KORTE BERICHTEN

— CHR. GEREF. EN GEREF. De in Amsterdam-C. bestaan J.V. „Rondom het Woord" (secr. Joop Mouwes, Scheldestraat 115), had een langverwachte samenspreking met de Chr. Geref. J.V.-en op Woensdag 22 Mei. Onze vereen, trad op als gastvrouw, terwijl br. H. Hoogendoorn van de Chr. Geref. J.V. Amsterdam-O. de inleiding verzorgde, die handelde over de mogelijkheden tot samenwonen in één huis van onze beide kerkengroepen.

— CHR. GEREF. EN KERSTEN-GRpEP. Een Chr. Geref. schrijvei; verwijt ons blad, dat we wèl doorgaven berichten van afiuijzing, doch niet van aanneming van voorstellen tot samenspreking (door de Chr. Geref. Kerk) met de Kersten-groep. Maar als we onvolledig waren is het hieraan te wijten, dat de andere berichten ons niet onder dé oogen kwamen.

— GEESTELIJKE VERZORGING MILITAIREN, Het is aldus „De Wekker", niet onwaarschijnlijk, dat ouders of vrouwen van militairen der Koninklijke Landmacht in bepaalde gevallen zich in verbinding willen stellen met den veldprediker van het onderdeel, waarbij hun zoon of man is ingedeeld.

Belanghebbenden .kuimen dit doen door een brief te richten aan den veldprediker van bedoeld onderdeel en dezen brief te adresseeren aan:

a. Den Legerpredikant in Alg. Dienst, Kolonel Ds A. T. W. de Kluis, Sweelinckstraat , 5, Den Haag, (voor militairen in Nederland) ; b. Kolonel Ds J. van Dorp, Bureau Prot. Geestelijke Verzorging, 33 Doverstreet, London W.I., (voor militairen in Engeland); c. Luit. Kolonel Ds J. C. Koningsberger, No. 930327000, Staf Personeelszaken Kon. Landmacht, Batavia-C. (voor militairen in Indië).

Verzoeke boven den brief als adres te plaatsen:

Aan den veldprediker van onderdeel). (naam van het

Bovengenoemde autoriteiten dragen er zorg voor, dat de hun toegestuurde brieven terstond worden doorgezonden aan den veldprediker van het aangegeven onderdeel. '

— REPOS AILLEURS. Een Nederlander, aldus „De Groene", blijkbaar kersversch van overzee onder ons .teruggekeerd, schrijft in de Sunday Express, dat hij zich hier „een vreemdeling onder de vreemdelingen" voelt. „Dat komt doordat gij mij hebt geleerd, hoe ik me moet g«lragen.

Ik heb heimwee naar Engeland en verlang onophoudelijk naar de rustige, onverstoorbare hoffelijkheid van de Engel schen".

Ja, ja, maar op dezelfde bladzij wordt een Engelschman aangehaald', die tot zijn landgenooten in „Daily Herald" toevoegt:

Ik weet wel dat de menschen hier jaren lang een naren tijd hebben gehad, maar dat heb ik ook en ik heb nooit geklaagd, tenminste niet voordat ik weer onder het lompste volk ter wereld kwam — mijn eigen Engelsche volk.

— BIOSCOOP. Ik ben, aldus een schrijver in „In de Waagschaal", ik ben naar „Pastor Hall" geweest, de Engelse film die_ gebaseerd heet op het leven van Niemöller. Er is op die film wel het een en ander aan te merken. Te prijzen valt dit er aan; dat het publiek leert, dat er ook Duitsers waren die zich tegen het nationaal-socialisme verzetten (vaak éérder dan menig duttend Nederlander van vóór • 1940) en bovendien: dat ditzelfde publiek enig besef wordt bijgebracht aangaande de betekenis van de Kerk als het Geheel Andere in een wereld van machtsbegeerte en haatinstincten.

Ik ben naar „Pastor Hall" geweest. En ik heb mij zacht uitgedrukt verbaasd over de stijlloze wijze waarop zo'n dan toch in zekere zin gewijde film „gebracht" wordt. Er aan vooraf ging een levensliederaar die stond te kwelen over het vriendinnetje dat we allemaal toch wel eens gehad hebben, maar waarmee we niet getrouwd waren, omdat zo iets toch geen pas geeft. En toen kwam er een openhartig geklede juffrouw die ons Gershwin trachtte voor te dansen. En toen kwam de film? Neen, toen kwam nog 't ergste van al: „The holy city" oftewel „Jeruzalem" op het bioscooporgel, half kwijlend, half tararaboem-daverend gespeeld. Want er moest toch iets „stichtelijks" voorafgaan, niet waar?

-- NA DEN OORLOG. Het Zwitsersche blad „Die Weltwoche" vertelt dat in geheel Zuid-Baden, dat wil zeggen in het door de Franschen bezette deel van Baden, de bevolking uit 49L421 mannen en 68L743 vrouwen bestaat. Hierbij zijn echter de laagste en hoogste leeftijden inbegrepen. Onder de 19- tot 50-jarigen vindt men reeds 325.000 vrouwen op de 167.000 mannen. De meer gedetailleerde statistieken met nauwkeuriger leeftijdsindeelingen van enkele gemeenten toonen een nog opmerkelijker wanverhouding. Onmiddellijk na de nederlaag telde b.v. de Zwabische stad Reutlingen onder de 19- tot 25-jarigen 496 mannen en 3525 vrouwen, terwijl in de leeftijdsklasse van 26—30 jaar 350 mannen en 1911 vrouwen, en in die van 30—35 jaar 664 mannen en 3210 vrouwen voorkwamen.

— DE DOORBRAAK! „Paraat", weekblad van de Partij van den Arbeid, 31 Mei '46 schrijft heusch: Ondanks alle. moeilijkheden moet worden gezegd, dat de doorbraak er is.

— KORTE VREUGDE. In verschillende wijken van Berlijn, aldus „Paraat", ontstaan nieuwe monumenten, Het zijn grootse demonstraties, waarmede de Russische opdrachtgevers niet slechts in de Russische, maar tevens in de Engelse en Amerikaanse zone willen laten zien, dat zij 'het waren, die Berlijn veroverd hebben. Op onze foto is een van deze monumenten te zien, waarvan de grote zijvlakken oorspronkelijk versierd waren met de portretten van Churchill, Roosevelt en Truman. Na de redevoering van Churchill bij zijn bezoek in Amerika, die zich tegen Rusland had gericht, werden de portretten van de Westerse staatsmannen weggehaald.

— ROTTERDAM. In de stad Rotterdam zijn volgens „De Vlam" verwoest: 258 ha., d.i. de omvang van Rotterdam in 1870. 25.000 woningen eïi duizenden andere bouwwerken, zoals kerken, openbare gebouwen, werkplaatsen, kantoren, winkels, hotels, cafe's, bioscopen, enz. gingen verloren. Of anders uitgedrukt: ongeveer 23 km. winkelfront, 800.000 M2 kantoorruimte, 1.000.000 M2 bedrijfsruimte.

— INDIE. Volgens „De Vlam" heeft de Zaanse Huisvrouwenbond zich met een protest tot de regering gewend aangaande de uitzending van dienstplichtige jongemannen naar Indonesië.

Ook in Oost-Grafdijk zijn de vrouwen actief. Zij verzamelen handtekeningen om de regering er van te overtuigen, dat in ons volk grote bezwaren leven tegen het uitzenden van een expeditionaire legermacht naar Indonesië.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen