GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Zendingszaken onder opgepoetste brilleglazen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zendingszaken onder opgepoetste brilleglazen

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

We waren in de gelegenheid, een informele bijeenkomst bij te wonen, waarin in tegenwoordigheid van synodeleden en gasten de Heer Godschalk, lid van een onzer kerken, en deskundige in „Indische zaken", benevens de Heer C. C. de Vries, voor wie beide praedicaten eveneens gelden, op allerlei belangstellende vragen antwoord gaven.

Ben eerste kwestie was al dadelijk: hoe staat het met , ', de aflopende taak op Soemba"? In allerlei zendingskring, ook b.v. hervormde wel, zegt men: er moet toch eens een punt gezet worden achter het werk? Zeker: maar waar ligt de grens? Zijn we klaar, als ergens een kerk geplant is?

Volstrekt niet. Als op Soemba thans enkele geïnstitueerde gemeenten zijn, 'daji moge in die plaatsen min of meer (!) de eerste taak afgelopen zijn, maar toch houdt men een roeping tegenover het bredere samenhangende terrein. Is niet heel Soemba zendingsterrein, ook Midden en West? De zending moet , , een bewegelijk karakter hebben", _— ook op Soemba. En daaromheen. Flores, Soembawa, Timor, die kunnen toch ook ons gaan interesseren in de toekomst (Roomsen en „Protestanten" werken er gedeeltelijk, maar hoe? ). Men moet niet te voren de bewegingsvrijheid aan banden leggen. Ook aan de missionaire dienaren moet, naar Paulus' voorbeeld, grote vrijheid-van-beweging worden gelaten.

Iemand stelde de vraag: een „zendeling" zet zich vast op een bepaalde plaats, maar is het soms niet beter, dat hij telkens „de hele zaak" laat verhuizen? Zou bv. ds Goossens niet de opleiding ter hand kunnen nemen, terwijl dan de eigenlijke zendlngsa, rbeid aan de daarginds gevestigde kerken werd overgelaten? Neen, de synode van Amersfoort heeft „aflopend" nooit willen opgevat zien als „afgelopen". Maar w^èl werd in Amersfoort gevoeld, dat er langzamerhand enige verandering nodig is, gezien de vruchten, die het werk reeds afwerpen mocht. Op die vragen werd geantwoord: wij staan vaak voor groter moeilijkheden dan Paulus. Hoeveel „jodenkerken" waren in Pa, ulus' dagen al aanwezig? Tot aan Rome toe! En in Noord-Afrika! Dat betekent: Paulus kon daar ' meermalen binnenstappen, en zeggen: de belofte, broeders, is vervuld! Er was dus al een geweldige voorbereiding. Maar wat voor toestanden treft ónze zending aan? Algehele ontstentenis meermalen van voorbereiding! Hoeveel moeilijkheid is er te overwinnen, eer men de diepheidense gedachtengang doorbroken heeft? Ook nog zij, die onder inwerking van de zendingsarbeid als Ingeborenen des lands een ambtelijke zendingstaak verkregen, hebben 't zeer moeilijk, en kunnen het niet stellen zonder leiding en hulp. Hoeveel zwarigheden blijven er niet in de geplante gemeenten? Hoeveel tuchtgevallen?

Trouwens, het contact met Javanen moet ook niet worden afgeschreven. Op dit punt kan persoonlijk initiatief al vast voorbereidend werk verrichten.

Er worden bij de „synodocratische" zending wel mensen gedoopt, die niet eens weten van Vader, Zoon, H. Geest! Ze kennen Toewan Allah! De vraag is, of het wel kerken zijn, die bij zulke bearbeiding ontstaan. Vroeger was er nog grote reserve met de massadoop. Tegenwoordig gaan soms hele Kampongs over; maar vraag niet, wat die doop van 135, 000 in snel accrès betekent! Kerstfeest is soms niet veel anders dan heidendom. Het vers: „hoe zal ik tJ ontvaongen? " wordt soms op de manier van zinnelijke dansen gespeeld, en onder flultbegeleiding gezongen.

Met het woord „vrijmaking" moeten we dan ook — dit wat ons eigen werk betreft •—• zeer voorzichtig zijn. Het werk van ds Goossens is ongetwijfeld reformatorisch geweest, maar dan allereerst op zéndingsgebied. Men stuit soms op vele in de gauwigheid gedoopten, die later onder invloed van eigen Schriftlezing tot het inzicht komen, dat ze van de voormalige lif-laf-zending, nu ja, om de tuin geleid zijn; juist zülken wenden zich vaak hoopvol tot de werkelijk gereformeerde zending. Kortom: er is op Soemba nog veel te doen.

Natuurlijk is het woord „aflopend" altijd in ons woordenboek te schrijven; maar het moet er erg lang in blijven staan! Denk ook aan de financiën.

Het gebeurt nu al, dat de soembanese kerken zelf zendingswerk verrichten. Maar alléén kunnen ze het werk nog niet af. En de opleiding kan nog niet anders dan zeer summier zijn. Ze is voorlopig nog zeer bizonder zendingstaak, Hoe kan trouwens iemand „opleider" zijn, die niet met beide voeten midden in het zendingsterrein staat ?

Een man' als ds Tanahomba spreekt b, v. over de „Wereldraad van Kerken" (Makassar) met veel meer kennis van zaken dan menig nederlands predikant. Ook In verband met hun volksaard zien mensen als hij de antithese soms nog veel scherper dan wij. Ze staan in contact met volk en zending! Zet daar op Soemba een theoloog uit Nederland neer, die nog niet is ingewerkt in de zendüigswereld, hij zal vooralsnog machteloos zijn. Wat is er al niet nodig? Denk alleen maar aan het nodige contact met ^e overheidspersonen, en aan ontelbare andere moeilijkheden. Uitbreiding van de opleiding is dan ook ten zeerste gewenst. Soms is vroeger de practijk geweest: als iemand in Nederland niet helemaal op streek kon komen, dan moest-ie maar naar de zenduig Dat is een van de ergste oorzaken van het zendingsverval geweest.

Kunnen we de zaak redden b.v, met twee ton, toe te vertrouwen aan de ginds geplante kerken, en dan zeggen: nou gaat 't verder wel goed? Wel neen! Een bankbiljet is daar voor het besef van vele iulauders maar een waardeloos papier, maar een schelp is geld; en zóveel schelpen zijn: een varkeu. Geld vertrouwt men niet. Rijst, maïs, vrouwen, en andere „waren", dié hebben concrete waarde voor de mensen. Maar met twee ton te zenden bereikt men niet veel. Men leeft ginds veelszins bij de dag. Bij mondjesmaat kan men wel wat g'eld zenden; maar zending „in natura" is toch altijd te prefereren: medicijnen, kerkstoelen, leermiddelen! Ook de kerkelijk© bijdragen moeten vaak in natura geleverd worden: in een ommezien is dan de zendeling 'u handelsman, ook tegen wil en dank. Denk aan onze eigen moeiten èn verrassingen in oorlogsdagen; ook toen was geld niets, maar hulp „in natura" alles.

Wordt de leiding (ziedaar weer een andere vraag) van een „westerling" niet overbodig? Stoort ze niet? Is ze

niet soms een bezwaar, omdat ze 't gevaar van distanciëring van de - bevolking inhoudt?

Men kan op zulke vragen antwoorden: zeker, de inlandse kerken blijven zelfstandig. Maar In de plaatselijke kerken is dan ook al ruime zelfstandigheid. De vrijmaking b.v. op Soemba is gekomen juist door die zelfstandigheid der plaatselijke kerken; en ze is doorgezet tégen de wil vaji allerlei „officiële" Instanties in. En laat men niet denken, dat er nog sprake k£ui zijn van het gevaar, dat een , , westers" man in prachtige huizen woont tegenover de arme inwoners des lands. Geen sprake van»

Worden — zo werd vervolgens gevraagd — de plaatselijke kerken niet in haar vrijheid belemmerd door de ), zilveren koorde" ? Mogen „experts", ofschoon ze ons op weg kunnen helpen in de kennis der feiten en der concrete toestaottden, wel de principiële vaststelling van fundamenten en m.ethoden der zending ophouden, zó, dat de nederlandse zendende kerken min of meer zouden moeten wachten op hun informatie, eventueel op hun „fiat" 7 En dan: hoe lang is er al gewerkt op Soemba? Een betrekkelijk klein terrein. Hoeveel geld wordt nóg niet daaraan besteed? Is er niet een element van verharding7 Kunnen we niet zeggen: wat er eenmaal gebouwd is, blijve doorwerken, doch wij zoeken endere gebieden op?

Het antwoord luidde: • feiten stelle men nimmer normatief. Maar men negere ze evenmin. Niemand doet te kort aan de zelfstandigheid der plaatselijke kerken op Soemba: men lost de eigen zaken ginds meermalen vaker in eigen kring op, dan soms in Nederland, waar men maar stukken naar een generale synode stuurt De opleiding is niet bedoeld voor die enkele plaatselijke kerken, doch voor het zendingswerk op heel het terrein. Soembanezen zien heel sterk de internationale kerktaak. ze hebben behoefte eraan, van ons te leren, gelijk wij, als we verstandig zijn, behoefte zullen moeten hebben van hèn, ook van de daar geplante zusterkerken, te leren. Hoe nauwer contact, des te beter. De synode van Eindhoven (synodocr.) liet de politiek het kerkverbEuid bepalen. Wij moeten het anders zien: onze soembanese kerken zien het gelukkig óók anders. Heel het godsdienstig leven op Soemba en elders houdt trouwens nauw verband met het volksbestaan: wie christen wordt, komt min of meer buiten het volksbestaan te staan, hij plaatst zich buiten , , de adat". Hier in Nederland wordt men los van de éne kerk, maar valt een andere toe, of aan geen enkele; maar de plaats in het volksleven wordt er niet anders van. Ginds is het heel anders. Kunnen leven is: in de kampong mee kunnen tellen.

Wanneer trouwens is er „verharding" te constateren? Dat hangt af van de mate der kennis. Men kan dat niet in zoveel jaren of decenniën afmeten.

En wat die „zilveren koorde" betreft: bij de honorering der goeroe's en pandita's wordt verschil gemaakt tussen door óns gezonden zendingsarbeiders èn krachten, die in dienst van de geplante plaatselijke kerken zelf staan. Het „salaris" moet dan ook aan en door die kerken zelf worden uitgekeerd. Trouwens, meestal laten de door de geplante plaatselijke kerken aangestelden het geld („salaris") staan in een soort van rekening courant: bepaalde perioden (b.v. van het seizoen) bepalen de inkoop van behoeften. De , , zilveren koorde" is dan ook ginds niet een direct gevaar: de materiële kwesties liggen trouwens daar verder van het centrum der belangstelling af dan bij ons. De Soembanees denkt: al het mijne is het uwe, düs: óók (daarna): al het uwe is het mijne. Overnacht eens bij hen: het beste bed Is voor de gast, of anders — het enige bed. Gastheer en gastvrouw slapen ergens op de grond, als het bed voor de gast is afgestaan. Gevaar voor 'n „westerse" inrichting van de honoreringsregeling is voorlopig nog wel uitgesloten: meermalen wórdt al „in natura" gehonoreerd. Anderzijds is er ook een zekere schroom, bij de bevolking zelf, om b.v. haar voorgangers met bosknollen te betalen. En in andere behoeften (boeken, scholen) leert men zelf de noodzaak van geldelijke honorering al inzien. En de noodzaak van deelneming aan het geldverkeer wordt dan ook meer en meer gevoeld, juist van binnen uit. Vergeet ook niet: de soembanese (savoenese) kerken hebben nog niet de beschikking over een bijbel in eigen taal (maleis is niet voldoende, de maleise vertaling is trouwens lang niet feilloos, en veelszins ondeskundig). „De Here der heirscharen" — 'die uitdrukking b.v. is in 't maleis vertaald met: de Heer der algemene wereld — een mohammedaans-arabische term. Wat kan die al misverstanden wekken, b.v. bij de lezing van het gebod van uitroeiing der kanaanietische volken. Ook voor zo'n nieuwe bijbelvertaling kan onze steun, ons initiatief, niet ontbreken. Zelfs onderwijs vaji het hebreeuws zou niet overbodig zijn; , , korban" heeft In 't maleis een overeenkomstige betekenis, evenals b.v. „nabi", „salam". En voor zulke arbeid (gelijk ook voor de opleiding) is nauw contact met de eigen omgeving een eerste vereiste: men kan dan ook de opleiding niet naar Nederland verplaatsen.

De reeds geïnstitueerde kerken zijn geen motief voor het laten liggen van het brede terrein daaromheen; er is nog zoveel daaromheen te doen. Is ook op Borneo niet al lang gepreekt? Hoe slecht is vóór de vrijmaking (behoudens uitzonderingen) de prediking op zendtngsgebieden vaak niet geweest! Hoe vaak is er niet min of meer , , geknoeid"? Inlanders zelf klagen er vaak over, al hebben ze respect voor mannen als Wielenga, Gtoossens. Methoden als van de , , Protestantse" kerk zijn vaak gevolgd; vaak om te schrikken! Evangelie, bijbel, heette dan wel eens , , westers", men wou het , , aanpassen" aan het „oosterse" (al komt de bijbel zelf , , uit het Oosten"!). Ook al rekent men met de mogelijkheid van overdrijving en vooroordeel in de berichtgeving, toch blijft genoegzaam bewijsmateriaal over, om de klacht over wat van andere zendingstnstanties geschiedt; denk maar eens aan de manier, waarop ds Goossens is tegengewerkt. Er is, ook afgezien daarvan, veel water in de wijn gedaan. Liever weinig gedoopten, die écht gedoopt zijn, dan de massa-doop onder het motto: er moet toch waar voor het (zendings)geld zijn! 't Is gebeurd, dat een jodenjongen, die niet wou gedoopt worden, toch maar geprest is om gedoopt te worden. Laat men de , , zendelingen" niet benauwd maken voor de eis: u moet successen kunnen rapporteren, anders werkt u niet productief genoeg

Voor de keus van nieuwe terremen worde altijd ten nauwste contact gezocht met de inlandse kerken zeil. En wat „goud en zilver" betreft, dat hébben we toch? Bij ons kan er nog wel wat af, maar ginds moet iemand soms zijn opleiding prijsgeven, om nog wat levensmiddelen bij elkaar te kunnen scharrelen. En voorts: de Papoea's zijn onder de invloed der politieke wijzigingen nu „onze naasten geworden". De zending heeft op ons uitgavenschema nog een te lage plaats. Op 10.000 predikan­ ten 1100 zendelingen — zoo is het bij de amerikaanse presbyterlanen, — hoe is het bij ons? Nog lang niet 1 op de 10! Soms zitten twee predikanten van kleine kerkjes ergens vlak op eikaar, — maar de „uithoek van de wereld" — Nieuw Guinea — dat nog altijd voor ons openstaat, hoeveel noden zijn daar? Vroeger hadden we Java en Soemba — de rest van de Oost is toen vaak vergeten. Kunnen we die schade niet inhalen? Loslating van Borneo wordt niet bepleit, maar wel positieve aandacht vooi Nieuw Guinea. Moeten de bijdragen niet de hoogte in? Een kampong ginds vroeg reeds om een christen-goeroe. Buitenlanders doen wel iets in de richting van de z.g. „sociale zending", maar óns is het Evangelie toebetrouwd. Combinatie van kleinere kerken in Nederland zou nussionarissen kimnen vrijmaken. De verhouding tussen het werk in 't binnenland en dat op het zendingsgebled dient anders te worden.

Wat de „diensten" betreft: op Java heeft men sterk tussen , , hoofd"-en , , hulpdiensten" onderscheiden. Maar wat men daaronder verstaat, moet althans in de eerste periode samen lopen. En kan de diaconie niet worden ingeschakeld? Als niet ónze barmhartigheid ginds een school opent, dan komt ze er in veel gevallen doodeenvoudig niet. Worden geen medicijnen uitgereikt, dan sterven de mensen als ratten. Gaat dat de kerk niet aan? Tien millioen van de zeventig zijn in de Japanse periode omgekomen! In de primitieve omgeving ontbreekt de differentiatie, die wij in onze culturele omgeving kennen, als de zending de ogen daarvoor sluit, schiet ze te kort.

Snel werken met behoud van onderling contact tussen de werkende instanties is hard nodig, vooral in een land, dat aan revolutionaire woelingen bloot staat. Niet maai , , de kerken" (meervoud), maar ook , , de kerk" (enkelvoud) moet zenden: vandaar de eis van contact-onderhouding tussen allen, die in het werk optreden. Niet ledere kerk kan , , zenden"; wél kan iedere kerk deelnemen aan het werk: de één heeft alleen geld, de ander beschikt óók over krachten. Men zorge altijd voor nauw contact in het zendingsgebied 'zelf; anders valt — temeer onder de dreiging der vijanden — het bouwsel soms snel ineen.

We gaven slechts een enkele greep uit het gehoorde, natuurlijlc is 't maar een verslagje; men stelle dus de sprekers niet verantwoordelijk voor wat hier gezegd of geformuleerd is. 't Ging er ons alleen om, onze lezers te doen meeleven in dit interessante en leerzame vraag­ gesprek.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 15 september 1951

De Reformatie | 8 Pagina's

Zendingszaken onder opgepoetste brilleglazen

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 15 september 1951

De Reformatie | 8 Pagina's