GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 353

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 353

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

Van Godes

Voorsienigheyt.

349

V. Waer uyt bewijst ghy, dat Godt regeert de dingen die ten aensien van de menschen by geval geschieden ? A. Exod. 21. 12. 13. Prov. 16. 33. Het lot wort in den schoot geworpen maer het geheel beleyt daer van. is van den Heere. Matth. 10. 29^ 30. Matth» 18. 7. ende 26. 54. Luce 24. vs. 46. 1. Cor. 11. 19. d V. Maer volght uyt dese onse leere van de voorsienigheyt Godts over ende ontrent alle dingen in de werelt, selfs gebeurlicke ende casuele dingen, het Fatum Stoicum dat is der Stoïsche Philosophen Noodt-

d

:

,

,

,

dwangh ? A. In die

wy

't

minste niet

stellen

,

:

want dese nootsakelickheyt van der Stoïsche

verschilt gantschlick

Om

Noodt-dwangh. 1. dat dese nootsakelickheyt geseyt wort voort te komen van wegen het besluyt en de wille Godts, waerom oock sy nootsakelick van ofte aen Godt dependeert maer de nootsakelickheyt der Stoïsche Noodt-dwangh is Godt selfs, na het gevoelen van de Stoïsche Philosophen, onderworpen. 2. De nootsakelickheyt der Stoischen Noodtdwangh ontstaet uyt de saken selfs onder malkanderen en tot malkanderen maer de nootsakelickheyt,

Philosophen

;

,

;

wy

en hanght niet aen de saken ende dingen, dewelcke in haer selven ingesien zijnde, ten deele hebben een natuerlicke kracht, datse op dese ofte gene maniere haer hebben konnen, na dat het den Heere goet dunckt ten deele oock een vrymatigheyt of vrywilligheyt. Ende daer van daen is het; dat deze nootsakelickheyt niet genoemt wert een absolute nootsakelickheyt, maer een nootsakelickheyt, die voortkomt van wegen het besluyt en de die

stellen,

,

;

wille Godts.

AENHANGSEL. e

V. Wat middelen gebruyckt Godt in 't onderhouden ende regeeren der dingen dezer werelt?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891

Abraham Kuyper Collection | 632 Pagina's

Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 353

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891

Abraham Kuyper Collection | 632 Pagina's