GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 259

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 259

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

van elenctiek naar godsdienstwetenschap

258

lijke godsdiensten, een geheel andere sfeer ademen dan Kuypers Encyclopaedie. Interessant is dat Bavinck de elenctiek een andere plaats in de theologische encyclopedie heeft gegeven dan Kuyper. In zijn inaugurele oratie (1939) werd het vak met de zendingswetenschap gerekend tot de ecclesiologische groep, in zijn boek Inleiding op de zendingswetenschap uit 1954 werd het vak met de zendingswetenschap gerekend tot de ambtelijke vakken.64 Maar in beide geschriften is daarmee de elenctiek losgeweekt uit het dogmatische en antithetische kader waarin Kuyper het vak had geplaatst. Omwille van het getuigend gesprek met hen die Christus niet kennen, dient nagedacht te worden over de nietchristelijke godsdiensten. Elenctiek behoorde daarom voor Bavinck tot de zendingswetenschap, in het bijzonder tot de zendingstheorie, en daarbinnen tot dat deel dat zich bezighoudt met de leer van de ‘benadering’. Elenctiek is ‘de wetenschap, die zich bezighoudt met een zeer speciaal aspect van de benadering, namelijk het zich rechtstreeks keren tegen de niet-Christelijke religiositeit, ten einde de mens tot bekering op te roepen’.65 En of men de elenctiek nu indeelt bij de ecclesiologische vakken of bij de ambtelijke vakken, het blijft een compleet andere invalshoek dan die van Kuyper. ‘De elenctiek wordt in sterke mate beheerst door de missionaire gedachte’, niet door een defensief georiënteerd verweer.66 Wellicht moet het zo gezegd worden: meer dan Kuyper was Bavinck geraakt door de mens die een andere godsdienst belijdt, en meer dan bij Kuyper werd zijn bezinning daarop gevoed door zijn ervaring in dienst van de zending. Typerend is reeds de fundering van de naam ‘elenctiek’. Verwees Kuyper naar Titus 1: 13a, waar het woord ‘elenchein’ vertaald moet worden met bestraffen of weerleggen, Bavinck wil de elenctiek verstaan vanuit Johannes 16:8, waar gesproken wordt over de Heilige Geest die de wereld zal overtuigen van zonde. Voor Bavinck was de elenctiek ten diepste het werk van de Heilige Geest.67 Dit laatste neemt niet weg dat dit werk geschiedt door mensen en derhalve ook object is van wetenschappelijke bezinning. Daarbij is elenctiek nauw verbonden met een aantal andere wetenschappen, waaronder de godsdienstgeschiedenis.68 Dit vak is voor de elenctiek in de eerste plaats van belang omdat wij nog te weinig weten van de verschillende godsdiensten. Zonder grondige kennis van andere godsdiensten geen zending, daar komt het standpunt van Bavinck op neer.

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 258

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 259

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's