De ethiek in de gereformeerde theologie - pagina 74
Rede bij de overdracht van het rectoraat der Vrije Universiteit te Amsterdam
72 individu aan de omgeving volkomen zal zijn, en de mensch in het bevorderen van het algemeen welzijn zijn lust bevredigt, zal de verzoening tusschen egoïsme en altruïsme voltooid zijn. In dit schoone lied van blijde toekomst is nu door V O N HAR'L'MANN'S pessimisme, d e p h i 1 o s o p h i e v a n d e s m a r t , een wanklank gebracht. Het eigenaardige van deze ethica is bovendien, dat zij weer een „transcendent begitindete" wil zijn.
Na Iioogst lezenswaardige dingen over de
onmogelijkheid van een samengaan van sociaal-eudaemonistische en evolutionistische moraal te hebben gezegd, waarbij men onder het lezen telkens denkt aan het: „die wetenschap vermeerdert, die vermeerdert smart", eindigt deze merkwaardige denker met het „Moralprincip der Erlösung" aan te bevelen, waarmee hij dan bedoelt de verlossing van het AbsiDfute, welke bespoedigd wordt door onze deelneming aan de tegenwoordige illusie van dat Absolute, de „Culturentwickelung".
Hij sluit zijn boek dan ook met
,' deze ontzettende .woorden: ,,Das reale Dasein ist die Incarnation der / Gottheit, der Welltprocess die Passionsgeschichte des
fleischgewordenen
I Gottes und zugleich der Weg zur Erlösung des im Fleische Gekreuzigten: I die -Sittlichkeit aber is die Mitarbeit an der Abkiirzung dieses Leidensj und Erlösungsweges." ^) Zoo heb ik U dan gewezen op wat de ethica der moderne philosophie van de zedelijkheid heeft gemaakt en daarmee oj) wat van de erkenning van het organische wel niet een gevolg is, maar waartoe het aanleidingkan geven.
Ligt nu de aansluiting ook der ethiek in de Gereformeerde
Theologie aan het heden, juist in die erkenning van het organische, toch behoeft men daarom nog niet bevreesd te zijn, dat zij bij die erkenning de daaraan verbonden gevaren niet zou kunnen ontgaan; dat zij door die erkenning als de ethica der moderne philosophie pantheïstisch en irreligieus zou worden.
Immers dat zal zij niet, wijl zij de autoriteit van de Schrift
erkent; welke de nieuwere wijsbegeerte juist verwerpt.
Tusschen deze en
ons ligt de Schrift.^,..-^ , Het eenig gevaar, dat de ethiek der Gereformeerde
Theologie zou
kunnen bedreigen, ligt in de aanraking met deze moderne ethica, en deze. zaak dient thans nog onder de oogen gezien. zekere beduchtheid hier begrijpen,
te meer
1) D a s s i t t l i c l i e B e w u s s t s e i u , p. 088, 2e eJitie.
Ik kan mij een
daar juist de ethiek, in
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 oktober 1897
Rectorale redes | 92 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 oktober 1897
Rectorale redes | 92 Pagina's