Eenige kameradviezen uit de jaren 1874 en 1875 - pagina 67
67
KOLONIALE QUAESTIE.
En nu
kunnen
te
tegendeel
bij
het
over
Minister
en
van
ontslag
aan
voldoet
meende toen
Ik
principieel
dezen
discussie
die
daarmede
Minister
telkens
den de
debat
heer Loudon, gebleken.
hem
hem
als ik
stellige
recht en de uitvoering van de eenmaal tot stand
Maar
bepaling.
de taak van den wetgever
van
de beginselen
terugtrekt
niettemin
ook controle heeft
in
te oefenen,
nog gewichtiger
heeft
wisselen
te
blijft
deel
Of nu
begeef mij
„Ik
uitvlucht:
juist
het waar,
gekomen
rechts-
beraadslagen over
te al
de Minister zich
niet
dat deze
herinner aan
spreken over het
alleen, te
is
constüiiendmn.
het jus de
achter
beschouwingen",
als
is
Of de
en de legislatieve
De taak van
administrateur
bij
hier gesteld zijn,
taak.
den
Het
zijn.
bijvoorbeeld
dat bestaat tusschen de administratieve
verschil,
beginselen
de
over
later,
eischen, die
waan
nog den
aangenaam zou
zal duidelijk worden,
betwijfel ik, en die twijfel
het
een
dat
koesteren,
is
debat
het
geworden.
regeeringsbeleid
het
van
ben
armer
illusie
ik te klagen,
de vorige discussie óver Koloniën
Voorzitter, dat ik sinds
de
Mijnheer een
opmerkingen komende, heb
tot mijn practicale
in theoretische
Kamer
zeer zeker
of het stellige recht wordt nageleefd,
maar
van haar taak, ook wel degelijk van gedachten
over het
en de beginselen die daarbij
stellen recht
te
acht zijn te nemen.
Evenwel,
als
kiest,
slrateur
de Minister het meer bescheiden terrein van adminiik
zal
hem
er
niet
uit
verjagen
naar het meer
vrije
terrein der beginselen en tot mijn zeer pradieale aanmerkingen overgaan.
Het
zijn
betreffende den eerediensl en drie betreffende
er zes, drie
het onderwijs.
Het klacht
over
eerste
punt,
een
over
dat
ik
bij
bestuursdaad
Eeredienst
in Indië;
het
een post in de koloniale begrooting;
het
te
berde breng,
tweede
een
is
een
aanmerking
derde geldt een opmer-
king in de Memorie van Beantwoording.
Wat het
het eerste betreft, begin ik met voor te lezen een extract uit der
register
besluiten
van
den
resident
der
Zuider-
en Ooster-
afdeeling van Borneo, dd. Bandjermasin 4 Juni 1875, van dezen inhoud
„Extract
uit
het
Register
der
besluiten
van den resident
Zuider- en Ooster-afdeeling van Borneo.
„Bandjermasin, dd. 4 Juni 1875.
„De Resident, „Gelezen enz.
,Nog ,
gelezen enz.
Gelet enz.
-Heeft goedgevonden
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 320 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 320 Pagina's