GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 289

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 289

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

gesprekken tussen kerk en faculteit

288

synode de vrijheid van exegese te beklemtonen. Ten aanzien van de belijdenis merkten zij op dat niet zozeer de binding aan de belijdenis in het geding was, maar de aard van die binding. Deputaten vroegen verder de kerk vertrouwen te hebben in de staf van de faculteit. Tevens spraken ze uit dat het noodzakelijk was te komen tot een nieuw belijden. En samenvattend stelden ze dat het niet de tijd was om beslissingen te forceren, maar dat het tijd was om naar elkaar te luisteren en met elkaar te spreken, opdat wij ‘samen met alle heiligen in staat gesteld mogen worden te vatten hoe groot de breedte en lengte en hoogte en diepte is, en te kennen de liefde van Christus, die de kennis te boven gaat, opdat wij vervuld worden tot alle volheid Gods’.

de binding aan de belijdenis Toen de Synode van Sneek in 1969 bij elkaar kwam, was duidelijk dat het een spannende synode zou worden. De reacties op de besluiten omtrent ‘Assen’ moesten verwerkt worden, er lagen bezwaarschriften tegen Kuitert op tafel en men diende zich te buigen over de betekenis van de belijdenisgeschriften. De invloed die Augustijn op de discussie daarover heeft gehad, mag niet onderschat worden. Zoals hij met zijn artikel over Kuypers angst voor de schriftkritiek een fundamentele – daarmee bedoel ik: een op de bronnen van de gereformeerde theologie teruggaande – historische ondersteuning had geboden aan zijn collegae die de traditionele leer der schriftinspiratie hadden losgelaten, zo bood hij in zijn bijdrage aan de Cahiers voor de gemeente over de belijdenisgeschriften een fundamentele bijdrage aan het debat over de binding aan de belijdenis.96 Het cahier verscheen kort voor de synode over de binding aan de belijdenis zou spreken.97 Met andere woorden: het kwam op het juiste moment om een rol te kunnen spelen bij de synodale afwegingen. De achterliggende vraag was of de strenge binding aan de belijdenis, zoals die door de Synode van Dordrecht (1618-1619) werd geëist (en in de Gereformeerde Kerken nog steeds gangbaar was) typisch reformatorisch was.98 De actualiteit van de vraag behoeft geen nader betoog. Juist dit punt speelde in deze jaren de kerken parten en juist dit punt hing als een zwaard van Damocles boven de hoofden van de omstreden theologen.

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 288

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 289

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's