1914-1915 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 139

131 dit leekenstandpunt inneemt, zou men a priori niet verwachten. Het goed recht der geneeskunde bepleitende om de vaccinatie toe te. passen als bij proefneming het gunstig effect bleek, al zou theoretische verklaring ontbreken, schrijft hij: „Voorshands hebben we dus alleen te vragen, of het gif van een ziekte, waarin zulke diertjes verscholen zijn, al dan niet ook genezend kan werken, en men weet in hoeveel opzichten ook die vraag reeds bevestigend beantwoord is. Denk slechts aan het serum bij diphtheritis of keelziekte. Schrijver dezes had zelf na ernstige longziekte voor eenige jaren na aanvankelijke genezing, nog voortdurend met bloedig opgeven te worstelen, en welke andere middelen ook werden aangewend, niets hielp, tot ten laatste zijn homoeöpalhische dokter uit Brussel hem een praeparaat toezond, bereid uit het uitspuwsel van teringlijders, en na twee dagen dat praeparaat gebruikt te hebben, was hij van het kwaad af" (pag. 536). Zou Dr. KuYPER zelf gelooven te lijden aan T b c ? Ook op het gebied der vaccinatie treffen we de meeste tegenstrijdige voorstellingen aan. Den geneesheeren wordt verweten, dat zij zelven oorzaak zijn van den tegenstand der vromen, omdat zij de vaccinatie niet als een' gave Gods erkend hebben. Daar gelaten nu dat dit reeds niet waar is, zouden we consequent verwachten, dat ook een Christen, die deze genadegave veracht, terechtgewezen wordt. Vlak het tegendeel: In de levensbeschrijving van Mr. KeucHbNius schrijft Dr. KuYPER „Zijne pleidooien ten deze, (over de vaccinatie,) zoo in de Kamer als in de Pers gevoerd, zijn boven mijn lof, getuigende van zeldzame zaakkennis, medischen overmoed geeselend op snerpende wijze, en u tot lezen uitlokkend door uitnemende satire. Maar onderwijl deze pleidooien een breedte erlangden, die de aandacht afleidde, ging de actie tegen den vaccinedwang te niet, en bezweek de Anti-vaccinebond, waarvan de leiding hem was toevertrouwd, door ontstentenis van practisch handelen" (pag. 213). Daargelaten of 96 pagina's klein formaat, zoo'n omvang is dat een actie daardoor mislukken kan. ') Dr. A. KUYHER. De Gemeene Gratie, 2e deel, 1903. ^) „Mannen en vrouwen van beteekenis" 1895. Mr. LEVINUS, WILHELMUS, CHRISTIAAN, KEUCHENIUS, door Dr. A. KUYPER.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen