1924 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 38

30

leenden zich niet goed voor verder onderzoek, omdat het meestal afdrukken waren in steenkolen. Toen evenwel in het Carboon van Schotland (calciferous sandstone series), in Lancashire en Yorkshire in Engeland, in Frankrijk (Autun) en andere gebieden echte versteenigen gevonden werden, konden anatomische onderzoekingen zich doen gelden, Potonier besloot op die gronden tot den naam Cycadofilices, aangezien de secundaire weefsels herinneren aan de Gymnospermen en soms aan de Dicotylen, de primaire daarentegen aan de Varens, Wij durven opmerken, dat op grond van den inwendigen bouw te besluiten tot het nietVaren of het niet-Gymnosperm zijn, aan bedenking onderhevig is. De reden noemden wij reeds: de onvolledige kennis der vergelijkende anatomie der planten. Toen Oliver en Scott een zaad vonden, dat zeer hoog ontwikkeld was (Lagenostoma Lomaxi), meenden zij op eenige gronden, dat dit de fructificatie was van een bekende plantenres.t, de Lyginodendron Oldhamium. Die gronden noemden we reeds. Maar zij zijn o,i, nog minder waarschijnlijk dan de anatomische. Het voorkomen van de resten in dezelfde laag kan geen bewijs zijn. Wel is het, zal de conclusie van de onderzoekers juist zijn, noodzakelijk. Evenwel ,,den Autoren, die aus dem bloszen Zusam.menvorkommen von Samen mit „Farnen" auf die Zusammengeliörigkeit schlieszen, ist am wenigsten Glauben beizumessen" ^), De küerharen op de cupula van Lagpnostoma , welke precies gelijken op die op de bladeren van Lyginodendron, moeten verder de bindende schakel wezen. Hef past ons niet te oordeelen over de vraag of men uit de slijpplaatjes dier haren tot hun gelijken bouw besluiten kan, W e begrijpen evenwel de ondeugende opraerkig van Lotsy, dat men op die toanier de amandels aan de kerseboomen kan laten groeien, aangezien die twee boomen beide aan hun bladeren dezelfde nectariën dragen! „Sogar die Uebereinstimmung in der Struktur der Drüsen der Cupula von Lagenostoma und Blatter von Lyginodendron ist nicht absolut beweisend" ^), Wanneer Oliver er op wijst, dat de vaatbundel van 't zaadsteeltje van Lagenostoma in bouw precies gelijkt op die in het dunne bladsteeltje van Lyginodendron, dan hechten we daaraan wel meer waarde, En ook, als ons medegedeeld wordt, dat een ander zaad (La^iTenostoma Sinclair)) gevonden is in verbinding met een varenaöhtig blad, dat jammer genoeg een gereduceerde lamina had. Volgens White zijn er ook in Amerika gevonden, I) Qothan. Handw. Naturw. T. 7. S. 424. 2] Lotsy. Vortrage enz. 1913. T. IL S. 718,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen