Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 72

,,

Van

68

de Autoriteyt der H. Schrifture.

moet men dat

[alleen]

')

aennemen met een historisch

ende salighmakende géloove? A.' Ja.

d

d

V. De simpele onwetenheyt daer van, is die kettersch ? A. Neen. V. Dat eenigh boeck in 't besonder neemt Mattheus zy het boeck van Mattheus moet men dat oock aen,

nemen met een salighmakende

ofte alleen

met een

historisch geloove?

A. Alleen met een historisch geloove: te weten die boecken, daer van de naem des Autheurs niet uytgedruckt en staet in den text. d V. De onwetenheyt daer van is die kettersch? A. Neen. d V. Welck zijn de principaelste deelen ende hooftstucken van de H. Schriftuer ofte het woort Godts? A. De Wet ende het Euangelium.

van

VAN DE AUTOKITEYT DER HEYLIGE SCHRIFTURE. V.

De

heylige Schrift ofte dese Canonijcke boecken

van waer hebbense hare autoriteyt ende weerdigheyt? A. Van Godt. V. Waer uyt bewijst ghy dat? A. 2. Tim. 3. 16. 17. Alle Schrift is van Godt ingegeven, ende 2. Petr. 1. 21. De heyhge mannen hebbense geserheven, gedreven zijnde van den Geest Godts. V. Heeft de H. Schrifture haer autoriteyt ende weerdigheyt van den Paus ende de Kerck? A. Neen. V. Heeft de H. Schriftuer ten deele hare autoriteyt ende weerdigheyt van de Kerck? A. Neen. ')

LH

woord:

alleen

moet geschrapt.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen