anische wereld ten grondslag ligt. En zoo kunnen we niet zonder te kort te doen aan de waarheden, in Gods Woord gelegd over de schepping, alleen maar afwijzen een wordingsgeschiedenis der aarde in geologischen zin, zooals Lyell en vele volgelingen met te huldigen vernuft en scherpzinnigheid hebben afgelezen uit dat groote boek der natuur, handelend over Gods almacht en grootheid, waarin volgens een bekende vergelijking de aardlagen bladzijden en de fossielen letterteekens zijn. En nu mogen zij dikwijls den dieperen zin niet hebben gevat of verkeerd hebben verklaard of eiken dieperen zin ten eenenmale hebben ontkend, hun letterlijke vertaling is waardevol en wij kunnen door het ijverig naspeuren dier onderzoekers zekerder lezen. Wij kunnen door het licht, dat Gods Woord ons ontsteekt, ook dien dieperen zin lezen, die menig scherpzinnig natuuronderzoeker ontgaat, maar omgekeerd kan ook menige bladzijde uit Gods Woord ons duidelijker worden door nauwkeuriger kennis der natuurverschijnselen ook der geologie. En zoo spreken ons in de palaeontologie die fossielen toe als letterteekens, ze laten ons lezen, hoe in vroeger perioden der aarde diergroepen opeens bleken te leven, hoe ze later tot hoogen bloei, uitbreiding en ontwikkeling kwamen, om ten slotte weer te gronde te gaan,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen