GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onze kleeren.

I.

Er zijn menschen en kinderen genoeg, die op de vraag waar lak of laken, gember of gruttemeel van daan komen, niet zoo in eens 't antwoord zonden weten. Een oolijke jongen fopte er eens heel wat andere, door hun een pennehouder te laten zien die, zei hij, gemaakt was van een »stekelvarkensveer." Lang niet allen begrepen, dat hij hen voor den gek hield. We gebruiken honderden dingen alle dagen, zonder te weten van waar zij komen.

Zoo ook met onze kleeren.

Jan b.v. draagt een buis. Maar weet hij nu ook waar 't van gemaakt is?

«Zeker, van laken!"

«Ja maar, dat laken dan? 't Groeit toch niet."

Jan weet het niet, en evenmin hoe zijn flanellen borstrok in de wereld kwam.

Om over alle kleeren die in de wereld "ge • dragen worden te spreken, zou men wel een menschenleven noodig hebben. Bij 't eene volk loopt men in dierenvellen; bij 't andere in kleeren van bladen gemaakt of van boomschors. Eigenlijk doen wij net hetzelfde; alleen kan men de huiden en de planten voor onze kleeding gebruikt, niet zoo goed meer herkennen; ze zijn verwerkt. En over de kleeding, zooals beschaafde menschen dragen willen we eens spreken. Wel zijn er ook volken die nagenoeg in 't geheel geen kleeren dragen, maar die lezen ook zeker de Heraut niet.

Onze kleederen bestaan hoofdzakelijk uit vierderlei stoffen. Die grondstoffen zijn katoen, linnen, zijde en wol. Wie nu even nadenkt, ziet, dat we er dus twee gebruiken uit het planten-en twee uit het dierenrijk. Oudtijds kon men er ook het delftstoffenrijk bij rekenen, maar sinds de harnassen als nutteloos zijn afgeschaft, doet het delfstoffenrijk bij de kleeren slechts den dienst van ondergeschikte. Missen kan men 't echter volstrekt niet. Denk maar aan de naald.

Een der eerste stoffen, die tot onze kleeding dienen , is het linnen. In ons land wordt het meest alleen voor onderkleeren gebruikt. Doch in andere landen draagt men er ook mantels en andere bovenkleeren van, gelijk bij ons wel in warme zomerdagen. In vroeger tijd was het linnen ondergoed zoo algemeen in gebruik, dat men dit laatste nog altijd «linnengoed" noemt, al loopt er tegenwoordig heel veel katoen onder. Waarom dat laatste zoo is zullen we straks zien.

Linnen wordt nog altijd gemaakt van vlas. Zoo was het reeds in overoude tijden, want dat het linnen al vóór 4000 jaar bekend was, kunt ge uit den Bijbel weten. Als de vrienden eens het museum van oudheden te Leiden bezoeken, kunnen zij daar mummies zien, Egyptische lijken, in linnen gewikkeld, dat 30 eeuwen en meer oud is. Dat linnen is ruw en ge zoudt er zeker minder graag een hemd van dragen. Dat bij den tabernakel ook linnen werd gebruikt en we van fijn linnen in de Schrift lezen, is u zeker bekend. In onze Bijbels wordt het dikwijls «lijnwaad'' genoemd, dat wil zeggen: stof of doek van linnen.

We lezen van de priesters, dat zij linnen kleederen droegen en koning David huppelde

in een linnen kleed voor de ark des Heeren, toen hij die met vreugd opbracht.

In alle landen waar vlas verbouwd wordt gebruikt men 't linnen, en nu behoef ik u zeker niet te zeggen dat men ook in Kanaan 't vlas kende. Denk maar aan de geschiedenis der inneming van Jericho. Dat vlas werd daar gesponnen door de vrouwen. Tegenwoordig gaat het natuurlijk anders.

Ook een vraag'.

Eeuwen geleden leefde er een vroom man, van wien ik u den naam niet kan zeggen, maar wel, dat hij zeer ervaren was in de houtsnijkunst en daarmee veel geld won.

Op zekeren dag kwam tot hem de vorst des lands, die veel van kunst en praal hield, maar Sen Heere niet vreesde en sprak :

«•Meester, gij moet een kunstwerk voor mij maken, dat ik aan de hertogin, mijn tante, wil zenden."

»En wat moet het voorstellen? "

„De twaalf apostelen en onze Heere Christus in hun midden."

De kunstenaar beloofde het te zullen maken. Doch toen de vorst weg was, sprak hij bij zich zelf:

»Ik wil den hoogen heer toch bij en in dat kunstwerk een goede les geven. Wie weet waartoe 't nuttig is."

Drie maanden later was het werk voltooid. De vorst kwam, zag hel en prees het zeer.

»Maar wat is dat ? " vroeg hij, op een aantal schroeven wijzend, die achter het houtwerk uitstaken.

»U gelievs er maar eens aan te draaien", sprak de meester.

De landheer deed zoo, en nu bemerkte hij, dat men met elke schroef een beeld van een apostel kon wegnemen; al de anderen bleven dan nog staan.

»p]n waartoe dient die groote schroef", vroeg hij.

Tot antwoord begon de meester te draaien aan de schroef, die juist onder het Christusbeeld zat en zie, nauwelijks had hij een paar slagen gedaan, of niet alleen dat beeld maar daarmee ook al de andere raakten los.

De meester zag den vorst ernstig aan, doch zeide niets. Het kunstwerk werd rijkelijk betaald; maar wat het beste was, de les werd begrepen ook, en het deed den vorst voor heel zijn leven goed.

Vat gij 't ook vrienden ?

CORRESPONDENTIE.

Met het oog op de vragen die nu en dan inkomen zij bericht, dat ik gaarne, ook als de inhoud dit meebrengt, afzonderlijk zal antwoorden, maar dat men dan eenig geduld moet hebben. De vragen die er voor geschikt zijn, worden zooveel doenlijk in het blad zelf beantwoord.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 14 september 1890

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 14 september 1890

De Heraut | 4 Pagina's