GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Oud-Testamentische profetie en de staat Israël - pagina 16

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Oud-Testamentische profetie en de staat Israël - pagina 16

Rede bij de 69e herdenking van de stichting der Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

uit het land van den opgang en uit het land van den ondergang der zon; en Ik zal hen terugbrengen, zodat zij wonen in Jeruzalems midden; en ze zullen Mij ten volk, en Ik zal hun ten God zijn in trouw en gerechtigheid"^^). Maar waarop slaat deze belofte? Is het aannemelijk dat zij betrekking heeft op een terugvoering uit een ballingschap, die in Zacharia's dagen nog niet over het volk gekomen was, en waarvan deze profeet nog met geen woord melding heeft gemaakt? Ligt het niet voor de hand, dat hier te denken is aan terugkeer uit de destijds nog bestaande ballingschap — want, al waren er een aantal ballingen op grond van het door Cyrus uitgevaardigde edict teruggekeerd, er waren nog heel wat in het vreemde land achtergebleven. Daarom bidden de teruggekeerden in Psalm 126, nadat zij eerst geroemd hebben van de grote dingen die de HEERE bij hen heeft gedaan: „HEERE, wend ons lot als beken in het Zuiderland" ^^), met een beeld, ontleend aan de groenende en bloeiende weelde die in den regentijd in de eerst zo dorre Nêgêb ontspruit, en waarbij zij denken aan een rijken toevloed van de nog in den vreemde vertoevende volksgenoten; in de hoop daarop zingen zij : „Wie met tranen zaaien zullen met gejuich maaien. Hij gaat al wenende voort die den zaadbuidel draagt; voorzeker zal hij komen met gejuich, dragende zijn schoven" ®'') Dat de profetie van Zacharia in denzelfden zin is te verstaan, blijkt uit het gehele verband. Zij vangt aan met de verzekering, aansluitend bij vroegere uitspraken, dat de HEERE voor Sion is „ontbrand in groten ijver" en tegen haar vijanden is „ontstoken in grote gramschap"*^). Dat ziet op den zegen dien God aan Sion in het aanvankelijk herstel door den terugkeer uit Babel geschonken heeft. Daarna volgen verdere beloften: dat de HEERE naar Sion terugkeert en in Jeruzalem zal wonen, dat er weer oude 14

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1949

Rectorale redes | 52 Pagina's

De Oud-Testamentische profetie en de staat Israël - pagina 16

Bekijk de hele uitgave van donderdag 20 oktober 1949

Rectorale redes | 52 Pagina's