GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

In het Maandblad

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In het Maandblad

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In het Maandblad Getuigen en Redden van I Mei 1908, het bekende orgaan van Ds. H. Pierson, komt van de hand van Mr. A. De Graaf een artikel voor over Puritanisme en Moraliteit, dat niet zonder een ernstig woord van protest mag worden voorbijgegaan.

Volgens Mr. Di Graaf schuilt in het Puritanisme een gevaar voor de beweging tegen de onzedelijkheid, waarom die beweging zich geheel van dat puritanisme heeft los te maken.

Vooreerst toch richt het puritanisme den strijd tegen wat geen zonde is, verwart het onzedelijkheid en ziniieiijkheid, en vergeet het, dat het kwaad voortkomt niet uit het vleesch maar uit het hart. Maar het puritanisme is ook oorzaak, dat de rijke geesten, de krachtige, edele mannen, de vrouwen met warme harten en vurige geesten tot ; iusverre achteiyochtig zijn geweest tegen de bestrijding der onzedelijkheid. Want ze worden door de armoede, de koude, de bekrompenheid en de leelijkheid van het puritanisme afgeschrikt.

Zoo als men reeds uit deze uitingen merkt, weet Mr. De Graaf van het puritanisme niet veel goeds te vertellen. Dit oordeel is ons daarom te stuitender, omdat Mr. De Graaf blijkbaar van het machtige historische verschijnsel van het puritanisme niets weet en er over redeneert als een blinde over de kleuren. Als voorbeelden van Puriteinen worden opgenoemd Savonarola, de mannen van Cromwell en de kringen van het Reveil uit de voorgaande eeuw. Een gezelschap, dat wel verwonderd zal wezen, zich zoo bij elkaar geplaatst te vinden. Het karakteristieke van het Puritanisme ligt dan daarin, dat het strijd voert tegen het zinnelijke en al wat zonder het zinnelijke niet bestaan kan, d. w. z. alle versiering, verfraaiing en ver» vroolijking van het dagelij ksche leven. Het zinnelijke zelf is op dat puriteinsche standpunt onzedelijk en moet daarom overwonnen of vernietigd worden. Het Puritanisme bestaat in het vernietigen van kunstvoorwerpen en schilderijen, het gekleed gaan in zwarte kleederen, het niet baden van het lichaam en voorts in het niet dansen en niet naar de komedie gaan.

Wie zoo begint met een carricatuur te teekenen, heeft bij zijn bestrijding van het puritanisme gewonnen spel, maar verraadt daarmede niet alleen een groot gebrek aan historische kennis, maar ook aan waardeering van wat het puritanisme in de Calvinistische landen heeft tot stand gebracht En we vreezen, dat wanneer het puritanisme v/ordt afgestooten om door een „jolig Christendom" de kunstenaars en wereldsche menschen toi bondgenooten te maken in den strijd tegen de prostitutie, deze strijd zelf daaronder lijden zal.

De fout van Mr. De Graaf is, dat hij, afgaande op enkele excessen, het puritanisme geheel verkeerd heeft beoordeeld. Er is zeker te allen tijde een richting in de Christelijke kerk geweest, die het zondige in het vleesch zoekt, en daarom in de afsterving des vleesches de ware heiligmaking vond. Maar het puritanisme is van deze vaische ascese zeer scherp onderscheiden. Het puritanisme wil heiligheid des levens (puritas vitae) niet door het lichaam te dooden, maar door ernst te maken met de Wet des Heeren; het wil daarom die Wet des Heeren niet laks, maar precies toepassen, alle aanleiding tot zonde vlieden, heel het leven onder de tucht stellen van Gods Woord. En waar de zonde van onzedelijkheid, al komt ze uit het hart voort, toch hoofdzakelijk zetelt in het lichaam, daar wil het puritanisme, dat al wat tot die zonde prikkelen kan, vermeden zal g g i v i z worden, zooals met name dansen en comediebezoek, onzedelijke litteratuur en een kunst die den hartstocht opwekt door het naakte ten toon te stellen. Naar het woord van den apostel Paulus: Haat ook de rok, die van het vleesch besmet is.

Al loopt elke geestelijke beweging gevaar tot uitersten te vervallen, en al is ook het puritanisme hieraan niet geheel ontkomen, toch mogen deze overdrijvingen niet aan het puritanisme als zoodanig worden ten laste gelegd. Het zijn uitwassen, die niet tot den stam behooren. Die stam zelf is kerngezond en goed geweest. En het ware wel te wenschen, dat dit puritanisme, dat niet „arm en koud en dood" is geweest, maar een levende kracht, vol heiligen ijver voor de eere Gods, en dat als een weldaad schatten van zedelijke en geestelijke genade heeft uitgestort over de volkeren, ook in ons land meer ingang vond.

Vooral de zedelijkheid zou er bij winnen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 24 mei 1908

De Heraut | 4 Pagina's

In het Maandblad

Bekijk de hele uitgave van zondag 24 mei 1908

De Heraut | 4 Pagina's