GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 111

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 111

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

fundamentele dialoog'), met erkenning van de grote verschillen in opvatting tussen U en ons, niet uitermate zinvol kunnen zijn met het oog op de situatie in Zuid-Afrika eni met het oog op de positie waarin zij die het Zuidafrikaanse regeringsbeleid steunen, zich bevinden? Is dat thans niet bij uitstek onze roeping als christelijke universiteit? Naar het gevoelen van de Universiteitsraad zal de door deze brief beoogde gedachtenwisseling over de overeenkomst tussen U en ons het antwoord op deze en dergelijke vragen moeten geven, zodat na en in overleg met U bepaald kan worden hoe de overeenkomst gewijzigd kan en moet wordeni, en daarna besloten kan worden of zij na wijziging moet worden gehandhaafd. Men hoeft niet volstrekt eensgezind te zijn om samen te willen werken, maar er zal bij alle, soms fundamentele, verschillen van mening een zekere mate van gelijkgerichtheid op basis van een gemeenschappelijk beginsel moeten zijn om samen te kunnen werken.'

Aangeboden wordt ten slotte een of meer VU-vertegenwoordigers naar Potchefstroom te zenden ter toelichting van de brief of om een delegatie uit Potchefstroom te ontvangen 'Voordat U en wij besluiten tot mondeling overleg over te 9tan, zou echter naar onze mening moeten worden nagegaan of dit zinvol lijkt te zijn.' De inhoud van de brief zelf is in de Universiteitsraad weinig in discussie geweest. Geschrapt werd de suggestie om gezamenlijk een of meer projecten op te zetten, b.v. een 'interdisciplinair wetenschappelijk onderzoek, empirisch en normatief georiënteerd, van de problemen verbonden aan groepsverhoudingen, toegespitst op nationalisme en racisme.' De discussie in de Universiteitsraad ging hoofdzakelijk over de keuze tussen dialoog of opzegging van het verdrag en de houding die aangenomen moet worden tegenover de UBLS, die - ongewild - in de discussie rond het PU-VU-verdrag is betrokken. In de Universiteitsraad was prof. dr. J.

van den Berg de voornaamste woordvoerder van hen die een dialoog met Potchefstroom bepleitte terwijl studentenwoordvoerder Ronald Gerritse van de leden opzegging van het verdrag voorstond. Van de gast-sprekers bepleitte dr. J. P. Feddema het eerste standpunt, terwijl prof. dr. J. Verkuyl en ds. L. Ringalda het verdrag wilden opzeggen. Op de publieke tribune maakte prof. Van der Walt uit Zuid-Afrika de discussies mee. Deze had voordien een gesprek gehad met enkele leden van het college van bestuur. Uit de notitie, die daarvan aan de UR was overgelegd bleek, dat volgens mededelingen van prof. Van der Walt ook vier zwarte studenten in Potchefstroom zijn toegelaten. Prof. Van den Berg zinspeelde hier o.a. op toen hij zei: 'Eerlijkheidshalve moet gesteld dat de situatie niet somberder moet worden voorgesteld dan deze is. Ook in Potchefstroom is kritiek op het officiële beleid en op aspecten daarvan. Meer kritiek dan men hier dikwijls vermoedt. Voorts blijkt er bereidheid om een nieuwe weg te gaan. Er zijn zwarte studenten opgenomen aan de universiteit van Potchefstroom. Het is maar 'n klein begin, maar principieel is dit een zeer belangrijke zaak'. Verdragsopzegging achtte hij onverantwoord, goedkoop ('t kost maar een postzegel) en tegenover Potchefstroom - na het besluit van vorig jaar - ook onfatsoenlijk. Het concept noemde hij ' 'n keiharde brief. Bij eerste lezing dacht ik tè hard. Maar 'k heb er vrede mee. Dit is nu eenmaal het gevoel van onze Universiteit en het is een kwestie van eerlijkheid om het zo te stellen.' Ronald Gerritse hekelde met name de wijze waarop de UBLS 'op bijzonder onsmakelijke wijze in ons getwijfel en dubbelzinnigheid is betrokken geraakt. Als mijnheer Van den Berg zegt, dat voor de dialoog met Potchefstroom kiezen, niet tegen de UBLS kiezen is, doet hij nèt of er niks gebeurd is,' zei hij doelend op de duidelijke uitspraak van dr. Setiloane en op een bevestiging van de representativiteit van diens gevoelen van gezaghebbende zijde. Hij begreep niet waarom daar steeds aan voorbijgegaan kan worden. 'Er kan geen andere conclusie getrokken worden dan dat dit verdrag de geloofwaardigheid van ons beginsel en onze houding bij die groepen, die juist ondersteund moeten worden, niet bijzonder ten goede komt.' 't Idee om de PU op ondubbelzinnige wijze voor de keuze te stellen, wat z.i. neerkomt op het laten verbreken van het contract door hèn, achtte hij het in handen spelen van de zwarte piet in handen van de PU. 'Dan hebben wij op ongelofelijke wijze verhuld dat het gaat om

'n keuze van de VU'. Hij achtte dit beledigend voor de PU. Beledigend voor de UBLS achtte hij het zenden van een VU-delegatie. 'Dan raken ze nog meer betrokken in onze moeilijkheden'. Wat er gebeuren moet is 'n daad van werkelijke solidariteit met de onderdrukten. 'De koehandel zoals nu tot uitdrukking komt, kent geen greintje geloofwaardigheid.' De heer Feddema bepleitte een 'derdeweg-strategie', een 'evangelisch' conflictmodel, conflict met de 'verkramptes' in Zuid-Afrika, terwille van de gerechtigheid en van de verdrukten, zich eerst kerend tegen rechts, maar ook tegen uiterst links 'omdat dat dezelfde methoden toepast'. Hij bepleitte aansluiting te zoeken bij die zwarten en blanken in Zuid-Afrika die veranderingen langs geweldloze weg nastreven. Het kon wel eens zijn dat óns kruis is door zwarten niet begrepen te worden, aldus de heer Feddema. Prof. Verkuyl drong aan op een 'gedateerde' beslissing van de UR. 'Dit is de periode van aaneengesloten processen tegen personen en instellingen, die langs geweldloze weg veranderingen in ZuidAfrika nastreven. En Potchefstroom zwijgt. Hoe langer hoe meer wordt het mij 'n diepe overtuiging, dat dit verdrag ons compromitteert. Ik vind het eigenlijk beneden peil wanneer we dit verdrag zouden continueren.' Ds. Ringalda waarschuwde dat ons 'blanke christelijke hoogmoed' ons parten speelt. Die hoogmoed van ons maakt ons blind voor de vijandschap, die we zaaien door als blanken met blanken te blijven praten over wat we met zwarten zullen doen. Hoerveel opgekropt geweld roepen we niet met een dergelijke houding op? 'Een luxe gesprek' noemde hij de dialoog tussen PU en VU. 'Onze schuld is dat we niet allang bij 'n zwarte universiteit zitten, niet als leermeester maar als leerling. Maar ons hart houdt zich verre van de zwarten.' Uiteraard kan slechts een uiterst summiere weergave gegeven worden van wat gezegd is in de Universiteitsraad. Geconstateerd mag worden, dat zowel wat betreft de benadering van het onderwerp als de probleemstelling de standpunten aan de VU nog ver uiteenliggen. Universiteitsraadsvoorzitter dr. Kuijper vroeg bij het begin van de vergadering aandacht voor het feit dat 150 leden van de universitaire gemeenschap gereageerd hebben op de oproep om een bijdrage te storten voor de verdediging van dr. Beyers Naudé CS. Tezamen brachten ze ƒ 4800 op. 'Iedereen mag hierover denken zoals hij of zij wenst.' Prof. Verkuyl noemde het resultaat 'beschamend'. 5

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 111

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's