GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 31

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

23

opgemerkt, dat de uitspraak van GEULINX „zonder weten, geen handelen" meer in overeenstemming is met het denkbeeld, dat God (door zijn kracht) de eigenlijke werker van elk causaal gebeuren is. Toch zijn ook andere, zij het ook uiterst speculatieve oplossingen mogelijk. Hierbij zou men aan een (dualistische) albezieling der natuur kunnen denken. In dit opzicht is misschien het denkbeeld van SCHNEIDER nog wel het meest aantrekkelijk. „Die Bewegungsenergie der Materie ist nichts andres als ein Bewustsein" '). Deze opvatting zou, bij een ontkenning van een Godsbestaan in Christelijken zin, op dualistischen grondslag een eenigszins redelijken grond geven voor het causale natuurgebeuren. Wil men echter een meer ineensluitende verklaring der causale verschijnselen (en bovendien een aansluiting aan andere metaphysische overtuigingen) bereiken, zoo komt het mij voor, dat de Christelijk Theïstische opvatting het meest met de resultaten der natuurwetenschappen en der wijsbegeerte in overeenstemming is. II. De biologie, welke zich bezig houdt met de verschijnselen van het leven, staat nu sinds de oudste tijden op bijzondere wijze in verband met de opvattingen omtrent het oorzakelijk gebeuren in de natuur. En, daar de levende dingen een zoo in het oog loopende tegenstelling vormen met de doode natuur, willen wij, mede om de beteekenis voor algemeene vraagstukken, het oorzakelijk verband in de levende natuur wat nader beschouwen. De eigenaardige kenmerken, welke men aan de organismen waarneemt, behoeven hier niet nader te worden opgesomd, maar de natuurphilosophie en met name ook de causaliteitsleer dient zich vooral bezig te houden Ie met de ziel, 2e met de spontaneïteit, 3e met de individualiteit, 4e met zijn ontstaan en samenstelling. Hoe staan wij nu met de door ons beschreven opvattingen omtrent het wezen van den causalen samenhang in de doode natuur tegenover deze vraagstukken ? Wij zullen daarbij trachten aan te toonen, hoe ons resultaat ook op biologisch terrein niet alleen in overeenstemming met de ervaring is, maar bovendien de Theïstische opvatting der causaliteit juist door de biologische feiten ')

Tierpsychologisches

SCHNEIDER, S 671.

Praktikun

in Dialogform

von KARL CAMILLO

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1914

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 178 Pagina's

1913-1914 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 31

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1914

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 178 Pagina's