GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

TWEE WERELDEN.

EEN VOORSTEL,

XXX.

Het was Rika niet aanstonds duidelijk, hoe de woorden van den goeden, trouwen leeraar waarheid zouden worden. Zij had zoo veel verloren. Doch allengs leerde zij het begrijpen, en ook wat Kobus haar uit de Schrift had herinnerd: De Heere heeft meer dan dit om u te geven.

Want de geest des Heeren werkte in Rika's hart, zoodat het geneigd werd tot Zijn wegeuj en zij bekeerd werd ten leven, en door het geloof den Heere Jezus ingeplant, gelijk een rank geplant is in den wijnstok. Nu leerde zij dan ook verstaan, hoe goed het was, dat de Heere God den hoogen toren, dien zij wilde bouwen, had afgebroken, en het onderscheid zien tusschen wat de menschen , jbraafheid" noemen en de vreeze Gods;

Eens toen vader op Rika's kamertje kwam< vond hij haar alleen, in zoo diepe gedachten, dat zij niet eens bemerkte, dat hij binnenkwam. Meenende, dat zij nog altijd droef gestemd was, door hetgeen vroeger was gebeurd, kwam hij bij haar staan, en zei:

„Kom Rika, je moet nu je best doen, wat voorbij is, te vergeten. Je hebt je plicht gedaan, en tegen ziekte en zwakte kan niemand. Dat is zoo Gods bestuur, en daar moeten we niet ontevreden over wezen.”

„O vader, " was 't antwoord, „ik dacht aan heel iets anders. Het kwam mij juist zoo voor, hoe goed het is geweest, dat iJÉ niet bleef waar ik was. Want ziet u, ik geloof nu, dat ik op een weg wandelde, die van God afleidde. Al de menschen om mij heen, spraken nooit over den Heere en Zijn dienst; ze waren altijd vervuld van de dingen van dit leven alleen, en ik deed daarin mee. Ik weet nu dat het niet goed was, en gevaarlijk ook, maar ik weet nu ook dat de Heere mij lust gegeven heeft tot wat anders en wat beters.”

Vader keek eenigszins verbaasd op bij dat antwoord. Doch hij zeide alleen:

„Nu ik ben blij, dat je in de wil van den Heere hebt leeren berusten. Je moet nu verge noegd zijn in 't geen jehebt.Ër is hier toch ook nog veel goeds."

Dat laatste was Rika van harte met vader eens, en zij toonde ook dat goede op prijs te stellen, door in de huishouding te doen wat zij kon. Toch bleef haar iets ontbreken. Ze had wijl het op de Zandhoeve niet druk was, veel vrijen tijd. Dezen kon ze nu wel gebruiken, om aan zang en muziek en aan allerlei andere din gen van vroeger nog wat te doen, maar veel mocht dit niet zijn, had de dokter gezegd. En daarbij maakte het alleen zitten haar verdrietig en droefgeestig, wat ver van aangenaam was. Van tijd tot tijd schreef zij nog eens aan de vrienden in de stad, maar het griefde haar zoo weinig antwoord als er kwam. Zou zij nu al vergeten zijn? 't Werd haar ten slotte opgehelderd.

Zij had ook aan mijnheer en mevrouw Brandwijk geschreven en hun, haar goede vrien den, iets verteld van den grooten omkeer die bij haar had plaats gehad, en hoe zij nu inzag, dat de weg door haar vroeger bewandeld niet goed was. Het antwoord dat zij hier op kreeg was wel vriendelijk, maar er stond ook in: Je moet toch niet overdrijven, beste Rika. Je bent altijd een knap meisje geweest, en zondaars zijn we allemaal. Maar waarom zou jï vroegeren weg de verkeerde zijn geweest? De kunst is immers schoon en edel. Je zijt zeker nog wat overspannen, dat je zoo schrijft van zonde en bekeering. Je bent toch nooit slechter geweest dan anderen; integendeel, je gedrag was voorbeeldig. Maar kom eens bij ons logeeren. Dan zullen die muizennissen wel uit je hoofd verdwijnen.

Rika gevoelde echter geen lust, hoeveel zij ook van mijnheer en mevrouw hield, dezen raad op te volgen. En daar deed zij wijs aan, Want gezelschap zoo als zij nu behoefde, waren de briefschrijvers zeker niet. Zij antwoordde zeer beleefd, doch kreeg een koel briefje terug En 't meisje begreep mettertijd, waarom ook anderen zoo weinig van zich lieten hoeren.

Nu gebeurde het dat Rika, toen zij op een Zondagmorgen uit de kerk kwam, werd aan gesproken door een dame, die zij reeds enkele malen had opgemerkt, en die — zoo had zij gehoord — in een der nieuwe huizen woonde. De dame vroeg haar zeer vriendelijk, of zij niet de dochter was van den „vader" op de Zand hoeve. Toen Rika dit bevestigde, vroeg de dame verder of het goed was, zoo zij morgen eens aankwam.

Den volgenden dag op het bepaalde uur, hield voor de Zandhoeve een fraai rijtuig stil, waarin degene zat, die Rika gisteren had aangesproken. Zij bleek de bewoonster te zijn van het groote, nieuwe huis, waarbij Rika onlangs had staan te luisteren naar het psalmgezang. Haar naam was Tourion.

De dame begon al aanstonds met Rika en met haar moeder een druk gesprek, over allerlei dat bet dorp, zijn bewoners en de Zandhoeve betrof. Ze bleek een vriendelijke vrouw te zijn, die belang stelde in de menschen om haar heen. Doch het verbaasde Rika te bespeuren, dat mevrouw Tourion vrij goed wist, hoe zij, Rika, vroeger in de stad bad gewoond, en wat haar daar was wedervaren. Doch alles werd duidelijk, toen mevrouw in den loop van het gesprek vertelde, hoe zij reeds meermalen den dominee had gesproken, en „die, " voegde zij er bij, „kent u blijkbaar heel goed.

En nu moet ik, " vervolgde mevrouw Tour-Ion, „u eens zeggen, wat mij eigenlijk hier heen drijft. Ik beb drie kinderen, de eerste is mijn zoon, die thans een leermeester heeft. De twee andere, de meisjes, zijn veel jonger dan hun broer, en hebben nog heel weinig geleerd. Nu weet ik, dat u best in staat zoudt wezen hen te onderwijzen, en ook dat u wandelt in de vrees des Heeren. Dat zijn juist de twee dingen die ik zoek in iemand die mijn kinderen zal onderwijzen. Zoudt u nu lust hebben, dat eens te beproeven, ten minste als dat werk niet boven uw krachten gaat ? ”

Rika wist niet zoo dadelijk wat te antwoorden, 't Was ook moeilijk. Zij had vaak den Heere gebeden, om haar een weg en werk te wijzen. En nu kwam een dame, wier naam zij heden pas voor 't eerst gehoord bad, haar een weg openen en werk aanbieden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 30 juni 1907

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 30 juni 1907

De Heraut | 4 Pagina's