GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 244

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 244

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

Van

240

d

het Verbont Godts.

voor soo veel het begrijpt de versoeninge der geloovigen des Nieuwen Testaments met Godt, door Christum, die in den vleesche gekomen is. V. Seght my eens, welck daer zy het onderscheyt tusschen het verbont ende Testament? A. Het verbont beteekent alle verdragh ende contract het gene de Heere met den mensche gemaeckt heeft, hoedanigh het oock soude mogen zijn. Maer het Testament alleenlick, dat verdragh ende contract, dat met de doot is besegelt: Hebr. 9. 16. Want waer een Testament is daer is het noodsake dat de doot des Testament-makers tusschen kome. V. Kan men eygenlick seggen, dat de geheele Schriftuer bestaet in geboden ende beloften? A. Neen want de leeringen van Godt, van den val, van de sonde van de straffe der sonden de scheppinge, &c. en zijn eygentlick noch geboden noch beloften. V. Wort de Schriftuer dan gansch uytgeput door Wet en Euangelium? A. Neen: want de leere van de Goddelicke natuer ende persoenen, van de scheppinge van den val, is noch Wet noch Euangelium. V. Is de belofte Godts een werck dat inwendigh is of dat uytwendigh is dat is een uytvoeringe van het besluyt Godts? A. Een uytvoeringe van Godes besluyt. V. Zijn alle beloften, Euangelische beloften? A. Neen: want in het oude verbont voor den val is geweest een belofte, Doet dat en ghy sult leven, dat is ick sal u geven het eeuwige leven maer dat en was geen Euangelische belofte; want doen en was'er noch geen Euangelium. 2. Daer zijn tijtlicke beloften, dewelcke eygentlick niet en zijn Euangelische, (want de Euangelische zijn geestelick) maer alleen aenhanghsels toematen ende vruchten van de Euan,

,

d

:

,

,

d

,

d

,

d

,

,

;

,

d

,

,

gelische beloften. V. Zijn sommige Goddelicke beloften absoluyt, andere onder conditie?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891

Abraham Kuyper Collection | 632 Pagina's

Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 244

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891

Abraham Kuyper Collection | 632 Pagina's