Eenige kameradviezen uit de jaren 1874 en 1875 - pagina 247
247
ONDERWIJSQUAERTIE.
En nu
wat
tot
vragen geneigd, of
cferiisf.
woord weer
reden
er
vertrouwen
indien
meer
kracht te brengen? Naar mijn inzien
over
de
motiveeren
:
onderwijsquaestie
homogeniteit van
ja,
gezegd
is
die
en
ik
die onzijde der
door de houding
2.
:
meen
van de
hetgeen
door
1'^'.
tegenpartij, en 3. door den twijfel,
der
hoe ook, een middel
het godsdienstig element in de nationale opvoeding
mogen
te
Kegeering
door woord en weder-
niet,
Avorde,
gerustheid
is,
den aard
geraken.
gevonden tot
uit
is
ongerustheid voor hen, die met mij meen^n,
tot
dat het ons volk niet goed zal gaan,
om
te
Het
te interpelleeren.
hem gelukken mocht
h(3t
tot gerustheid en
Bestaat
om
ben; en wie zich niet gerust gevoelt,
ik
niel
aanleiding geeft
v)èl
niij
dal
mij bestaat omtrent de
bij
Kabinet inzake lager onderwijs.
dit
In de eerste plaats dan de successieve verklaringen der Regeering. Ik veroorloof mij daarbij in een retrospectief
geen
heeft verklaard.
zij
Het
dat
eerste
van
wij
hebben, was een woord, dat legde
ons o]ii
Regeering over onderwijs gehoord
Koning op de lippen
Zijne Majesteit den
een Troonrede, bestemd
om
een nieuw Kabinet in te leiden en
het terrein van werkzaamheden in dit zittingjaar af te bakenen, ge-
en
lag,
dat
onderwijs
welke
allereerst
wijzigingen
zou gezorgd worden,
van wijzen
staat
in
van het onderwijs de Regeering aan het harte
belang
het
dat
zegd,
zijn,
zij
deze
het openen van deze zitting der Staten-Generaal. Daarbij werd
bij
in
treden van het-
overzicht te
in
de
te Ijrengen,
om om
de wet op het hooger
daarna
te
overwegen,
andere takken van onderwijs zouden geëischt
voorzoo veel wettelijke regeling betrof.
Het spoedigst heeft de Eerste Kamer
zich over de
het Kabinet ten deze een uitlating veroorloofd.
was
rede
natuurlijk,
zobals ze daar lag,
De
gezindheid
van
zinsnede der Troon-
een toewerpen van den hand-
schoen aan de tegenpartij. Nadat de vroegere Ministers achtereenvolgens steeds niet,
hadden hoe
verklaard
ook
van
:
deze
Aan zijde
wijziging van de schoolwet denken wij steeds op
wijziging werd
wel in hooge mate de aandacht trekken, nu
moest het den
van
dat
wijziging
dit
Kabinet in de eerste Troonrede de beste
opgenomen
?
Stond
dit
niet
in
den
geest
der
gij
dit doet,
?
De Eerste Kamer,
overzijde samengesteld, achtte het des-
wege dan ook noodig, onverwijld aan de Regeering Indien
het optre-
met het toewerpen van
den handschoen aan de vorige Regeeringspartij gelijk
ven:
bij
verklaard werd,
der schoolwet Avel terdege onder de rubriek zijner werk-
zaamheden werd grootendeels
aangedrongen,
weet dan wel, dat
gij
te verstaan te
ge-
op geen medewerking
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 320 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 320 Pagina's