GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

NIET DEZELFDE.

V.

Twee jaar later ver in den zomer vinden we Bernard terug in West-Graftdijk.

’t Was thans een andere tijd, dan toen we voor 't eerst met hem kennis maakten. De vijand had de kracht onzer wapenen gevoeld, toen onze zeehelden den roemrijken tocht naar Chattam volbrachten. Er werd vrede gesloten te Breda; geen van de twee partijen had iets gewonnen, beide veel verloren.

Toch was er blijdschap bij velen nu er weer vrede was. Wel heerschte er gedruktheid, maar men hoopte, dat nu weer een goede tijd komen zou. In die verwachting deelde ook Ds. Nieu wentijt, en vaak sprak hij daarover met zijn vrouw en kinderen, waarbij hij dan steeds sloot met de spreuk: „Vrede best." Nu dat was te begrijpen van een man, die in zijn geheele leven nog slechts een veertien jaren van vrede hadgekend, en wiens vader in oorlogstijd geboren was, geleefd had en was gestorven.

Met groote blijdschap was Bernard in het ouderlijk huis - ontvangen. Hij bracht verscheiden zeer lofifelijke getuigschriften mee, en meer dan één boek dat hem als prijs was vereerd; alles ten bewijze, dat de leermeesters zeer tevreden over hem waren. Nu dat begreep de dominee buitendien wel. Want hij zelf stond — al zei hij dat aan zijn zoon niet — verbaasd over de vorderingen die Bernard gemaakt had. 't Was duidelijk, dat ook Mr. Lief kens voor den zoon zijns vriends had gedaan wat hij kon.

Verschillende oude kennissen op het dorp werden opgezocht of kwamen Bernard opzoeken. Dan moest hij vertellen van de groote stad, de „koopmerkt van Euroop." Want al waren de hoorders welgestelde lieden, toch waren nog maar weinigen ooit in Amsterdam geweest, wijl het een lange reis was, die daarbij voor de meesten de kosten niet loonde. Des te meer luisterden zij, als dominee's zoon vertelde.van het raadhuis, dat op bijna 14, 000 palen stond, van het almoeszeniershuis, met zooveel kmderen, dat ze op één dag een heelen os — t. w. een gebraden — en drieduizend wortelen verorberden; van de groote schepen met kanonnen, die lagen bij den Schreierstoren, niet ver van het huis op den Buitenkant, waar admiraal De Ruyter woonde; van Jan Klaassen, die de poppenkast vertoonde, waarin Jan de Wit werd bespot en voorgesteld door den pop Snikhals, en zooveel wondere zaken meer. De vrienden luisterden met open mond en menigeen nam zich voor om, als de tijden weer beter werden, ook eens naar Amsterdam te gaan en al dat fraais zelt te aanschouwen.

„Bernard, " zei vader op een Dinsdagmorgen, „ik moet vandaag huisbezoek doen bij een paar arme gezinnen. Ga je eens mee."

Bernard antwoordde niet, doch een trek op aijn gezicht toonde duidelijk, dat h«t hem niet leek. Moeder merkte het en zei vriendelijk, maar ernstig tevens:

„Dat zult ge zeker wel graag doen, niet waar mijn jongen. Het kon goed zijn, als je later "

Maar zij ging niet voort. Want de dominee gaf haar een wenk. Hij had vaak met zijn vrouw over Bernard gesproken en zijn liefste wensch was, dat zijn zoon eens zou worden wat de vader was, een prediker des Evangelies en ver kondiger van Gods genade aan arme zondaren. Doch hij had daarover nog nooit met zijn oudsten zoon gesproken, wijl hij vooral niet wenschte dat deze, misschien slechts om zijn ouders genoegen te doen, een werkkring zou kiezen, dien zijn hart niet begeerde, 't Ware zeker te wenschen, dat vele ouders zoo dachten. Immers, om des Heeren Woord recht te kunnen prediken, moet men het doen om Zijnent niet om der menschen wil.

Moeder begreep de wenk. Toch had Bernard genoeg gehoord, en had hij ook zijn moeder te lief, om niet aanstonds op te staan en zich gereed te maken.

Onderweg spraken vader en zoon over velerlei ; het ging echter niet van harte. Eindelijk kwamen zij bij een armoedige woning. De dominee ging binnen en Bernard volgde, doch met een gezicht dat duidelijk te kennen gaf, dat hij 't liever niet deed.

’t liever niet deed. De vrouw daarbinnen was bezig met wasschen; dat hield natuurlijk op toen de bezoekers kwamen. Zij namen plaats op een houten bank — stoelen waren er niet — en nu begon de predikant de vrouw te vragen naar haar man en kinderen en of zij deze laatsten vooral den komenden winter weer ter catechisatie zou zenden. De vrouw gaf weinig antwoord en scheen ook niet al te wel ter taal. Doch de dominee had daar geduld mee, praatte zelf des te meer en wees haar er op, om te midden van veel zorgen voor het dagelijksch werk, toch niet te vergeten, dat werken en eten en drinken niet het hoogste zijn. De vrouw luisterde zeer aandachtig. Toen hij weg ging, bedankte zij hem en vroeg of hij eens gauw terugkwam, en men kon hooren dat zij dat meende. Wat Bernard betreft, die werd niet teruggevraagd, misschien wel omdat hij een paar maal geglimlacht had, bij wat platte uitdrukkingen van de vrouw.

Nu was dat eenigszins te vergeven, maar toch zeer onverstandig. Het doet er daarbij ook minder toe, of men fraaie woorden gebruikt, zoo 't maar betamelijk is en duidelijk. Vooral echter moeten we ons wachten aan wie ook, den indruk te geven, dat we hem minachten. Want hoe eenvoudig iemand ook is, dat voelt hij zeer goed en het grieft hem.

In het tweede gezin waar zij kwamen, lag de grootvader zwaar ziek en ging sterven. Het was treffend en heerlijk te hooren, hoe deze stokoude man blijmoedig en in vollen vrede den dood tegemoet zag, die hem een doorgang was tot de heerlijkheid. Hij was vroeger zeeman geweest en had veel gezworven.

„Maar nu, " zei hij, „ben ik bij de haven; ik ben in menigen storm geweest op de zee van dit leven, maar God heeft mij bewaard en nu heb ik de hoop als een anker der ziel, en aan die kust daar ginds zal het heerlijk wezen."

Zoo sprak hij; toen zongen allen die in het vertrek waren, den aysten psalm naar de berijming van Dathenus, en daarna bad de dominee en nam afscheid,

„Mijn jongen, " zei vader tot Bernard, „ik kwam daar om den ouden, godzaligen man te troosten en te sterken, maar hij heeft het mij gedaan. Wat is het toch heerlijk den Heere God te dienen en zoo te kunnen juichen, als het einde komt."

„Ja vader, " zei Bernard, die blijkbaar aan wat anders dacht.

Dat merkte vader en hij kon niet niet laten, zijn zoon te vragen of er iets was dat hem zoo bezig hield.

Eerst scheen Bernard te aarzelen met antwoorden, doch toen vader vriendelijk aandrong, sprak de zoon:

„Maar vindt u het niet onaangenaam vader, bij zulke armoedige menschen te komen. En ze praten zoo wonderlijk. Ik zou niet graag willen, dat mijn vrienden me in zoo'n hut zagen zitten. Ze zouden me zeker uitlachen."

„Bernard, " zei vader ernstig, „wat is het goed dat de Heere God niet zoo over ons denkt, als gij over die menschen, Hoe oneindig hoog staal Hij boven ons, toch maakt Hij met ons be moeienis. Daarbij staat er geschreven, dat de Heere èn rijken èn armen gemaakt heeft, en worden wij er tegen gewaarschuwd den arms te verachten, opdat we niet zijn Maker smaden."

„Maar we behoeven toch niet met hen om te gaan. 't Ziet er alles zoo onooglijk en armelijk uit."

„We moeten juist met hen omgaan, omdat ze zooveel minder hebben dan wij. De Heere God wil dat we ons over armen en èllendigen zullen ontfermen. Ik moet hen evengoed opzoeken als de rijke boeren en groote heeren. Gij weet toch ook wel Bernard hoop ik, wat des Heeren Woord zegt van hen die hoog van oogen en hart zijn."

Bernard zweeg en zoo wandelden vader en zoon huiswaarts.

CORRESPONDENTIE

F. N. te O, We hopen u spoedig te antwoorden,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 7 december 1902

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 7 december 1902

De Heraut | 4 Pagina's