GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

VELERLEI WEGEN.

XLI.

VELERLEI WEGEN.

XLI.

SLOT.

Ik zou een geheel boek moeten schrijven, wilde ik hier vertellen, wat verder geschiedde en hoe de arbeid zich allengs uitbreidde tot het zoover kwam als. ik reeds vroeger heb verteld. Het werk van mijnheer Reinier trok de aandacht van velen • en deze besloten hem te helpen, en op verschillende wijze ter zijde te staan. Zoo liep alles in goede orde en kon het werk geregeld voortgaaUj wat geschiedde met grooten zegen. Niet lang nadat een nieuw schoolgebouw was geopend, had in het huis van den leeraar een groote verandering plaats. Voor de oude dame die tot nogtoe de huishouding had bestierd, kwam een jongere, en die jongere nu was ik zelf' Maar niet alleen de huishouding ook den naam van den heer Reinier aanvaardde ik. Kort gezegd, ik werd zijn gelukkige vrouw. Zoo had ik dan en voor goed den man wedergevonden, die mij als kind eens het leven had gered. Thans zou ik met hem door het leven gaan. De oude dame bleef bij ons wonen.

Nog een paar maal had ik brieven ontvangen van mijn pleegouders in Afrika. Ik had hun ook gemeld, dat ik verloofd was en hoopte eerlang in het huwelijk te treden. Op dezen laatsten brief kreeg ik echter geen antwoord, wat mij zeer speet en ongerust maakte. Eerst na een jaar wachtens kon ik.er toe besluiten den grooten. stap te doen, ook zonder na herhaald schrijven iets van mijn pleegouders gehoord te hebben.

Eerst twee jaar later werd dit opgehelderd. Nadat mijn echtgenoot allerlei pogingen had gedaan om iets te weten te komen, vernamen

wij eindelijk dat oom en tante kort na elkander gestorven waren. Meer kon ik niet te weten komen.

Ik hjid ook , naar Nederland geschreven, voor zoover ik van mijn familie aldaar iets wist. Ik scheen echter vergeten te zijn, althans ik kreeg ook nu geen antwoord. Later bracht ik met mijn man een bezoek aan ons vaderland, en zocht toen ook mijn bloedverwanten op. Doch de ontvangst was koel en harteloos, waarschijnlijk omdat zij bespeurden wat menschen wij waren, en hoe wij tot de zoogenaamde fijnen behoorden. Wij herhaalden ons bezoek dan ook maar niet. Ik kon mij ' van Nederland maar weinig meer herinneren. Trouwens hoeveel jaren waren verloopen sinds ik het verlaten had!

De heer Jansens bleef nog een poos in onze nabijheid. Toen hij eindelijk vertrok was hij weder geheel gezond, en toonde zijn dankbaarheid voor de zorg hem bewezen door mij een prachtig geschenk te vereeren en voor het werk|van mijn echtgenoot een gift te geven van vele duizenden guldens. Ook op andere wijze bleek ons, dat hij van Christendom en Zendingswerk andere en betere gedachten gekregen had dan vroeger.

Of echter de heer Jansens zelf ten Christen is geworden — althans meer dan in naam — moet ik helaas zeer betwijfelen. Het laatst dal ik rechtstreeks van hem hoorde was uit Afrika, waar hij alle moeite had gedaan om te maken, , dat ik bericht kreeg aangaande mijn pleegouders. Hij zag in Indië na lange afwezigheid zijn vrouw terug en beiden aanvaarden toen de reis naar Europa. Uit al wat ik later hoorde bleek, mij dat het wederzien eigenlijk geen van beiden genoegen deed. Mevrouw^ vond dat mijnheer „meer godsdienstig" was geworden, nog minder om uitgaan en opschik gaf dan vroeger en dat kon zij niet uitstaan. Hoe prettiger leven hoe beter dacht de ijdele vrouw, en dat mijnheer niet zoo dacht hinderde haar. Hij van zijn kant vond het verdrietig dat het al moeilijker werd met zijn vrouw over meer dan heel alledaa^he dingen te praten. Zij scljeen alleen te wet^van mooie kleeren, opschik en pracht. Wat zij in Indië gezien had, was oorzaak dat haar prachtliefde en lust tot groote uitgaven nog toenam. Alles tot groot verdriet van mijnheer Jansens, die soms ernstig boos werd.

In 't kort dat man en vrouw één behooren te zijn, naar het woord des Heeren, werd hier geheel vergeten omdat op het woord van God niet werd gelet.

En ik meen, dat het zoo is gebleven. Met den heer Winter en zijn vrouw, beiden thans hoog bejaard, bleven wij goede, innige vrienden. Zij steunden ons werk waar zij konden, en mochten nog zien hoe het zich uitbreidde, en velen ten zegen werd.

Als gezegd, ik kon nog veel meer vertellen, maar hoop dat dit weinige voldoende zij om allen die het hooren of lezen, te doen verstaan, hoe de Heere God en niet wij onzen weg bepaalt en dezen leidt ten goede dergenen die Hem vreezen. En thans nu ik aan het einde gekomen Ben, en alles nog eens overdenk zegt mijn hart: De Heere heeft alles wèl gemaakt. Hij heeft mij wonderlijk geleid, en het kind uit een circus gemaakt tot een arbeidster in Zijn koninkrijk. Hij ontnam mij mijn ouders, maar verbond aan deze ramp weer een zegen voor mijn ziel. Ware ik in het circus gebleven, ik zou menschelijkerwijs nooit van God en Zijn dienst hebben gehoord. Veel goede, hartelijke menschen deed de Heere mij ontmoeten, ook dezulken die mij bekend maakten met Gods woord en den wegterZahgheid. Zoo kon ik later de verzoeking g^ verleiding der wereld weerstaan en o verwinnet

Langs een wonderlijken weg voerde de Heere mij hierheen. Thans tracht ik zooveel ik kan en mijn werk gedoogt mijn man in het zijne behulpzaam te zijn. Samen danken wij God. Geprezen zij Zijn naam.

Ik eindig met enkele regels van een vers dat ik vond aan de Kaap in eeu oud boek.

Ik weet, o Heer, dat bij den mensch Zijn weg niet is, dat Gij Zijn schreden richt, zijn pad bepaalt, Hoe lang óf kort het zij.

Bij ons is wijsheid, kracht noch raad: 't Komt al van U alleen.. Maar wie zich aan Uw zorg vertrouwt Helpt gij door 't zwaarst zelfs heen. (". .

Wel hem die ih Uw hand zich stelt ' Gij voert door vreugd en kruis Hem naar het land der ware rust Uw eeuwig, heerlijk huis. j

BRIEFWISSELING.

G. G. te A. Herhaaldelijk is ter dezer plaatse gezegd, dat ingezonden vragen slechts dan kunnen beantwoord worden, als de inzender min of meer rekening houdt met wat boven deze afdeeling staat. En nu zult u toch wel toestemmen, dat uw vraag geheel niet past voor een beantwoording voor kinderen.

Wij hebben steeds op dit punt een ruim hart getoond. Maar er is een grens. U vindt ze wel goed, dat we den brief opzenden raar den redactie die zeker antwoorden zal.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 22 september 1918

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 22 september 1918

De Heraut | 4 Pagina's