GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 132

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 132

Rede bij de 54ste herdenking van de stichting der Vrije Universiteit te Amsterdam

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

124 B. Croce voorstelt. Deze antisgodsdienstige wijsgeerige aesthe* ticus verzette zich in zijn Estetica come scienza deU'espressione (Ie dr. 1901, 5e dr. 1922) tegen de „metafisica positivistica ed evoluzionistica", die ook slechten invloed had op de taalweten* schap; a.w.' 433, 449. Meillet, Vossler's Frankreichs Kultur^ (1921) besprekend, juicht het toe, dat deze school uitgaat van een taal, die voor een groot deel product is van den menschelijken wil, en van menschelijke kunst; zoodat ook juist de litteraire taal vooral haar aandacht trekt. Buil. Soc. Ling. 1931, 129 vlgg. — Over het karakter en de waarde der litteraire taal vgl. ook Meillet, Apergu d'une Hist, de la langue grecque; en inzonderheid het daarop geïnspireerde artikel van B. Havranek, Influence de la fonction de la langue littéraire... in Travaux du eerde ling, de Prague I (1929) 106 vlgg. Schoon handelend over het Tsjechisch, is het ook voor niet^Slavisten leerzaam. („Langue littéraire" hier zeer ruim te nemen als taal van heel het hoogere intellectueele en cultureele leven, die uiteraard geschreven taal is, of anders openbare voordracht, 108). Zoowel in de grammaticale construe* tie als in den woordenschat blijkt het eigen karakter; zij is veel meer synthetisch, complex, met veel abstracta, en groote ver* scheidenheid van bijzinnen en zinsverbindingen; daarentegen veel minder affectief dan de „langue courante et populaire" (om* gangstaai); enz. Dat er werkelijk niet in Nederland alleen verschil is tusschen schrijftaal en spreektaal, moge (voor wie 't noodig heeft) Vossler hier nog getuigen: in Frankrijk bemiddelt de taal tusschen maat* schappij en literatuur, in Italië en Duitschland valt zij in den om* gang tot dialect uiteen, maar wordt in de literatuur aldoor weer tot eenheid en zuiverheid opgeheven. „Umgangssprache und Kunst* sprache klaffen in Deutschland und Italien weiter auseinander als in Frankreich", maar het is een verschil in graad. De schei* ding is overal. En „der Versuch, sie aufzuheben durch Fabrizie* rung einer reinen, ausschliesslichen Umgangssprache, führt auf den toten P u n k t " . . . Dan moet men bij het Esperanto terecht komen, waarbij echter ook de „esperanto*gezindheid" hoort! (vgl. 247). Vossler acht schoonheid en nuttigheid, het ornamen* tale en het doelmatige, in juiste verhouding, beide voor den wel» stand eener taal van het grootste belang; hij ziet ook de moge* lijkheid, en werkelijkheid, van verwildering en verval (247*257). Auf sat ze z. Sprach'philos. 259. W a t „goed" is, valt in Frankrijk en in Spanje gemakkelijker uit te maken, dan in Italië en Duitsch* land, zegt V. elders: want de eerstgenoemde landen hebben „un buon fondo di grammatiche accademiche"; Il Concetto della Gramm. a.v. 30. — Ondanks Vossler zou men tot een groot onder* scheid tusschen Fransche spreek* en schrijftaal moeten besluiten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1934

Rectorale redes | 142 Pagina's

Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 132

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1934

Rectorale redes | 142 Pagina's