GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Het zingen in onze Kerlcen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het zingen in onze Kerlcen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het ligt niet in mijn bedoeling te schrijven over de al meermalen besproken kwestie, of het gewenscht is naast de psalmen nog meer gezangen voor keTkelij.k gebruik toe te laten, dan op 'toogenblifc het geval is. Mijn plan is een en ander te zeggen over de wij/.e, waarop in onze kerken wordt gezongen. Bekend is Iwt antwoord, dat de beroemde Engelsche predikant Sptu-geon gat, toen hem, na een verblijf in Holland, gevraag; ! werd, hoe het zingen daar in Holland in de kerk wel klonk. Hij meende het te moeten vergelijken mot het. geloei van de koeien van Bazan. Natuurlijk is dat wel wat overdreven, maar toch zal ieder, die wel eens een dienst heeft bijgewoond in een kerk in Engeland, cnmiddellijk toesteimnen, dat er een geweldig verschil is in de manier waarop bij ons en daar de kerkelijke liederen worden gezongen. Gelukkig wordt het wel iets beter, maar er moet nog heel wat aan verandcrsii voor ons kerkelijk gezang zoo beschaafd klinkt als in de Engelsche kerken.

Wat valt er dan zoo al op aan te merken? Er zijn altijd nog menschen, die meenen, dat ze liefst zoo hard mogelijk moeten schreeuwen. Zoo hier en daar zitten enkele kerkgangers, die meenen elke lettergreep evenveel recht te moeten doen; na elke noot, die ze gedongen hebben, scheppen ze even adem, om weer met nieuwe kracht de volgende noot te kunnen uitgahiien. Gingen doiininee en voorlezer eens op dezelfde manier hun preek zeggen en de Schriftgedeelten voorlezen, ze zonden waarschijnlijk steen en been klagen over de eentonige voordracht, waardoor het onmogelijk is het gesprokene te volgen; laten ze zelf bedenken, dat hun zingen het gemeentegezang' evenzeer misvormt. Het sclireeuwen wordt meestal niet nagelaten, ook wanneer de organist duidelijk aangeeft door zijn zachter spel, dat het psalmgedeelte zacht dient te worden gezonnen. Met evenveel geweld zingt men: „Looft, looft, mijn mijn ziel, den Heer met alle krachten" en „O, mijn ziel, wat buigt g' U neder? " 't Zijn immers beide bekende melodieën en dan kan men zidi eens uitzingen.

Waren liet oiibekeade melodieën geweest, mea zou ze i/elijkelijk zaoM hebben aangeheven, of ook niet aantfelieven, want men is meestal zoo gewoon op eigen (toulje ie zingen, dat men, ook wanneer men het zond-ar steim van het orgel niet afkan, nïet op het orgel let ea wanneer het misloopt maar liever zwijgt.

Men let zoo weinig op den inhoud van het lied. 't Is luisscliien een nawerking van den tijd, toien men „ter \rerpoozing" ol „ter afvs'-isselüig" een psalm zong. Gelukkig wolden deze uitdrukkingen tegenwoordig niet meer vaii den kansel gehoord; of daarom de kerk genoeg toont in te zien de beteekenis van het gemeentegezang, waag ik te betwijfelen. Wanneer door den predikant lie tekst wordt afgelezen houden de collectanten op met Imii arbeid, terwijl juist het zingen van het psalmoezang het meest geschikte m-oment wordt geacht on) dat werk te doen. Ik weet wel, er is op enkele plaatsen al verandering gekomen in dit opzicht, maar meeistal aanvaardt men, als iets vanzelf sprekends, de inoonse-((Houtie: NIEÏ collecteeren als een gedeelte van Gods Woord wordt gelezen, juist WEL collecteeren als een gedeelte van Gods Woord berijmd wordt gezongen. Toch moet dit zeer storend werken, vooral als het vers iiiot zoo heel erg bekend is. Maar ook al is het bekend, leidt het toch de gedachten af, vau wat wordt gozongen. Door de m; uiier, waarop gezongen wordt, blijkt dan ook telkens weer, dat men den inhoud zich niet bewust is. Men Iet niet op de beteekenis van het v-ors. Zoo kan men het teere „'kZal dau gedurig bij U zijn, In al mijn nooden, angst on pijn", dat we ons toch indenken als een lied van iemand, die in zwaar lijden, zich troost met de gedachte, dat eenmaal alle lijden voorbij zal zijn en de hemelsdie heerlijkheid zijn deel zal worden, moeilijk met volle sterkte zingen. Hot overgroote deel der zangers in onze kerken, schijnt zich dit echter niet in te denken en schreeuwt het teerste lied even gedachteloos uit, als de lofps'abn. El' zijn natuurlijk heel wat meer opmerkingen en aanmerkingen te matten, maar wamioer men het sctodeuvven naliet, woorden en zinnen zong en niet lettergreap voor lettergreep met evenveel respect behandelde en bovenal, wanneer men zich goed indacht de beteekenis van de woorden zon er een radicale omkeering komen m de wijze van zingen.

Wat ie doen om dit te bereiken? Ik meen, dat hier dt' samenwerking van predikant en organist veel kan lii'reiken. Wanneer de predikant de psalmverzen zóó \oorleest, dat de ^beteekenis van het lied duidelijk is t'u bO'vendien zoo nu en dan eens wijst OD de beteekenis van het gezamenlijk zingen, dan zal wel niet in enkele weken, maar toch wel na maanden en jaren liet resultaat blijken. 'De organist harmoniseere de kolalen eenvoudig, zooals trouwens een strenge behandeling vai; de . meJodie vereischt, liefst moet het karakter van den ouden kerktoonaard bewaard blijven, lien koraal, met allerlei septimeaccoorden en met wisseliioten en doorgaande noten bewerlct, maakt de melodie niet zoo duidelijk. Men lette goed op de punten en JiDinma's en als midden in een regel een punt voorkomt, doet men het best, daar een sluiting te maken en te wachten, alsof de regel uit was. Is er geen punt of komma aan het eind van den regel, dan gaat men door en verbindt den regel duidelijk meit den volgenden regel. Ook de registratie moet duidelijk doen uitkomen, of hard of zacht moet worden gezongen. Het voorspel moet natuurlijk in overeenstemming zijn met het psalmvers, ook in registratie. Voor verschillende verzen van psalm 51 zal men het best doen te registreeren met zware diepe gedekte grondstemmen, een subbas 16' met enkele gedekte 8' registers kan duidelijk het soanbere karakter aangeven. Zoo kunnen fluitstommen gebruikt worden bij een klagende, weemoedige inhoud. Misschien zou ook een verbetering te verkrijgen zijn, wanneer wat minder de allerbekendste en wat meer de onbekende psalmen werden gebruikt. Door registratie en verdubbeling der melodienoot kan de organist duidelijk genoeg de onbekende wijs aangeven, de gemeente moet nu wel meer aandacht besteden aan het orgelspel.

Ten slotte de vraag: „Is het wel van belang zich zooveel moeite te geven voor het kerkgezang? " Er is al vaail; gezegd, dat in onze kerken de gemeente zoo weinig zelf op den voorgrond treedt in den eeredienst. Nu is juist het gemeenschappelijk zingen een zeer belangrijk aandeel van de gemeente in den eeredienst. Daaroir moet dit gezang onze volle aandacht hebben. Dat zmgen moet zijn ter eere Gods. En niemand zal toch v7iUen beweren, dat we ons dan niet druk bet hoeven te maken over de manier, waarop het geschiedt. Wamieer daar gedachteloos gezongen wordt, wat God ons in de psalmen heeft gegeven, dan is dat een zonde, even erg als wanneer men Gods Woord gedachteloos leest, of bidt zonder dat onze ziel daarin leeft. Laat ons ook in ons streven tot verbetering van het kerkgezang grijpen naar het ideaal, al zullen we ook nooit de schoonheid bereiken van het hemelsoh gezang, en laat in ons zingen ook uitkomen dat we zijn één gemeente, die ook in haar gezang God lof wil bereiden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 mei 1929

De Reformatie | 8 Pagina's

Het zingen in onze Kerlcen.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 mei 1929

De Reformatie | 8 Pagina's