1921 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 19

7

tatcn voor de psychologie en voor de paedagogiek en tevens belangrijke bijdragen voor de beroepskeuze leveren. Alle begin is moeilijk en het zal nog wel lang duren, eer men tot eenigszins gefundeerde meeningen in dit opzicht komt. In wat verder volgt, zal men reeds de neiging vinden, om het al te gecompliceerde bij de eerste vragenlijsten te vereenvoudigen, om ballast overboord te werpen. Misschien zou zelfs nog meer vereenvoudigd kunnen worden en als men de waarnemingen gedurende eenige jaren verricht heeft, zal men langzamerhand zich kunnen vrijmaken van een star schema. Bij het twistpunt, of men al of niet samensprekingen zal houden over de gedane waarnemingen, zou ik me beslist voor het onderling overleggen verklaren, terwijl vooral ook de band met de ouders niet verwaarloosd mag worden. In hooge mate is het gewenscht voor den onderwijzer, dat hij niet alleen spreekt voor het groote belang van de zielkunde, maar zich met hart en ziel toelegt op die studie, daarbij voorgelicht door ter zake kundigen. Wat de experimenteel-psychologische methoden betreft, zal het noodig zijn, dat deze met eenvoudige instrumenten worden verricht en door onderzoekers, die daarin geoefend zijn. Ook hier zal moeten gevarieerd worden en het dor schematische vermeden. Nog lang zal men in de literatuur door sceptici het voorbeeld van een bekenden Franschen vliegenier aangehaald vinden, die door de slecht uitgevallen reactieproeven geen brevet kon krijgen en later de bewijzen gaf een van de besten in zijn vak te zijn. Onvolkomenheden en teleurstellingen zullen wel steeds blijven voorkomen, en dat is ook niet erg, indien ze maar prikkelen om de fouten op te zoeken en tot verbeteringen en verfijningen van de methoden op te wekken. Misschien is het wel goed nog eens aan te geven, dat experimenten bruikbare en waardevolle hulpmiddelen kunnen zijn, maar experimenteele resultaten te verkrijgen kan geen „Erkenntnisziel" zijn. Goede experimenten doen, kan alleen die psycholoog, die psychologisch geschoold is, die in staat is om te vragen en de antwoorden te waardeeren. Alleen experimenteele vorming geeft nog geen geschiktheid tot psychologischen arbeid (JASPERS). Wel wil ik nog uitdrukkelijk de aandacht daarop vestigen, dat men experimenteel psychologisch vrij gemakkelijk de handigheid van de leerlingen kan vaststellen en al is het dan dwaasheid,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen