Buitenland.

Frankrijk. De Roomsche bisschoppen tegenover bet pauselijk decreet, bepalende, dat kinderen van zeven jaar tot de eerste communie moeten toegelaten worden.

Het pauselijk decreet over de eerste communie der kinderen, waarbij bepaald werd, dat kinderen reeds op zevenjarigen leeftijd tot het gebruiken van het Heilig Sacrament moeten toegelaten worden, heeft bij de bestuurders der Roomsche Kerk in Frankrijk weinig hartelijke instemming gevonden. Waartoe deze nieuwe moeilijkheden, nadat de helft der bevolking zich van de Roomsche Kerk heeft afgewend? Wel was men niet bang, dat de meeste kinderen zich op zevenjarigen leeftijd aanmelden zouden om de eerste communie te ontvangen, maar toch werd voor de invoering van hetgeen het pauselijk decreet bedoelt, gevreesd, wijl daardoor inbreuk gemaakt wordt op de orde die totdusver gegolden had. De bisschoppen uit den omtrek van Toulouse vergaderden over deze zaak en stelden het volgende vast: „Er is voortaan gelegenheid voor kinderen van drieërlei leeftijd om tot de eerste communie toegelaten te worden”:

1. Die van zeven jaar oud, doch de kinderen zullen daarvoor bijzondere eigenschappen moeten bezitten, welke na een nauwkeurig onderzoek aan het licht behooren te komen; 2. die van negen a tien jaar, welke tot de eerste categorie moeten behooren; 3. die van elf jaar en daarboven, nadat het kind zijn catechismus heeft geleerd en zich kan verbinden om aan de leer zijner kerk getrouw te blijven. Op die manier meent men de schadelijke gevolgen die het pauselijk decreet hebben kan, af te wenden. De abt Jouin, die verbonden is aan de Augustijner Kerk van Parijs, leerde in een grondig Theologisch betoog, dat de paus en zijne raadslieden in dit stuk niet overeenstemmen met Thomas van Aquino en andere beroemde Roomsche Theologen. Aan de andere zijde moet men echter toegeven, dat wanneer het Sacrament reeds werkt ex opere operato (uit kracht van de volbrachte bediening), kleine kinderen niet van het gebruik van bet Heilig Avondmaal kunnen uitgesloten worden. In deze zijn de Irvirgianen consequent, die immers ook zuigelingen toelaten tot het gebruik van bet Sacrament des Heiligen Avondmaals. Neemt men echter aan, dat Christus bij het Avondmaal niet genoten wordt door den mond des lichaams, maar door den mond der ziel, dat is het geloof, dan is het betamelijk, dat alleen zij, die tot belijde nis des geloofs zijn gekomen, wanneer zij in staat zijn bet lichaam des Heeren te onderscheiden, deelgerechtigd zijn tot het Avondmaal. Maar op Roomsch standpunt zich verplaatsend, is het pauselijk decreet niet af te keuren.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen