Separatie en Doleantie - pagina 58

58

STAATSRECHTELIJKE GEVOLGEN UEtt DOLEANTIE.

trent wier wilskeuze

met

feitelijk

gerekend

van

leden

als

bleek. Alsook, dat de velen die

niet

instituut braken, daartoe kerkrechtelijk niet

dit

meer mogen

nog

een

worden,

en thans te beschouwen zijn

nieuw door hen opgericht S^-nodaal

insti-

Dit zou minder duidelijk zijn gebleken, als niet in den

tuut.

aanvang van

vlugschrift breedvoerig het ontstaan, het wezen,

dit

de continuatie en de reformatie van de geïnstitueerde plaatse-

naar

kerk,

lijke

heden

den

regel der Gereformeerde kerkregeering,

ware; maar nu die uiteenzetting tot in bijzonder-

beschreven

wierd

gegeven,

en

de

bij

tegenstelling tusschen het

Roomsche, Sektarische en Gereformeerde kerkrecht ten deze het wel mogelijk en houdt

juiste licht viel, is twijfel niet

alle

onzeker-

heid over de te volgen gedragslijn op. Os. Hogerzeil en Ds. Vosc.

hebben duidelijk getoond hun vroegere stipulatiën

s.

als vervallen te

beschouwen, en de kerkeraad der Nederduitsche Gereformeerde

Kerk mist alzoo het recht eenig te oefenen.

kerkelijk gezag over hen uit

hebben thans een nieuw schismatiek instituut

Zij

opgericht, dat ze weer aansloten aan de Synodale organisatie.

En wat we nu ook

hen van hun doolweg terug

met hen

De

van

vloeien

reformatie

Burgerrechtelijke

zelve

voort uit het

gebracht

Op grond

is.

gevolgen

feit,

van

het

titel

van dat

aloude

Overheid

ome

instituut,

instituut,

twee

en dus

als

stand

tot

hadden

op

Si/}wdale7i,

wij

Do-

als

feit

moe.sten

de continuatie

rechthebbenden op den

erkend worden. Hier stonden dus voor

pretentiën

tegenover

elkander. Eenerzijds

Gereformeerde begin-

gebrachte reformatie van het instituut, recht

wat dat

der

geïnstitueerde kerk tot

pretentie, dat wij, blijkens de naar

selen

we

dat geen nieuw

toch van dat

van de Overheid blijven eischen, dat we

wij

en

brengen, kerkrechtelijk staan

gemeenschap meer.

maar een bestaande

instituut opgericht,

de

en

S/aalsrechielijke

leantie

te

niet de minste

in

om

nog, naar Christenplicht, doen mogen,

bestond;

zij

en daartegenover de pretentie der

de continuatie van het oude instituut waren,

een schismatieke nieuwe vereeniging. Staande tegenover

deze beide pretentiën heeft onze Overheid toen roor de Synode en Zegen

ons

partij

gekozen.

Hierin

nu

heeft

onze innigste overtuiging, gezondigd. Ze

de Overheid, naar

kwam

tot deze zondige

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen