GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

KORTE BERICHTEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KORTE BERICHTEN

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

— POLITIE. Pen Gun schrijft: „De politie is zoo oud als de menschheid". Pen Gun is niet bijbelsch.

— RUSLAND. Volgens „In de Waagschaal" verschijnt in Moskou sinds eenigen tijd een protestantsch-christelijk tijdschrift „Bratskij Westnik". Het tijdschrift wordt uitgegeven door den Raad van het Verbond van protestantsche kerken in Rusland (Baptisten. Evangelische christenen en Pinksterbeweging).

— HET „IN-ENGEREN-EN-IN-RUIMEREN-ZIN- SCHEMA". In ons vorig nummer gaven v^e een citaatje uit een brief van een. amerikaanschen correspondent over die z.g. oecumenische synode. Hier volgt nog een citaat, over diezelfde vergadering, noch oecumenisch, noch synode, een citaat uit een anderen brief. Het blijkt op die wereld-wijde-vergadering ook gegaan te zijn — natuurlijk — over de correspondentie met „andere Kerken". Daar is men toch oecumenisch voor. Maar men heeft pas in Amerika op de aandoenlijkste wijze adhaesie betuigd aan hen, die zich voor de volgende geslachten geblameerd hebben door in 1944 Gods Woord te noemen wat in 1946 ieder mocht weerspreken, en en passant dm de 1944-bewering een kerk uit elkaar te jagen. Nu zat de „oecumenische synode" met het correspondentie-probleem. Ook de Vrijgemaakte Kerken? Men draaide, zoo schreef de vorige brief, als een kat om de heete brij. Thans lezen we: „men sprak althans in vage termen van correspondentie in „engeren" en in „wijderen zin", met gereformeerde, minder gereformeerde en ongereformeerde kerken, en scheen niet al te goed te weten, welken kant het op moest. Maar ik moet maar niet verder hierover schrijven, anders begin ik nogmaals te spotten. „ Nu wij ook".

Ik vergeet niet gauw dien amerikaansclien professor, dien ik nooit gezien had tevoren, en die mij, toen ik hem bezocht, onmiddellijk na het „glad to meet you" in het hollandsch tegen me zei: u hebt u zeker tot taak gesteld, den hoogmoed van de V.U. te breken? " Ik had het nooit gedaan, maar hij had wel wat geconstateerd.

— SCHIPPER EN WANDELAAR. Daar is, aldus Z. in Orgaan Bond J.V. op G.G., daar is een aardig verhaal van een schipper en een wandelaar. De wandelaar loopt langs een kanaal en is moe geworden, en ziet op tegen het eind, dat hij nog moet afleggen vóór hij zijn doel heeft bereikt.

Daar ziet hij een schip varen in zijn richting en hij roept den schipper aan: „Ik ben moe, mag ik een poosje meevaren? " „Jawel", zegt de schipper, „en ik zal het bootje uitzetten, maar het kost U een gulden".

„Dat is mij te veel", zegt de wandelaar.

Dan antwoordt de schipper: „goed, maar ga dan mee trekken in de lijn, en' dan kost het U de helft".

Gaat de wandelaar op dat fraaie voorstel in? Men zou zeggen: neen. Roept niet te hard.

Want op kerkelijk terrein gebeuren er dingen, die heel goed lijken op dat geval met den schipper en den wandelaar.

Daar waren er in het kerkelijk conflict, die wel bezwaren kenden, tegen den onschriftuurlijken gang van zaken, maar

die hun rust liever hadden dan een principieelen strijd. Zij riepen den schipper op het synodescliip aan en zeiden: „wij zijn moe en willen rust, wij willen dus maar meevaren".

De schipper zei: „goed, maar dan moet gij betalen met de zelfstandigheid van uw gemeente, aan uw zorgen toevertrouwd". „Dat is te veel", zeiden zij.

Toen zei de schipper: „goed, maar sla dan het zeel om uw schouder en trek mee — in revisie — voor half geld".

En wonderlijk genoeg, zoo deden zij en zij trekken nu het synodeschip mee in het zweet van hun consciëntie.

Maar als zij meenen dat zij er met half geld afkomen, dan hebben zij het mis. Want het wordt het volle pond.

— BEVOLKING NA DEN OORLOG, Uit de Cijfers van het Statistisch Bulletin v. h. Centraal Bureau voor de Statistiek is, aldus „Paraat", veel te leeren. „Ter vergelijking", — aldus het blad, — „hebben we het Statistisch Zakboek van 1942 opgeslagen, dat vergelijkbare cijfers geeft vanaf 1870. Het aantal huwelijken zoo blijkt het, is nog nooit zoo hoog geweest. Na den vorigen wereldoorlog was er een top op 9, 5 per 1000 inwoners en in 1939 (mobilisatietoelage I) waren er 9 huwelijken per 1000 inwoners.

Het aantal levend geborenen is 50 procent hooger dan normaal en men moet tot 1905 teruggaan om eenzelfde geboortecijfer te vinden.

Het percentage overledenen is normaal te noemen (de cijfers der sterfte door t.b.c. geven een stukje oorlogsellende weer!) en het geboorte-overschot is derhalve van 11, 4 op 21, 8 gestegen, dus bijna verdubbeld.

Een triest stukje oorlogserfenis is de groote toename van het aantal onwettige kinderen; dit is bijna verdrievoudigd!"

— WONDERLIJK AGENDUM. Van de zijde van den kerkeraad der (vrijgemaakte) Geref. kerk van Mariënberg wordt meegedeeld:

In het „Gereformeerd Kerkblad voor Drente en Overijssel" van Zaterdag 24 Augustus 1946 stond onder het hoofd „De komende Generale Synode der Geref. Kerken" het volgende te lezen:

„Het voorloopig agendum van de gewone driejaarlijksche Synode der Geref. Kerken in Nederland, die 27 Aug. a.s. te Zwolle in de Zuiderkerk aanvangt, is verschenen en aan de leden toegezonden

.... Hoofdstuk C handelt over Herstel en maakt o.m. melding van een schrijven van den kerkeraad der Geref. kerk van Mariënberg onderhoudende art. 31 K.O., alsook van de classis Klundert, die aandringt om de uitnoodiging van de Synode der Vrijgemaakte kerken te Groningen, om aanvankelijk schriftelijk van gedachten te wisselen, te aanvaarden, ook al acht men dit niet de meest gewenschte methode".

Deze regels kunnen bij den niet ingewijden lezer licht een onjuiste voorstelling van zaleen doen opkomen. Daarom ter voorkoming van misvatting het volgende:

Inderdaad is door onzen kerkeraad een schrijven verzonden aan de Generale Synode der Synodocratisch gebonden kerken. Alleen maar, dit schrijven handelt niet over „Herstel" maar over verbreking \ Verbreking namelijk van het in 1928 bij vrijwillige acte aangegaan verband met de Gereformeerde kerken in Nederland in Generaal-Synodaal Verband, daar de grondslagen van dat verband door de Generale Synodes, gehouden van 1942 t.m. Maart 1946, zijn losgelaten.

De plaatsing van ons schrijven onder punt C, handelende over „Herstel", is dus ten éénenmale onjuist, terwijl ook de verbinding met het schrijven van de classis Klundert een totaal verkeerde voorstelling kan wekken.

Door onzen scriba werd de kerkeraad van Zwolle hierop geattendeerd, maar rectificatie werd tot op heden niet gegeven, weshalve wij meenen u op deze wijze nader te moeten inlichten.

— STEEK DEN BRAND ERIN I In Atnerika, aldus „Herrijzend Nederland", zijn voor het eerst in haar geschiedenis honderden kerken geheel vrij gemaakt van hypotheekschuld' en werken duizenden kerkgemeenschappen nu voor den bouw van nieuwe, schitterende bedehuizen.

Het verbranden van aandeden in kerkelijke leeningen is een gebruikelijke „rite" in het Amerikaansche godsdienstige leven geworden.

— HOE ER IN „EUDOKÏA" GEWERKT WORDT. Geheel in overeenstemming met berichten, die ook tot ons gekomen zijn, is, hetgeen ds H. Knoop opmerkt in zijn kerkbode over den arbeid van dr S- P. Dee, synodocratisch predikant, die in „Eudokia", het Rotterdamsche ziekenhuis, de geestelijke verzorging der patiënten tot taak heeft:

Het spijt mij te moeten zeggen, dat Dr Dee van den zorg voor de verpleegden een heel vreemde opvatting heeft, die niet bepaald klopt met wat het jaarverslag zegt over zijn taak. Tenminste wanneer hij ontdekt, dat een verpleegde lid is van een der Geref. Kerken (onderhoudende art. 31). Dan grijpt hij de kans om te gaan twisten over de vrijmaking vaak op een weinig elegante manier en om soms over den persoon van den predikant van de verpleegde allerlei minachtende en kleineerende opmerkingen te maken. Om nog maar te zwijgen van de schandelijke wijze, waarop hij spreekt over Prof. Schilder. Is dat wat het verslag noemt soms het brengen van het evangelie aan de ziekbedden? Dr Dee is een fanatiek Synodocraat. Dat moet hij weten. Maar hij moet vrijgemaakte verpleegden op hun ziekbedden daarmee niet hinderen. Hij moet immers, naar het jaarverslag zegt, opbeuren, tot dankbaarheid opwekken, uit geestelijke verdooving opwekken. Hij moet het evangelie aan de ziekbedden brengen. Maar met zijn onwellevend geroddel moet hij bij de verpleegden onzer kerken niet aankomen. Dit behoort niet tot zijn „zorg". Zelf heb ik meermalen van mijn eigen patiënten verslag ontvangen over de wijze, waarop Dr Dee hen met zijn „Geestelijke zorg" gehinderd heeft, 'k Bezocht een lid mijner gemeente, die mij diep verontwaardigd en door en door nerveus vertelde hoe Dr Dee hem bezocht had en hem tot het uiterste geprikkeld had door de wijze waarop hij over den kerkdijken strijd sprak. En de man, die door den honger, die hij geleden had en de ontstellende pijnen, die hij had, zeer uitgeput was, was naar Eudokia gebracht om tot rust te komen. Kort daarna kwam ik bij een patiënte, ook een lid van mijn gemeente en trof haar, die vlak voor een zeer ernstige operatie stond, aan in de grootste opgewondenheid. Dr Dee had zijn „zorg" aan haar besteed. Kort daarna overleed zij, zoo ernstig was haar toestand.

Voor mij ligt een brief van een collega uit een naburige vrijgemaakte gemeente met een uitvoerig verslag van wat Dr Dee met een lidmate dier gemeente vlak voor dat zij geopereerd zou worden, beliefde te verhandelen. Uit dat verslag citeer ik een enkele zin: het gesprek wordt geopend met deze woorden: „Zoo U komt uit X, dus lid van de gemeente van Ds IJ". „Neen van Ds Z". „Zoo, dus U bent ook al met dat zaakje meegegaan!" En daarop aansluitend een heed onverkwikkelijk debat met de patiënte, o.a. over Schilder, die door Dr Dee niet wordt teruggewenscht.

Geleerd door die ervaring adviseer ik leden van mijn gemeente, die in „Eudokia" worden opgenomen deze „geestelijke zorg" van Dr Dee te weigeren. Hij heeft zich aan zijn opdracht te houden. Doet hij dat niet, dan komt hij aan het ziekbed van onze patiënten niet meer. Er zijn nog heel wat vrijgemaakten, die „Eudokia" geldelijken steun verkenen. Men gelieve er nota van te nemen, dat deze geldelijke steun niet verleend wordt om een „geestelijke verzorging" in stand te houden, welke onze menschen mishandelt. Als deze „geestelijke zorg" van dezen ziekenhuis-predikant ten aanzien van onze menschen niet radicaal verandert, dan wordt het tijd, dat we ons afvragen of we wel verantwoord zijn als we nog langer onzen geldelijken steun blijven verleenen aan een Geref. iiurichting waar misbruik wordt gemaakt van de „geestelijke zorg" aan leden, die lid zijn van een der Geref. Kerken (onderhoudende art. 31). En in verband hiermee lokt het ook niet erg aan om aan het verzoek van de directrice van deze inrichting om jonge meisjes onzer kerken op te wekken zich aan het werk der verpleging in die inrichting te wijden, te voldoen.

— RONDEDANS DER DWAZEN OF EIERDANS DER BENAUWDEN? Uit Amerika kreeg ik een brief, waaruit ik volgende zinnen citeer: „Vergeet ook niet te lezen hoe men op ds oecumenische synode, die noch synode, noch oecumenisch was, als een kat om de heete soep danste: de soep in dit geval de zaak der „vrijgemaakte kerken". Volgens de Klerk zijt ge nolens volens in het kamp van Barth terecht gekomen, die den kinderdoop loochent " Tot zoover het citaat. De malligheid van onze bestrijders is het beste bewijs van de onmacht der synodalistische „tucht". Zelden is een „proces" zóó snel door zijn eigen arrangeurs tot een aanfluiting gemaakt als dat van 1944. Geen één durft iets goeds te zeggen van de eigenlijke schorsings- „gronden", geen één wil iets kwaads zeggen van zijn V.U.vriendjes, — en daar draait de nonsens-molen al. Psychopaath, Barthiaan, duitschersvriendje, remonstrant, bangerd, en nog heel veel meer.

— DE WELEERWAARDE JOKKERPRAAT. Ds v. d. Born ontmoette menschen uit synodocratische kringen. En, zoo zegt hij in Ons Kbl., en „zij vertelden mij nu, wat wij dan als vrijgemaakten leeren.

Het kwam heel eenvoudig hier op neer, dat wij zeggen, dat alle gedoopte kinderen van geloovige ouders zalig_ worden. En is dat, zoo vroeg men mij, geen openlijke ketterij? Hoe kunnen wij het nu daar mee eens zijn? En als men dan stom verwonderd vraagt: Maar hoe komen jullie daar aan? dan is het antwoord: Dat heeft onze dominee zelf gezegd. En nog wel in de kerk".

— „ONZE" PSYCHOLOGEN! Ds Knoop schrijft in zijn kerkbode over het verslag van Eiidokia, het Rotterdamsche ziekenhuis:

Eenigen tijd geleden schreef een verpleegde in Eudokia mij

o.a. het volgende: Gisteren bladerde ik even in „Karakterkennis en neurozenleer — Aanvulttngscursus (voor Wijksustersl) van Dr P. H. Esser". Wanneer deze mijiiheer, die me erg bij de hand lijkt, het over driften en sublimeeringen heeft op blz. 78, schrijft hij o.a. „Ook agressieve neigingen en het verlangen naar macht kunnen worden gesublimeerd. Een chirurg kan zijn sadisme in zijn vak op voorbeeldige wijze sublimeeren". En verder: „De felheid van vele persoonlijke perspolemieken — we denken onwillekeurig aan de onverkwildcelijke persoonlijke wijze van polemiseeren in de Geref. kerkelijke pers tusschen de hoogleeraren K. Schilder en H. H. Kuyper, waarbij de laatste formeel nog het meest naar sublimeering streefde — doet ons de destructie-drift als het ware met de oogen zien". Erg fraai is dit. Je zal je, als je ijvert in den Naam des Heeren voor de waarheid en het recht Gods aan zoo'n paganistisch bevruchte psycholoog moeten toevertrouwen, of je zal een door dezen mijnheer opgeleide wijkzuster aan je ziekbed krijgen om je te behandelen naar de wereldsche wijsheid, die ze bij haar leermeester heeft opgedaan. Om dan ingedeeld te worden bij sadisten, machtswellustelingen, door destructiedrift beheerschten en met agressieve neigingen behepten. Ja, het is met die gevaarlijke vrome afval onder ons ook heel erg gesteld.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 5 oktober 1946

De Reformatie | 8 Pagina's

KORTE BERICHTEN

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 5 oktober 1946

De Reformatie | 8 Pagina's