Eenige kameradviezen uit de jaren 1874 en 1875 - pagina 105

BIJVOEGSEL TOT HE KOLONIALE QUAESTIE.

van

§ 7. Geen deelimj

karig bevolkt, zonder vertier

uiterst

die,

althans aanvankelijk onder meer reclitstreekscli he-

of eigen leven,

niet

lieer ;^ouden

brengen

te

veranlwoordelijklieid.

ou gewesten,

Of' eÜHiideii

105

hlijve hierbij

zijn,

Waar geen

onbeslist.

eigen

nationaal leven wortel sclioot en dus geen organisch volksverband bestaat, heeft

liet

wil

ginsel die

antirevolutionair beginsel ook geen eiscli te stellen.

dat

alleen,

onder het bestel van den Schepper geworden

digheid en eigenaardigheid zult eerbiedigen, en

van

elke

smeltbaar

om

poging

zijn

nemen;

en

er slechts tegen op, dat

is

uw

waarljorging van

in

uw hand

heur zelfstanaf zult houden

mensch, het recht

als

gij,

over de toekomst dier volkeren te beschikken

zoudt

,

ineensnielting van wat krachtens zijn aard onver-

tot

komt

is;

Dat be-

ge de formatiën der volkeren en natiën, gelijk

aan God

,

uit

handen

dus voldaan, indien, behoudens de handhaving en

hoogheidsrechten, slechts zoo beslist van elke valsche

vermenging met uw eigen Rijk worde afgezien, dat nooit of nimmer uw financieel belang

aan het moreel belang dier volken

Geen vaste bijdrage ander

stelsel

met scheiding van

dien verstande, bepalen,

hebbe

;

dus, noch ook batige

niets

met

maar overigens

het

uit

make, wat ze ten behoeve

Waren leeuingen

onder

om

Rijksdomein

van het

garantie

sta.

met

ons nu tot den Archipel te

het

of

Rijksleger te doen

de productie van eigen maatschappij goed-

dier maatschappij

soms voorschotten,

daarbij

den weg

maar een geheel

dienst en van beheer; en dat wel

dat het Indisch beheer,

meer

in

sloten,

Rijk

of,

te

kosten legt.

wat op hetzelfde neerkomt,

noodig

,

dan zou hiertegen in

beginsel geen bedenking bestaan; mits dit hulpbetoon leidde tot die heillooze declimj

maar nimmer weer

van de verantwoordelijkheid, die blijkens

ervaring steeds met vernietiging van alle verantwoordelijkheid

constante

gelijk staat, en

voor Moederland en Koloniën beide

om

strijd

noodlottig

en verderfelijk bleek.

2.

Exploitatie, J^olonisatie, of Vooydij? § 8.

In

sprake

Drie ons

over

stelsels.

eerste

het

artikel

verband

,

kwam waarin

uitsluitend ,

krachtens

de forraeele c|uaestie ter het souvereiniteitsrecht,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen