GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1998 - pagina 401

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1998 - pagina 401

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een vrouw zei me: 'Voordat je er nieuw voedsel instopt kun je het oude er beter uithalen.' Op weg naar het toilet negeren de mensen elkaar. Er wordt niet gegroet; een opmerkelijk verschijnsel in een samenleving waar iemand de hele dag zou kunnen doorbrengen met het groeten van bekenden. De betrokkenen hebben hiervoor een verklaring: als je iemand groet, dan kan die persoon jou een vraag stellen en wellicht nóg een, en als je te veel wordt opgehouden kun je in de problemen raken en je waardigheid verliezen. Van iemand anders hoorde ik dat het gewoon moeilijk is om vriendelijk te groeten terwijl je je mentaal aan het voorbereiden bent op een culturele beproeving.

het toilet. Zo leerde ik een minder bekend deel van het ziekenhuis kennen, een plaats die men wordt geacht niet te zien. Er was een ziekenzaal die er schoon genoeg uitzag voor bezoekers en voor doktoren. Een deur voerde naar achteren, waar een gang was met verschillende 'toiletten' voor de patiënten. Ze waren in een beroerde staat. De vloer was bedekt met een mengsel van water en urine. De toiletten spoelden niet door. Gebruikt wc-papier moest in een roestige emmer zonder deksel worden gedeponeerd. De talrijke vliegen richtten hun belangstelling op de inhoud van de emmer. Ik realiseerde me dat mijn ziekte buitengewoon besmettelijk was en dat in deze omstandigheden binnen de kortste keren meer patiënten aan hetzelfde zouden lijden als ik.

Emmers In de loop der jaren is de hygiënische toestand van de openbare toiletten in Ghana duidelijk verbeterd. De beheerder houdt enkele malen per dag een inspectie en maakt de boel schoon. Toen we eens een poepgat zagen dat nog erg smerig was, verontschuldigde hij zich en begon het meteen te reinigen. Het toiletpapier werd direct bij de ingang verbrand. Onverminderd laag in aanzien blijven de mensen die de poepemmers van de openbare en de privé-latrines legen, de 'Kruni'. Ze zijn bijna allemaal afkomstig uit Sierra Leone en Liberia. Geen Akan zal overwegen het werk te doen, ook niet als het heel goed zou worden betaald. De Kruni draagt een container op zijn hoofd waarin hij de poepemmer leegt. Hij heeft een bezem om de emmer schoon te maken en een lantaarn om zijn weg te vinden. Bij de privé-latrines staat de emmer achter een kleine deur aan de achterkant van het huis. De container moet over een lange afstand worden gedragen naar een dumpplaats aan de rand van het dorp. De Kruni zijn letterlijk nachtmensen. Ze zijn de verpersoonlijking van wat de Akan zo hartgrondig verafschuwen. Er wordt van ze verwacht dat ze zichzelf én hun lading onzichtbaar maken.

Intussen maakte een vrouwelijke dokter in feestelijke Kente-klederdracht, versierd met een gouden halsketting en armbanden, haar ronde door de ziekenzaal. Het was zondag. Ze oogde bijzonder netjes en schoon. Ik werd me bewust van de absurditeit van haar reinheid op een plaats waar het vuile sanitair de mensen die er kwamen nog zieker maakte dan ze al waren. Ik vroeg me af hoe iemand die een opleiding had genoten op het gebied van hygiëne dergelijke omstandigheden kon tolereren. Ik kon maar één verklaring bedenken: zij, en al haar collega's, weigerden er simpelweg over te denken. Ze was nooit in de patiënten-toiletten geweest en ze stond ook niet toe dat haar gedachten daarheen afdwaalden. Met haar keurig gepolijste voorkomen gaf ze aan dat er in haar wereld geen plaats is voor vuil.

In 1991 werd ik opgenomen in een ziekenhuis in de hoofdstad Accra. Ik had ernstige diarree. Ieder uur moest ik naar

riep ik in het Engels. Zelfs als je arm bent, kun je een eenvoudige en efficiënte latrine naast je huis maken door simpelweg een gat te graven. Er zijn ook technische problemen, voerde mijn collega aan. Op sommige plaatsen komt het grondwater naar boven als je een gat graaft. Op andere plaatsen is de grond te rotsachtig. Dat waren voor mij echter geen bevredigende antwoorden. De 'hygiënische puzzel' bleef bestaan. Ik dacht aan de nette dokter met de gouden sieraden in het ziekenhuis. Misschien, opperde ik, zijn jullie zó bang voor uitwerpselen dat jullie ze niet alleen uit de darmen willen verwijderen maar ook uit het hoofd. Jullie willen er niet over nadenken en dulden het zelfs niet in de nabijheid van jullie huizen. Het feit dat jullie bepaalde plaatsen moeten bezoeken en daar onvermijdelijk faeces tegenkomen, zetten jullie simpelweg uit jullie gedachten. Je doet alsof niemand je ziet op weg naar die plaatsen, en zelf doe je alsof jij de anderen niet ziet. Jullie gaan stilletjes, als dieven in de nacht, en vervolgens wordt het verdrongen: een mentale oplossing voor een fysiek probleem. De poep-paradox is bij nadere beschouwing niet eens onlogisch. Maar mijn gesprekspartner was niet overtuigd. Hij moest trouwens dringend weg. De dag tevoren had hij niet naar het toilet gekund, en zijn laxeermiddeltje begon te werken.

Sjaak van der Geest is hoogleraar medische antropologie aan de Universiteit van A m s t e r d a m . Een langere versie van dit artikel verscheen eerder i n ' A n t r o p o l o g y T o d a y ' ( j u n i 1998). Vertaling en bewerking: Mark Traa. Fotografie: Rene Koster.

Primitief Ik vroeg een van mijn Ghanese onderzoekscollega's waarom de mensen in Kwahu-Tafo, die zo dol zijn op de nieuwste technische snufjes, er zulke primitieve en gebrekkige methoden op nahouden voor het verwijderen van hun faeces. Waarom wordt er zo'n lage prioriteit gegeven aan toiletfaciliteiten terwijl iedereen zo'n afkeer heeft van vuil? Het is een kwestie van armoede, zei hij. De mensen kunnen zich geen goede toiletten veroorloven. "Bullshit!"

wcs

NOVEMBER/DECEMBER 1998

25

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1998

VU-Magazine | 492 Pagina's

VU Magazine 1998 - pagina 401

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1998

VU-Magazine | 492 Pagina's