GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Religieus eklekticisme - pagina 58

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Religieus eklekticisme - pagina 58

Rede gehouden bij de overdracht van het rectoraat aan de Vrije Universiteit te Amsterdam

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

56 onder ons Gereformeerden. Daar, hier en nu er van te spreken ligt wel buiten mijn onderwerp, het religieus eklekticisme, maar toch niet zoo ver, dat ik er geheel van mag zwijgen. Voor sommige jongeren is, of dreigt althans, de Schrift niet meer het Woord van God te zijn in den zin zooals de Kerk dat gelooft en belijdt. Zij, en bepaaldelijk de intellectueelen onder hen, hebben gehoord en ook kennis genomen van „de historische critiek". Nu zal ik niet ontkennen, dat de Schrift ook mij, voor wien zij in volstrekten zin Gods Woord is, moeilijkheden biedt. Maar „de historische kritiek", ook mij, het zij in alle bescheidenheid gezegd, niet vreemd, waarmee men ze denkt te boven te komen, ken ik als die waarvan, zooals ik u reeds zei. Prof. GUNNING aan de jongere generatie der Ethischen, toen die haar ging toepassen op de Schrift, verweet, dat zij „de naturalistische methode der modernen gevolgd was". Terecht schreef dan ook mijn ambtgenoot BAVINCK: „Historische critiek der Schrift vindt daarom alleen in zoover bij de gemeente tegenstand, als zij afbreuk doet aan de divinitas der Heilige Schrift, en daardoor het getuigenis van het kindschap Gods, de hope der heerlijkheid, de zekerheid der zaligheid ondermijnt."^) Terecht, want alle poging van de problemen waar de Schrift ons voor stelt op te lossen of ook maar te benaderen in een weg die aan haar divinitas afbreuk doet, verzwakt het gelooven, doet het weten omtrent God verloopen in meenen en het meenen in twijfelen. Tusschen het probabilisme van de religieusiteit veler intellectueelen der jongere generatie e n ' d e „historische critiek" kan ik dan ook niet anders zien dan een wisselwerking. En dit is te bedenkelijker, omdat weten wie God is het eenige middel is om aan het euvel van het probabilisme en daaruit opkomend eklekticisme te ontkomen. Men kan alleen zijn volle toestemming geven aan een vast vertrouwen op hetgeen men weet. Of men voor of tegen de Gereformeerde religie, ook voor mij „het Christendom van groote keur", kiest, het hangt er van af, wat voor een mensch men is. Maar dit laatste hangt af van hooger kiezing. Wie er toe verkoren is, zal er ook toe komen, doch hij houdt, voor zoover dat aan hem staat, dit komen tegen, zoolang

MïïiSr

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1919

Rectorale redes | 72 Pagina's

Religieus eklekticisme - pagina 58

Bekijk de hele uitgave van maandag 20 oktober 1919

Rectorale redes | 72 Pagina's