GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Van de kennisse Gods - pagina 155

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Van de kennisse Gods - pagina 155

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

INNERLIJK HERSTEL.

153

gemoed en genegenheden, geheel verandert en omzet. Van Hoofdstuk III/IV § 1 1 der Dordtsche Leerregels: „Wanneer God dit Zijn welbehagen in de uitverkorenen uitvoert, en de ware bekeering in hen werkt, zoo is het, dat Hij niet alleen het Evangelie hun uiterlijk doet prediken en hun verstand krachtiglijk door den Heiligen haar

lezen

wij

in

Geest verlicht, opdat

zij

recht zouden verstaan en onderschei-

den de dingen, die des Geestes Gods zijn maar Hij dringt ook in tot de binnenste deelen des menschen met de krachtige werking deszelfden wederbarenden Geestes. Hij opent het hart, dat gesloten is Hij vermurwt dat hard is Hij besnijdt dat onbesneden is. In den wil stort Hij nieuwe hoedanigheden, en maakt dat die wil, die dood was, levend wordt die boos was, goed wordt; die niet wilde, nu metterdaad wil; die wederspannig was, gehoorzaam wordt Hij beweegt en sterkt dien wil alzoo, dat hij als een goede boom vruchten van goede werken kan voortbrengen. En dit is die wedergeboorte, die vernieuwing, nieuwe schepping, opwekking van de dooden, en levendmaking, waarvan zoo heerlijk in de Schrift gesproken wordt, dewelke God zonder ons in ons werkt." Dat is de tegenstelling met wat wij in § van dezen Leerregel lezen: „De mensch is van den beginne naar het beeld Gods geschapen, versierd in zijn verstand met ware en zalige kennis van zijn Schepper en van andere geestelijke dingen; in zijn wil en zijn hart met gerechtigheid; in alle zijn genegenheden met zuiverheid en is overzulks geheel heilig geweest maar door het ingeven des duivels en zijnen vrijen wil van God afwijkend, heeft hij zich zelven van deze uitnemende gaven beroofd, en heeft daarentegen in de plaats van die over zich gehaald blindheid, schrikkelijke duisternis, :

;

;

;

;

1

;

;

:

ijdelheid en verkeerdheid des oordeels in zijn verstand; boos-

wederspannigheid en hardigheid in zijnen wil en zijn r ook onzuiverheid in alle zijne genegenheden. Deze genadeweldaad der wedergeboorte, waardoor niet

heid,

hart; mitsgaders

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907

Abraham Kuyper Collection | 394 Pagina's

Van de kennisse Gods - pagina 155

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907

Abraham Kuyper Collection | 394 Pagina's