GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De bevooroordeeldheid der exegese - pagina 24

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De bevooroordeeldheid der exegese - pagina 24

Rede gehouden ter viering van den 68sten verjaardag der Vrije Universiteit

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

hebben (vgl. noot 18), is dat slechts tot op zekere hoogte juist. Zeer zeker is het denken in het algemeen (we spreken hier niet over de vraag, of men zonder woorden denken kan) door de taal belieerst, maar dat neemt niet weg, dat het denken nog wel een nieuwen inhoud kan krijgen in zijn taal, b.v. door exegese en daardoor, waar het hier voor ons op aankomt, tot een ander oordeel over de Schrift kan komen. Schleiermacher behandelt dit punt te formeel, d. i. afgedacht van den inhoud van het denken, anders gezegd te idealistisch, te weinig existentieel. Van belang is hier ook de perspicuitas Sacrae Scripturae, die in de bestaande taal iets nieuws kan schenken. Anders gezegd, men brengt bij het exegetiseren zeker zichzelf mede, vgl. A. Kuyper, Band OAVtt het Woord, Amsterdam, 1899, bl. 31, maar dat zelf is niet een constante, een onveranderlijke grootheid. De Schrift roept telkens op om h a a r te lezen, te onderzoeken, dat onderstelt, dat zij aanvaardbaar is, hetgeen ook betekent, dat zij een verandering brengen kan in de meest fundamentele gedachten der mensen. Het Woord is objectief, de subjectiviteit is aan den mens gebonden. Deze subjectiviteit mag en kan het Woord Gods niet van karakter veranderen. Wanneer ik iemand iets beveel, zie ik, of hij het doet of niet doet, verandert of niet verandert, vgl. bl. 10. Zo kan het Woord Gods het menselijk subjectieve veranderen. Aldus kan de wereldbeschouwing, die over de Schrift veranderen onder den invloed der Schrift, ook het geloof aan een gesloten causaliteit, dat geen wonderen aanvaardt, vgl. Fascher, a. w., bl. 99. De Schrift moet oordelen over alle vooroordelen. 3*) Vgl. O. A. Piper, Principles of Neuf Test. Interpretation, Theology Today, 3, 2, Juli 1946, bl. 197 vlg. Concrete gevallen behandelt E. von Dobschütz, Der Historiker u. d. N. T., ZNTW, 32, 1933, bl. 45 vlg., 49. 38) Misschien staat het even anders bij de Roomsen. Hun leer, dat de in de kerk wonende Geest bekwaamt tot een onfeilbare uitlegging, is zeker niet met zovele woorden duidelijk in de Schrift te lezen en wordt door velen bestreden, die toch het gezag der Schrift volledig aanvaarden en in haar geinspireerdheid geloven. Men zie voor de leer van de authentieke interpretatie der kerk b.v. Th. Steltenpool, Katholiek Vooroordeel, De Linie 1, 38, 39, 20, 27 Dec. 1946. Dan S. Székely, Hermeneutioa Biblica, Freiburg i. Br., 1902, bl. 338 vlg., waar o. a. ook betoogd wordt, dat de authentieke interpretatie deel is van de leer. Wel betreft deze interpretatie alleen de zaken van geloof en leven. Eome leert ook binding aan den consensus patrum, dat is zeker een zeer grote bevooroordeeldheid. De Protestanten hebben steeds beweerd, dat de uitspraken der belijdenis, ook de exegetische (uitlegging van de wet en het Onze Vader), mochten herzien worden naar de Schrift, d. w. z. hier is geen kerkelijke bevooroordeeldheid. •**) Zie Hermeneutiek, bl. 40 vlg.; 78 vlg. Bij de leiding des Geestes doet zich nog een andere kwestie voor. Die leiding is objectief noodzakelijk, ook al erken ik haar subjectief niet. Het leek me echter niet noodzakelijk nader in te gaan op het onderscheid tusschen een objectieve en een subjectieve materiële bevooroordeeldheid, omdat de materiële even objectief is als de formele. Niemand wil subjectief bevooroordeeld zijn, hij wil hoogstens erkennen, dat hij objectief bevooroordeeld is en niet anders kan zijn. Men kan zich daar van bewust zyn en tot op zekere hoogte (maar ook niet meer dan dat) zijn objectieve vooroordelen kiezen, ^^) Over het geloof, dat de Schrift waar is, zou veel te zeggen zijn. Het kan betekenen het gewone menselijke geloof, dat de mededelingen der Schrift juist zijn, dat haar vermaningen nuttig zijn, dus wat we gewoon zijn het historisch geloof te noemen, het kan ook betekenen, dat de Schrift mij persoonlijk den weg ter zaligheid wijst, vgl. J. C. Sikkel, De Heilige Schrift en haa/r verkleuring, Amsterdam, 1906, bl. 7. We hebben echter dit

22

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 oktober 1948

Rectorale redes | 28 Pagina's

De bevooroordeeldheid der exegese - pagina 24

Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 oktober 1948

Rectorale redes | 28 Pagina's