GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Albrecht Dürer en tie Reformatie.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Albrecht Dürer en tie Reformatie.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Dr Ji. Uicdeiua. .VUn-eclit üürer eii de Hefoniiatie. Met 32 afbeeldingen.N. V. Uitg. Mij „De Tijdsli-oom", Huis ter lieide.

Albrecht Dürer, — ei' zijn er niet veel, die hem niet kennen.

Zijn houtsneden, kopergravures en schilderijen hebben den naam van Dürer wel populair gemaakt.

En zijn voorliefde voor bijbelsche motieven, nailer nog zijn uitgesproken vriendschap' voor de groote keAhervorming, die tijdens zijn leven een aanvang nam, en waarvan men hem een der voor-Icopiers noemt, hebben hem te gereeder ingang doen vinden bij de protestantsche volkskringen.

Waar vindt men zijn houtsneden niet? En hoe bekend zijn niet de tot gebed gevouwen handen, die men b.v. aantreft op de titelpagina van een bij den heer Kok te Kampen uitgegeven studie, over het ^ebed, van ds Knap Sr; een vooïstudie voor een door Dürer ontworpen altaarstuk?

Dürer is geboren te Neurenberg 21 Mei 1471 en gestorven den 6en April 1528.

Deze sterfdag is dus in deze maand 4 eeuwen geleden.

Het feit, dat in ^PJ"!! 1928 de dood van Dürer voor 4 eeuwen te herdenken viel heeft in onze pers algemeen de aandacht getrokken. Heel wat bladen en illustraties hebben zijn werk bespToken, al of niet met reproducties.

En ook in deze rubriek yan , , De Reformatie" moge een enkel woord aan het herdenkingsfeit gewijd worden door verwijzing naar een boek.

De keus viel spoedig. Als men een werk zoekt, dat den n e d e r 1 a n d s c h e n lezer van normale ontwikkeling 'in zijn eigen taal gemakkelijk toespreken kan en hem van Dürers kunst een overzicht en daarbij een inzicht in den geest van Dürers werk kan geven, dan mag, op-het bo|-engenoemde werk wel de aandacht worden gevestigd.

De laatste weken is er met dit werk'-druk geadverteerd. Al zijn er over Dürer in het buitenland, met name Duitschland, veel 'werken geschreven, die goedkooper zijn, en die zoowel in teilrèt als in jllustratie veel meer geven dan Dr Miedema (zeer bsikend is wel no. 5 van de Künstler-Monographiën, 1921, bewerkt doo-r H. Kanckfusz), het werk jan dr Miedema heeft voor ons doel vóór, dat het nederlandsch is.

Het moet gezegd worden, dat de repToducties goed verzorgd zijn, al had men ze wat dieper gewild en. wat donkerder.

De schrijver geeft bij de afbeeldingen een verklarenden, of inleidenden tekst. Sober en rustig.

De indeeling der stof is als volgt:

Inleiding. Hieronymus. Apocalypse. De Man van Smarten. Daar was eens.... Dier en plant. Niet ik leef.... Een vaste burg. Moeder. Erasmus. De vier apostelen.

Vooxts nog een bijlage, waarin citaten worden vertaald in het nederlandsch. En een Qipgave van de lijst der afbeeldingen, met jaartal etc.

'Zoo men ziet, is de indeeling der stof nog al fragmentarisch. Noch uit biografisch oogpunt, noch uit de motieven, ontleent de auteur zijn indeeling. M'aar hij geeft enkele korte teksten; omdat bet werk ook allereerst als plaatwerk wil worden beschouwd en begeerd. Naar volledigheid is niet gestreefd, en inderdaad •— dat bemerkt men ook al gauw.

Schrijver merkt op-, dat hij Dürer probeert te zien „uit godsdiensthistorisch oogpunt"; hij meent, dat dit over het algemeen te. weinig geschiedt en geeft bij voorbaat toe-, dat hier „gelegenheid te over" bestaat „voor misverstand".

Nu behoeft men niet te vreezen, dat dit misverstand al te groot zal zijn; en nog minder, dat men, zonder misverstand, met den auteur in scherp en levendig conflict komen zal. Want van diepgaande studie is hier geen spra.ke en van ©en streng volgehouden critische beschrijving van Dürers'leven en werk spteciaal uit den éénen „godsdiensthistorisch en" gezichtshoek toch eigenlijk ook niet. Eerlijk gezegd, lijkt mij de inleidende opmerking omtrent de methode van den schrijver, en omtrent zijn benaderen van Dürer uit godsdiensthistorisch, oogpunt vrijwel overbodig. Want er komt niet veel meer va-n terecht, dan wat men reeds wist uit bloot biografische gegevens. En de vraag is, of de auteur op dit terrein wel genoegzaam zich bewogen heeft. Als men hem voor ©en ditaat van den Heidelbergschen Catechismus zeer secuur ziet grijpen naar de editie', welke Dr A. Kuyp-er bezorgd heeft van de Drie Formulieren van Eenigheid, en hem even genoegelijk het , .humanisme", nog wel het „bijbelsch humanisme" .ziet typeeren ea — reeds dat zegt veel — hoort constateier e n aan de hand van opmerkingein van Just Havelaai-, — dan wordt men ietwat voorzichtig en gereserveerd. En dan zegt men zo-o tegen zichzelf, dat de conclusie van den auteur, als hij zegt, dat Dürer in zijn laatste jaren „niet langer reformatorisch humanist, doch humanistisch reformator" is, eigenlijk te weinig dé blijken van een wettige geboorte aan zich heeft om ons door haar fijne nuanceering van begrippen te bekoren of zelfs maar te brengen onder eenige suggestie.

Neen, als studiewerk kan men dit geschrift kwalijk zien.

Maar allons, dat behoeft ook niet.

Er zijn zoo van die boeken, die men graag elkaar cadeau doet.

Ze vragen geen broeden tekst, geen diepgaande studie, maar een handig formaat, of een opzettelijk onhandig; en voorts illustratie met korten „oriënteerenden" tekst.

.En het wrerk van dr Miedema geeft voor wie zijn vraag aldus stelt, zeer zeker hetgeen begeerd wordt.

iVoor de samenstelling lieeft de auteur zich den bijstand verzekerd van den directeur van het Rotterdamsche museum-Boymans en van den directeur van het Rijks-Prentenk'abinet.

'En voorts geeft hij enkele korte opmerkingen, volgens reeds aangegeven indeeling over Dürers leven en werk. Hij doet hem zien als voorlooper van de hervorming, in zijn kunst. Dürer kwam er toe, Hieronymus, den kerfïvader, te nemen als motief, juist omdat deze den bijbel bracht onder het volk, door hem te vertalen uit het grieksch en hehreeuwsch in het latijn. ZoO' werd de bijbel een „volksboek" („vulgata"): en het onder de menschen brengen van. den bijbel w'as dan weer de mooie trek in het werk van Hieronymus, waardoor de reeds vroeger in reformatorische richting zich neigende geest van Dürer werd aangetrokken.

Onder het hoofdstuk „Apocalypse" teekent dr Miedema met enkele korte trekken de onrust en de onstuimigheid van den eersten tijd van Dürers leven, de periode, die aan de groote kerkhervorming voorafging, en die met haar bew=-eeglijkheid den visionairen aanleg van Dürer sterk geprikkeld heeft.

Vandaar zijn grijpen naar de Openbaring van Johannes en zijn daaraan ontleenen van motieven in de bekende, prachtige houtsneden. Opmeridelijk is hierbij wel — juist met het oog op Dürers betee-227 kenis voor de Reformatie en de beteekenis van de Reformatie voor hem — dat p'ausen en bisschoppen behooren tot de slachtoffers, die de tooTnende wraak van de verdervende machten in de Openbaring van Jo'hannes zich Jciezen in Dürers houtsneden.

(Vervolgens passeeren de revue de hoofdstukken over Dier en Plant (tamelijk matte tdk'st, maar heel goede reproductie); welk hoofdstuk' "den band met het geheel en yooxal met het onderwerp-: e Reformatie vrijwel lOiSlaat. Dan: Niet ik leef...."; een poging, o-m in Dürers zelfportret (de bekende gelijkenis met den .Christus) en in zijn ook' later indragen van eigen levenssmart in Christus' lijden, gelijk Dürer het uitbeeldde, te verklaren uit een soort van mystieke eenheid met Christus en een doorleving van Galaten 2:20.

Hier zal ik maar eindigen met mijn overzicht. De laatste opmerking van dr Miedema brengt ons op, een terrein, waarop de meeningen zullen blijven botsen.

Hoofdzaak van deze aankondiging was, onder erkenning, dat de titel van het boek wat weidsch is, en meer naar de studeerlamp' riekt, dan het boek z§lf, toch ook dankbaar op' te merken, dat voor den néderlandschen lezer van goeden smaak en behoorlijke ontwikkeling hier een uitstekende gelegenheid geopend is, om zich in korten tijd van de allervoornaamste „wetenswaardigheden" (want die hebben toch ook hun recht gelijk 'de menschen, . die ze zoeken eveneens) te weten en iets te verstaan omtrent bedoeling en beteekenis van den man, van wien in deze maand bijna alle bladen iets te lezen en te zien geven.

Wie dieper afdaalt of breeder waarnemen wil, moet natuurlijk elders terecht komen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 april 1928

De Reformatie | 8 Pagina's

Albrecht Dürer en tie Reformatie.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 20 april 1928

De Reformatie | 8 Pagina's