De ethiek in de gereformeerde theologie - pagina 19
Rede bij de overdracht van het rectoraat der Vrije Universiteit te Amsterdam
17 Uit deze diflerenties in het dogma omtrent den mensch openbaren zich nu ook verschillen in de gemeenschappelijke belijdenis, dat de zedelijkheid ontstaat uit de schepping naar Gods beeld. Doet de mensch het goede op menschelijke wijze, men verstaat daaronder, dat hij het doet in den vorm van het liberum arbitrium of de kiesvrijheid. Deze nu moet niet verward met wilsvrijheid, wijl niet de wil maar het ik op het gebied van het intellect kiest en, met het dus tot stand gekomen eindoordeel van het intellect, den wil, die in dezen zin nooit vrij is, beheerscht. De zoo verkeerde identificatie van de practische rede met den wil — het zij in het voorbijgaan opgemerkt — vindt men zelfs bij een zoo voornaam denker als K A N T en draagt er niet weinig toe bij, de quaestie van de vrijheid te embrouilleeren. Met Rome nu kennen ook Lutherschen en Gereformeerden aan den mensch vóór en na den val een liberum arbitrium toe, doch wijl hier tweeërlei onder verstaan wordt, krijgt men juist èn daardoor èn in verband met de straks genoemde dogmatische verschillen, op de vraag naar het ontstaan der zedelijkheid, onderscheid. Bij Rome dan is het liberum arbitrium, al is ook Pelagius officieel veroordeeld, feitelijk liberum arbitrium indififerentiae, het op ieder oogenblik zóó, maar óók anders kunnen, ki_ezê.n_ejx..dus willen — het „philosophische spook", zooals v. HARTMANN het noemt. Bij de oude Protestanten daarentegen heeft de kiesviTJiieitLiiqoit Jiet_karakteLJfan indiffe
maar is
gebonden aan de voorstellingen in het bewustzijn, aan het zijn van het ik. Wel kiest dat ik, en dat spontaan, uit eigen beweging; er is dus verantwoordelijkheid schilligheid.
en in dien zin sprake van vrijheid, doch niet van onverIn verband nu met de genoemde dogmatische verschillen op
—anthropologisch gebied volgt hieruit, dat terwijl Rome en de Protestanten saam belijden, dat de zedelijkheid tot de natuur van den mensch behoort, krachtens zijn schepping naar Gods beeld, — volgens Rome uit de natuur van den gevallen mensch nog altijd, ook zonder de genade, zedelijkheid in den zin van goed doen, ook voor God, kan opkomen, terwijl volgens de Protestanten ontstaan.
uit die gevallen natuur geen echte zedelijkheid
kan
Dat hij echter onzedelijk is, gaat naar Protestantsch belijden
tegen zijn oorspronkelijke natuur in, is zijn gebondenheid, waarvan alleen de Christus hem kan vrijmaken,
en dat hij het kwade doet, ligt voor
zijn verantwoordelijkheid, omdat hij het uit eigen beweging kiest en wil. En verder, dat volgens Rome in den gedoopte een zedelijkheid kan 2
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 oktober 1897
Rectorale redes | 92 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 oktober 1897
Rectorale redes | 92 Pagina's