GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 196

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 196

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zwerfgroepen vei^eten door welzijnswerk Het welzijnswerk zoekt nog steeds, of eigenlijk zou beter kunnen worden geschreven: is opnieuw gaan zoeken. Want enige jaren geleden ving men uit die hoek toch voornamelijk (leer-)stellige geluiden op; het doel leek al even duidelijk als de middelen die zouden moeten worden aangewend. 'Twee jaar geleden was het nog vrolijk schrijven over het vormingswerk in Nederland,' zo herinnerde zich een jaar geleden een deskundige auteur in het Hollands Maandblad, 'de werkers en werksters in het veld staken nog vol heilsverwachting, blaakten van protest tegen alle vormen van onrecht en onderdrukking in onze gecorrumpeerde wereld en beraamden aanslagen op de structuren van onze samenleving, revolutie, sociale actie en culturele guerrilla. In bonte stoeten waadden ludiek uitgedoste welzijnswerkers door tot kniehoogte opgestuwde, eigenhandig geschreven working-papers'. Misschien was een dergelijk beeld van de welzijnswerker er de oorzaak van, dat deze de laatste maanden opvallend vaak voorkwam in het repertoire van zekere komieken (het

duo De Bie/Van Kooten bijvoorbeeld). Ook VU-magazine was nogal schichtig geraakt vanwege de taal die in vormingskringen soms werd uitgeslagen en stelde daaromtrent vragen aan drs. Jan Hazekamp, medewerker van de vakgroep sociale pedagogiek aan de VU, in een gesprek dat overigens over andere zaken ging. Hoe was het mogelijk dat mensen wier taak er onder meer uit bestond, het vertrouwen te winnen van en te werken met anderen die dikwijls jaren korter van het onderwijs hadden genoten, zich uitten in zo'n meedogenloos jargon? Uit het antwoord van drs. Hazekamp bleek dat, misschien de eigen onzekerheid daarbij een rol kan spelen. 'Het is onnodig dat we ons spiegelen aan de traditionele wetenschappen of beroepen die een eigen jargon hebben, want we willen nu juist af van wat de wetenschappen met hun jargon hebben bewerkstelligd. Er zijn tegenkrachten in ontwikkeling die het gebruik van zulke taal willen indammen'. De hulpverlener voelde wat minder grond onder de voeten dan enige tijd ge-

leden het geval was. Uit wat drs. Hazekamp daarover zei, viel op te maken dat tussen theorie en praktijk een kloof was gaan gapen, hetgeen onder meer bleek uit het feit dat er groepen bestonden, die wel hulp nodig hadden, maar die niet door het welzijnswerk werden bestreken. 'Er bestonden wel allerlei theorieƫn maar die bleken in de praktijk weinig op te leveren. Meestal werd een aantal factoren geordend en dan werden oorzaken aangewezen. De praktijk bleek gecompliceerder te liggen dan het boekje deed vermoeden. We konden de jongeren met wie we in het bijzonder bezig zijn, niet vanuit zo'n eenzijdige theorie benaderen, ook konden we de omstandigheden waarin ze verkeerden, er niet mee veranderen. Er was behoefte aan een theorie, die zou moeten worden gevormd op basis van de dagelijkse omgang met de jongeren. Het voordeel van zo'n werkwijze is, dat een theorie die gemaakt wordt in onderlinge samenwerking tussen onderzoekers, werkers en jongeren, direkt invloed kan hebben op wat er feitelijk gebeurt'.

'Zwerf-groep' Vorig jaar mei maakte drs. Hazekamp een studiereis naar Manchester (Engeland), waar de Youth Development Trust, naast vele andere bezigheden, ook contact hield met een groep van ongeveer honderd 'zwervende jongeren', dat zijn jongens en meisjes die vrijwel geen contact meer hebben met samenlevingsverbanden zoals gezin, school, werk. De YDT trachtte met groepen van deze jongeren in relatie te treden, hen zo goed mogelijk van dienst te zijn en tevens te onderzoeken wat er eigenlijk aan de hand was: hoe komt het, dat er jongeren zijn, die zwerven. Drs. Hazekamp's interesse voor dit project hing samen met het jongerenwerk in Amsterdam waarbij hij is betrokken en waar hij zich dezelfde ontwikkeling ziet ontrollen als

Drs J. L. Hazekamp 38

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 196

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's