Zions roem en sterkte ofte verklaaring van de zeevenendertig artikelen der Nederlandsche Geloofsbelydenis - pagina 288

286

XXVIII.

Artikel,

Yrag. Maar is 't een vroome geoorlooft verkeeringe hebben met onbekeerde, die in de Kerk zijn?

.'.

te

Antw.

1. Wegens de noodzake die hy 'er wegen de plaats daar hy woont. De mensch geen meester van zijne geboorteplaats. Loth woonde Sodom, Israël in Egypte. Daar valt niet tegen te

Ja

doch:

toe heeft, van is

in

zeggen,

God de

tyden, en bepalingen van onze voren verordineert heeft, Handl. 17 26. 2. Wegens de nood van ons beroep, d'een moet gedient worden, en d'andere moet dienen d'een is koper, en d'ander is verkoper. Ziet Abraham, onder de godloze zonen Hemors, ais hy een akker kogt, om zijn vrouw te begraven. Gen. 28. De wyze vrouw is als de scheepen eenes koopmans, zy doet haar brood van verre komen, Spreuk. 31 14. alzo

woningen

te

:

:

:

Wegens de nood en

ongelegentheid, daar in men eikanderen dient behulpzaam te zijn. De Heere wil weldadigheid, meer dan offer, Hos. 6 6. Zie de Samaritaan, in zjjn gedrag jegens den half doden vreemdeling, op den weg, Luc. 10 30— 37. En hoe grootelyks de buuren verblyd waren over de geboorte van Johannes, Luc. 3.

:

:

1

:

4.

58.

der vromen. Men van zijne ouders, van

Wegens de nauwe verwantschap

kan nog mag van

zijne kinderen,

zijne broeders en zusters niet afblyven, al is 't datze onbekeerde zijn. Zie dit in Jacob en Esauw, zy kwamen by malkauderen, en gaven tekenen van bloed en liefde. Gen. 33. Abels begeerte was tot Kain, hoewel hy een onheilige was. Gen. 4 7. Paulus wilde verbannen zijn van Christus, voor zijne broederen, die zijn maagschap, na den vleesche, waren, Rom. 9 3. :

:

Wegens

men

door hen doen kan aan de Kerk. De onbekeerde zijn veeltyds ryk en magtig: zy vermogen veel ton goede, of ten kwade der Kerke. Ko^nt men 'er niet by, men heeft 'er geen v/armte van zy willen geëert en gezogt worden, als ze wat goeds zullen doen. Zie Mordechai, aan 't hof van Ahasueros, zoekende het beste voor zyn volk, ende spreekende voor den welstand van zyn gantsche zaad, Esth. 10 3. 5.

het

goede,

dat

;

:

bekeeringe. De Heere zeegent menigmaal de verkeeringe der vroomen by de onbekeerden, dat zy lust en liefde krygen tot God en 6.

Wegens de hope van hunne

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen