GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Beroeping- of Oproeping ?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Beroeping- of Oproeping ?

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

IV.

Is sopleiding", rcchtstreeksche sopleiding" goed en billijk en gewenscht ? Dreigt zulk een »opleiding" niet in dressuur te ontaarden ? Gaat ze niet van verkeerde beginselen uit ?

Ziedaar de vraag.

En dan achten v/e deze vraag ia bevestigenden zin te moeten beantwoorden, indien hieronder verstaan wordt, dat de kerk, of iemand van kerkswege, bepaalt: Zoo en zoo wil ik u hebben. Op die en die wijs zult gij zoo worden. En op deze en die manier zal ik u daartoe vervormen. Dit stelsel toch gaat uit van de o. i. nie^wel houdbare veronderstelling, alsof dg levenssfeer van den Zoon buiten verband stond met de levenssfeer des Vaders in zijn Scheppingsordinantiën en in zijn Voorzienig bestel.

Een nooit goed te keuren dualisme.

Handhaaft en erkent men daarentegen tusschen het algemeen menschelijk leven en het kerkelijk leven, en evenzoo tusschen het leven van de kerk als organisme en van de kerk als instituut, het rechte verband gelijk dat gegrondvest ligt in de belijdenis der Drieëenheid en van haar werkingen, dan moet hetgeen de kerk, ook wat het ambt betreft, noodig heeft, spontaan uit het leven opkomen, en heeft zij slechts den sikkel te slaan in hetgeen God voor haar bereid heeft.

Ze vindt dan een aantal mannen voor het ambt gereed, ze keurt die, en hoogstens geeft ze hun voor den practisch forineelen dienst de gewenschte instructie.

Het was in dien laatsten zin, dat meer dan ééne Gereformeerde kerk in de dagen der Reformatie een afzonderlijke school voor practische instructie stichtte. De jonge mannen studeerden dan eerst af aan de Universiteit. Maar na afloop van die studiën gingen ze voor één jaar in een Predikantenschool, om in zake hun ambt, predikvvijze, wijze van catechiseeren enz. nader oefening te ontvangen.

Of ook waar zulk een oefenschool (heel iets anders dan een opleidingsscltool) ontbrak, gingen ze een jaar of langer bij een bejaard Predikant in de leer, en deden hun proiijt met zijn practische ervaring en practische levenswijsheid in zake het ambt.

Dit toch is iets speciaals, dat zich wel aan moet sluiten aan de algemeen geldende regels voor paedagogiek, rhetoriek enz., maar dat kerkelijk toch nadere toepassing eischt.

Hier geldt het tot op zekere hoogte metterdaad kerkelijke dressuur.

Op dit standpunt is dan de gang van zaken deze, dat onder Gods Voorzienig bestel zeker aantal jonge mannen, reeds van hun twaalfde jaar af, naar de intentie van hun ouders of voogden, en slechts voor een klein deel uit eigen aandrift, den weg opgaan, om zich gymnasiaal en universitair gereed te maken voor den kerkelijken dienst.

Dat ze, na volbrachte studiën, zich door de kerken laten keuren, of de kerken hen geschikt oordeelen.

Dat de kerken hun daarna de speciale technische dressuur geven.

En dat zoodanige kerken, als ze vacant zijn, uit deze mannen een beroep doen.

Twee lijnen loopen dan in een snijpunt saam, eenerzijds de lijn in het leven van deze jonge mannen, en anderzijds *de lijn van het leven en den nood der kerken. En het einde is, dat kerk en predikers huwen.

En ditzelfde nu geldt natuurlijk evenzoo voor den dienst des Woords, die op het erf der Zending wordt volbracht.

Ook te dien opzichte zal de normale toestand eerst dan bereikt zijn, als uit het gewone leven, onder Gods Voorzienig bestel, de aandrift opkomt, om meer bijzonder tot dezen Dienst te mogen ingaan; indien voorts de jonge mannen, , in wie deze aandrift werkt, van hun twaalfde jaar af gymnasiale en universitaire studie volgen; en indien de kerken zich bereid verklaren om zulke jonge mannen nader ook voor dezen dienst te keuren, en beroepbaar te stellen, nadat ze ten genoegen der kerken nog dien practischen cursus zullen doorloopen hebben, dien speciaal deze dienst vordert, hetzij in een afzonderlijke stichting hiervoor, hetzij als helper van een geoefend en wijs man op het veld zelf der Zending.

Gelijk nu de kerken beroepbaar verklaren voor den dienst des Woords hier te lande, zouden zij dan tevens beroepbaar verklaren voor den dienst des Woords in de Zending.

Een zendende kerk zou dan uit deze jonge mannen te kiezen hebben, en hierin zou de waarborg liggen, dat niemand zou uitgaan, dan na door de kerken te zijn gekeurd.

Volledigheidshalve voegen we hier alleen nog aan toe, .dat er een toestand denkbaar is, v/aarin zulke jonge mannen geen gereede gelegenheid voor hun vorming vinden zouden. Welnu, zoolang die toestand aanhield, zou dan een hulpinrichting hiervoor te organiseeren zijn, naar den vasten regel, dat de kerken zelve in alles te voorzien hebben, waarin niet reeds door de actie van de kerk als organisme, spontaan, in het gewone leven voorzien wordt.

Doch dit raakt een exceptie, niet den regel.

Hieruit volgt dus, dat het noch verwaand noch aanmatigend is te achten, zoo een jong man zich zulk een dienst voorstelt, zulk een dienst in de Zending begeert, en zich begeeft in den weg, om zich daarvoor te bekwamen. Mits hij, en hier komt het op aan, de vraag of hij gaan zal en waarheen hij gaan zal, geheel in het oordeel der kerken laat.

Van zijn kant gaat het dan niet verder, dan dat hij er de studiën voor maakt, er. zich op voorbereidt, en er zich voor keuren laat. Dan weten de kerken uit die keur, dat hij bereid, toegerust en gezind is. En alle verdere beslissing komt dan niet van hem, maar uit het beroep eener kerk. Intusscben kunnen de kerken ook bepalen, dat b.v. niemand in dezen dienst zal worden uitgezonden dan na gedurende drie of meer jaren hier te lande te hebben gediend; en in elk geval moet wie in dezen dienst gaan wil, zoolang hij hiervoor nog geen beroep ontving, bereid zijn, zoolang de kerken hier te lande te dienen; ook al geschiedt dit op beding, dat hij, in de Zending geroepen wordende, vrij zal zijn zulk een roeping te volgen. Ook uit ander oogpunt kon het zelfs goed zijn, dat niemand uitga, dan b. v. op dertigjarigen leeftijd, uit hooide van zijn eenzame positie en de zware verantwoordelijkheid, zonder anderer leiding en advies, die op hem zal komen te rusten.

Maar ook al gaan we uit van dien meest gewenschten toestand, dan zou nog een kerk, die zenden^ wilde, geen oproeping hebben te plaatsen, of iemand zich aanbood. Immers het zou dan officieel bekend zijn, wie er voor geëxamineerd en beroepbaar gesteld waren; over hun persoon, karakter, dienst en gave, zou men uit het advies der classis kunnen oordeelen; en het beroep zou kunnen geschieden met volledige kennis van zaken.

Zelfs maakt het feit, ^dat men alzoo in den regel reeds dienstdoende Predikanten zou zenden, de zaak nog kiescher.

Een Predikant toch staat ten deze niet met een Proponent gelijk. Een Proponent is altoos iemand die een dienst zoekt, een Predikant iemand die een dienst heeft. Een Proponent is min of meer een onbekende, een Predikant is openbaar geworden in zijn dienst. En ook een Proponent kan zich aanbieden zonder te kwetsen, een Predikant bederft, zoo hij niet wordt aangenomen, door elke sollicitatie zijn verhouding tot de kerk die hij dient. Hij wilde weg, en zie hij moet blijven.

En zoo stemt alles saam, om ook voor den dienst der Zending dezen regel steeds den meest wenschelijken te keuren, dat de toebereiding voor dezen dienst in den gewonen weg ga, dat daarna de kerken keuren, en dat ten slotte eene kerk roept.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 31 januari 1897

De Heraut | 4 Pagina's

Beroeping- of Oproeping ?

Bekijk de hele uitgave van zondag 31 januari 1897

De Heraut | 4 Pagina's