GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

1940 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 78

Bekijk het origineel

1940 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 78

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

62 / Il UI IV V VI VII

Het zich zinvol ingeschakeld weten in het geheel van het zijnde Het geheel van het zijnde wordt gevoeld als oergrond van alle deelen Deze oergrond wordt gevoeld als „grond van mijnen grond Deze oergrond ts God De eisch wordt gevoeld tot gehoorzaamheid en verantwoor ding van schuld aan God den oergrond God vergt overgave Een houding van overgave wordt benaderd. De eisch woidt als dringend erkend, maar geeft met duidelijk richting Deze eisch, deze overgave worden tot gronddirectief van het leven

D e eerste drie treden noemt de schrijver de grondpijlers der religiositeit, de vierde is als het begin van geloof te zien de laatste d u e als godsdienstig geloof Bij deze treden van religieus beleven en geloof behooren overeenkomstige treden van onreligiositeit en ongeloof D e schrijver stelt zich nu de v i a a g aldus H o e komt het dat het boven beschreven proces zich slechts bij enkelen volkomen zuivci bij sommigen slechts gedeeltelijk bij een met klem aantal m het geheel niet voltrekt'^ De meegedeelde gegevens berusten op ervaringen bij tal van men schen, maar de schrijver is zich tegelijk bewust dat de ervaring niet zonder vooringenomenheid w o r d t opgedaan M e n rangschikt en accentueert anders wanneer men langs anderen dan psychologischer weg geloof heeft m het bestaan Gods dan wanneer men dit geloo*^ niet heeft D e schrijver is er van overtuigd dat zijn uiteenzetting dat het geloof een ontwikkeling is, dat het geloof ,onherleidbaar' is afhangt van zijn eigen geloof, maar evenzeer is hij er van overtuigd dat de ongeloovige godsdienstpsychologen ook F i e u d zich m hun onderzoekingen hebben laten leiden dooi hun vooropstellinq dat de Godsbeleving wel herleidbaar is en door de vooronderstelling dat ongeloof een hoogere trede van ontwikkeling is en geloof een fixatie op lagere trede of een regressie tot een lagere trede van den werkelijkheidszin N a aldus zijn uitgangspunt geformuleerd te hebben gaat de schrijver de verschillende tiappen na die hij opgesteld heeft In de beleving van ,,het zich zinvol ingeschakeld voelen in het geheel van het zijnde", dat vooral m de puberteit optreedt is het door V o n M on a k o w beschreven ,,religieuze instinct ' aan het werk De dooi braak van deze beleving kan worden belemmerd door de volgende factoren een geestelijke groeistoornis eenzijdige accentueering van het intellect starheid van het mtegratieve proces afwending van de emotioneel-mtuitieve zijde van het leven uit angst vooi de drift en symboolblindheid Deze factoren kunnen deels m den aanleg woi telen, deels gevolg zijn van neurotische verwikkelingen in het ziele-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1940

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 150 Pagina's

1940 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 78

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1940

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 150 Pagina's