Vrije Universiteit.

Vrije iniversite

Dat gemeenten en classes de zorg op zich nemen voor jongelingen van »goede hope", die de middelen om hunne studie te «bekosti­

gen' missen, achten wij den aangewezen weg, om op de beste wijze hulp te verkenen, en den nood dergenen, die onder zorg en slommer gebukt gaan, te lenigen.

Het verlevendigt de dure roeping, om barmhartigheid te oefenen, en legt de teederste banden aan. Het brengt en bestendigt tusschen de kerk en hare aanstaande dienaren een nauw en innig rapport. Het verhoogt de roeping van onze studenten, verheft hun moed, en brengt hen, bij diepe afhankelijkheid, toch in meer onafhankelijke positie, als die weten, dat zij alleen Gode en Zijner gemeente verantwoording schuldig zijn van hun leeren en leven.

Die het recht vat, beseft dit tóch weli Maar het is voor onze kerken eene dure roeping, om onze jongelingen in dien weg te steunen en te sterken.

Daarom verblijden wij ons van harte in het besluit der (voorloopige) Synode van Utrecht, «dat de dassen in eigen kring moeten werkzaam zijn, om jongelieden, aan wie de Heere blijkbaar die bijzondere gaven en begeerten schonk, welke goede verwachting geven, dat zij als dienaars des Woords met vrucht in de kerken zullen kunnen arbeiden, zoo zij minder bemiddeld zijn, tot de studie in staat te stellen."

Echter zullen wij, totdat die dienst der barmhartigheid in rechte orde gesteld is, ons nog voorloopig moeten voegen naar de wijze, waarop tot nog toe die »zorgen" met ons gedeeld worden, door collecten, vrijwillige bijdragen, enz. De Heere maakt het wel, ook met onze »alumni." En waarlijk, wij hebben voor hen en over hen veel reden tot ootmoedigen dank. Ook worden wij gedurig verrast door de ervaring, dat geven geven leert; en dat onze »nooden" door velen met hunne gaven en gebeden gedeeld worden. Laat het zoo mogen blijven, zoolang en zooveel als het noodig is. Helpt ons, vrienden ! in nauwer en breeder kring, met eigen opgewektheid des harten, en door het aansporen van anderen, gedurig en telkens weer. Een ruim hart paart zich zoo goed en gaarne met een milde handi

DK HARTOG.

In dank ontvangen: Voor de Vereeniging; Aan Cfintributiën: van C. E. Plugge te Nieuwediep ƒ5 ; 4as schenkingen : door den heer G. F. W. Herngreen uit de Catechisatiebus der N. G kerk te Dordrecht 73.42 ; door Ds. J. H. Houtzagers te Kootwijk ƒ3; door den heer G. W. Nederbragt, te Velp, van A. A. B. ƒ 2.50; door den heer L Onvlee, te IJlst, van N. N. ƒ 2, 50.

Voor de Medische Facnlteit:

Van A. met bijschrift: »Moge nog menige gave volgen"/6 80; door Mej. J. v. d. P. van de Halvestuiversverg. te Maassluis ƒ 3.90.

Voor het Hospitium:

Door den heer L. Onvlee, te IJlst, ƒ 2.50 ; door den Student H. Teerink van J. J. E te D. ƒ 2.50 door Ds. H. W. van Loon van Mei, S. te U. ƒ2.50.

Voor de Bibliotheek: Deliciae Naturae Selectae, door Ph. L. Statins Muller, van A. Jongbloed te Leeuwarden.

Voor het Studiefonds: Bij Prof Dr. A. H. de Hartog ingekomen : door den heer G. F. W. Herngreen uit de Catechisatiebus der N. G. kerk te Dordrecht ƒ341 en gevonden in de collecte 16 Sept. jl. f-L \ samen ƒ 4.41 ; door den heer J. H. Reyenga te Heeg ƒ 2.50 ; door den heer H. Mol van H. v. B. te Nijkerk ƒ 2.50 van Mej. J. H. de Vr. te Z. B. f 1.50; door G. T. W. H. te D. van A. B. ƒ 5 en S. ƒ 6, te zamen ƒ11; door Ds. H. W. v. L, van H. W. ƒ 10, van Mej. S. te U. ƒ a.50, te zamen ƒ 12 50; van J. B. te N. /•2, 4q; een dankoffer van een werkman/ 2.50; door Mej. . van de P., van de Halvestuivers-vereen. te M. ƒ 34 5°; door den heer H. A. B. te N. i; door Mevr. M. van J. D. ƒ4.

Lynbaansgracht 248.

S. J. SEEFAT, Penningmeester.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen