GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Rinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Rinderen.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

STOKOUD EN ZESTIEN JAAR

16 JAAR GELEEFD.

XXIIL

{Slot)

Zoo was dan de oude Lukas Short naar den geest weder verjongd, ja geheel vernieuwd en dat was merkbaar, ook al bleef hij als gezegd, og altijd trouw arbeiden op het veld. Thans chter bezag hij ook de dingen van dit leven, e zienlijke, met heel andere oogen dan vroe er. De natuur waarin hij dagelijks verkeerde, as hem nu als een groot boek, waarin hij de lmacht en wijsheid las van den grooten chepper aller dingen, die mee in Christus zijn vader was.

Intusschen was al hetgeen met den ouden an was voorgevallen, steeds meer bekend ge orden. Heinde en ver werd over Lukas Short esproken, en zoo vernamen velen voor den ersten keer, dat daar ver in het westen, een an woonde, van over de honderd jaar, die og trouw eiken dag meewerke op het land, en ls een aartsvader leefde te midden der zijnen.

Gij zult misschien vragen, had dit dan nog oo't in de krant gestaan? Maar gij moet ween, vrienden, dat zeker negen en negentig van e honderd nieuwsbladen, die wij thans heben pas zijn opgericht in de negentiende eeuw, n Lukas leefde in de achttiende. Van kranten oo als we die nu hebben, zoo algemeen en eelvuldig uitgegeVen ook, wist men toen og niets.

Zoo gebeurde het dan ook, dat er nu telkens enschen kwamen, soms zelfs van afgelegen laatsen, om den meer dan honderdjarige te ien en zich te overtuigen, dat waar was, wat an hem werd verteld. Dit was natuurlijk wel ens lastig, vooral wijl niet alle bezoekers even escheiden waren; doch onze Short stond toch edereen vriendelijk te woord. Ja, in zijn hart erheugden hem die bezoeken zeer, en zulks m een reden, die ge misschien niet zoudt aden.

Hoewel de grijsaard thans, te elfder ure nog eroepen, vrede gevonden had in het blo^d der erzoening, en rust en blijdschap voor zijn ziel, och was er één ding, dat hem vaak smartte. ij had bijna een eeuw lang geleefd buiten od, en zonder er aan te denken Hem te vereerlijken, die zich zoo genadig en goedgunstig ver hem betoonde. Hoevele dagen en jaren, die eter hadden kunnen besteed worden, waren lzoo voortgegaan!

En daarom wenschte Lukas Short nog te leven, pdat de wondere genade des Heeren in hem OU verheerlijkt worden. Hij wilde nog voor zoo velen als mogelijk was tot een getuige zijn van de macht des Woords, van Hem die zegt: Het zal niet ledig tot Mij wederkeeren.

Doch hoe zou hij dat zijn? Hij wist het niet. Maar zie, nu werd hem onverwacht een weg geopend. Als er kwamen om hem te zien en te spreken, dan noodigde de oude man hen vaak in zijn huis. Hij vertelde dan — en ik verzeker u dat er geluisterd werd naar zoo'n ouden heer! — de geschiedenis van zijn leven, voor zoover anderen daar iets aan hadden. Maar nooit vergat hij, om dan aan het slot melding te maken van de groote en heugelijke verandermg, die bij hem onlangs had plaats gevonden, en Gods genade te roemen, aan hem, een zoo ouden en gansch verloren zondaar bewezen. Natuurlijk waren er wel bezoekers die daar liefst niet van hoorden, al spraken ze niet tegen, maar ook hun werd dan toch duidelijk, wat de Heere God doen kan, en ook zij werden — dat liet de grijze landman nooit na — ernstig vermaand, te denken aan hun eeuwig heil en zich te bekeeren. Lukas haalde dan met grooten ernst den tekst aan, die hem zoo diep had getroffen, en wees ook vaak nog op een anderen, dien ge vindt in Jesaia 65 : 20: ant een jongeling zal sterven, honderd jaar oud zijnde, maar een zondaar honderd jaar oud zijnde, zal vervloekt worden. „Dit, " voegde hij er bij, „was ook mijn lot geweest. Maar nu heeft God mij met Zijn onuitsprekelijke gave gezegend. Eeuwig Hem lof en dank!"

Op zekeren dag zag Lukas, terwijl hij op 't veld bij de maaiers was, twee ruiters naderen. Dicht bij hem stegen ze af, .groetten hem en vroegen of hij de eigenaar was van deze hoeve, Lukas Short. Op zijn bevestigend antwoord, onderzochten ze, of 't gelegen kwam, dat ze een oogjnblik met hem spraken. Lukas ging toen naar huis met de ruiters, die gelijk zoovelen, uit nieuwsgierigheid gekomen waren. Zij behoor den tot de aanzienlijken van New-York, en hadden voor den ouden man een kostbaar geschenk meegebracht, dat hem zeer verraste, namelijk een afbeelding van Dartmouth zoo als het er thans uitzag, op glas geschilderd, 't Werd met veel dank aanvaard. ,

De beide jongelieden luisterden zeer aandachtig, terwijl de oude man zijn geschiedenis verhaalde. Doch toen hij aan het slot gekomen, nu ook in eenvouigheid vertelde, hoe hij tot God was bekeerd, schenen zij wat ongeduldig te worden. Toen hij geëindigd had bedankten zij hem vriendelijk, doch de een voegde er wat spotachtig aan toe:

„'t Ts jammer, dat u zoo'n angst hebt gehad over dien tekst. Dat is vooral op uw teeftijd niet goed. Een zoo braaf mensch als u komt immers toch zeker in den hemel. Wat zou len wij anders fiioeten beginnen? " f /

Doch hierop wist de oude man een antwoord. / Op zijn s'ok leunend zag hij de jongelieden ernstig aan en wees er hun op, hoezeer zij zich bedrogen door te meenen, dat een braaf leven — gesteld dat men het leidt — de weg is om be houden te worden. Maar ook kon hij hun zeggen welke, ja wie de Weg is, gelijk ook de Waarheid en het Leven, door wien men komt tot den Vader. Daarop namen de bezoekers afscheid.

Vijf jaar later bereikte Lukas een schrijven, dat zijn hart deed opspringen van blijdschap. Hij vernam namelijk dat een der beide jongelingen — al zijn bezoekers gaven hun namen op — als zendeling was gegaan naar West-Indië, en de ander bekend stond als een godvreezend man in heel zijn omgeving. Was dit niet een vrucht den grijsaard nog geschonken ? Mocht hij niet vertrouwen, dat zijn woord het middel was geweest, die twee wereldsche jongelieden tot inkeer te brengen. En wie weet hoevelen er nog door het getuigenis van Short tot vernieu wing des harten zijn gebracht!

Want van zijn Heiland en Gods wonderbare genade bleef de grijsaard spreken, tot die op de hoeve woonden, tot het dienstvolk en ook elders, als hij hier of daar een bezoek bracht. Zoo mocht hij nog zestien jaar wandelen in het land der levenden. God verheerlijkend en als een bewijs van de kracht des Woords ter bekeering en vernieuwing des gemoeds.

Eindelijk kwam ook voor Lukas Short de tijd van heengaan.

Maar thans vreesde hij niet meeir. Want de vloek, die hem had doen beven, was tot een zegen geworden. Hij had thans den Heere Christus lief en hij wist, dat ook voor hem nu de rust overbleef, die bereid is voor het volk van God. In deze heerlijke zekerheid is hij ontslapen, ruim honderd zestien jaar oud. Doch allen die hem kenden, hadden hem gaarne nog een poos behouden. Lukas zelf echter wist, dat met Christus te zijn zeer verre het beste is.

Op zijn hoeve, die allengs een klein dorp was gaan gelijken, werd hij begraven. Op zijn grafsteen las men deze woorden, die hij zelf had aangegeven:

Hier rust,

verwachtende de tweede komst van onzen

Heere Jezus Christus,

LUKAS SHORT,

geboren in 1650, gestorven 1766.

Hij heeft zestien jaar geleefd.

Dit grafschrift zal velen een raadsel geweest zijn. Mogen zij er de diepe en rijke beteekenis van gevonden hebben!

CORRESPONDENTIE.

J. B. te V. — J. B. M. te L. — Zoodra mogelijk.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 15 november 1903

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Rinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 15 november 1903

De Heraut | 4 Pagina's