125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 461

noten hoofdstuk 7

460

31. J. van Dam (1896-1979), hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam, werd in het najaar van 1940 secretaris-generaal van het ministerie Opvoeding, Wetenschap en Cultuurbescherming. Zie over hem P. J. Knegtmans, ‘Onderwijspacificatie in de Nieuwe Orde. Jan van Dam (1896-1979)’, in: P. J. Knegtmans e.a., Collaborateurs van niveau. Opkomst en val van de hoogleraren Schrieke, Snijder en Van Dam (Amsterdam 1996) 223-316. Over dit ministerie (voor en na de oorlog geheten Ministerie van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen) zie Hans Knippenberg en Willem van der Ham, Een bron van aanhoudende zorg. 75 Jaar ministerie van Onderwijs [ Kunsten ] en Wetenschappen 1918-1993 (Assen 1993) 177-313. 32. Zie Zondergeld, Geen duimbreed?!, 80-82, waarin hij beschrijft hoe de vu-bestuurders zich verzetten tegen invloed van de overheid op benoemingen. Tijdens de gezamenlijke vergadering van curatoren en directeuren van 11 januari 1941, waar besloten werd voet bij stuk te houden, verliet curator dr. W. A. van Es, predikant te Leeuwarden, ostentatief de vergadering. Hij bepleitte een meegaande houding tegenover de bezetter. 33. A. A. van Schelven (1880-1954) was de zoon van B. van Schelven, de grote kerkvorst uit de eerste decennia van de 20e eeuw. Hij studeerde theologie en werd predikant te Maarssen en Vlissingen. In 1918 werd hij benoemd tot hoogleraar geschiedenis aan de vu en om die reden buiten bediening gesteld. Over Van Schelven en de vu uitvoerig Zondergeld, Geen duimbreed?!, reg.i.v. Direct na de oorlog werd hij op non-actief gesteld en later gedwongen ontslag te nemen. 34. Zie Nauta, ‘Rede bij de overdracht van het rectoraat’, in: De vu in oorlogstijd, 37. 35. Zie Zondergeld, Geen duimbreed?!, 131-132 en De Jong, Koninkrijk, VI, 598. Bij beiden ontbreken verwijzingen naar de bronnen. 36. Archief senaat, Notulen Rector en assessoren, 9 december 1942. 37. Archief senaat, Notulen, 7 november 1941: ‘De rector zal zich van de kolenpositie op de hoogte doen houden en eventueel maatregelen nemen tot verlenging van de vacanties indien de kolenpositie daartoe aanleiding zou geven. Hij wordt daartoe door de senaat uitdrukkelijk gemachtigd’. 38. ‘Rede bij de overdracht van het rectoraat’, in: De vu in oorlogstijd, 33-55. Zo ook de weergave in 100 jaar studentenleven aan de vu (Amsterdam 1980) 7778. B. A. Knoppers, namens de vu-studenten lid van het studenten verzetsorgaan ‘De Raad van Negen’, lijkt uit te gaan van een bewuste keuze met het oog op de arbeidsinzet. Zie Zondergeld, Geen duimbreed?!, 135. 39. Van Dam verdacht Nauta ervan zijn boodschap naar buiten te hebben gebracht en ontbood hem ten departemente. Nauta ontkende dat hij deze geruchten had verbreid. Zie ‘Rede bij de overdracht van het rectoraat’ in: De vu in oorlogstijd, 38. Overigens deden de geruchten over ophanden zijnde razzia’s al

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 460

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen