GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

CALVIJN EN DE ASCESE.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

CALVIJN EN DE ASCESE.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

II.

Hoofdstuk IV.

Het Vasten.

Geheelontlioiucling Aran .al'koholiscih© dranken is een gedeeltelijk' vasten. D'a.arom m'oet tüaJis onderzoiclit wolden hioe volgens Cailvijii de H. Schrift oordeelt over bet vasten. In 't aJgemieen nu k'an gezegd worden, dat de tervormer liet vasten begcjiouwt als een aanliangsel van 't gebed. Het is niet miaar een Oud-teista|mlentisclie maatregel geweest, waarmiede God Israël wilde opvoeden, m'aar God keurt biet vajsten nog altijd goed, wanneer het met liefde is verbonden i).

Trouwens de .O.-Test. cereimoniën zijn voor Calvijn meer da, n paedagogisehe middelen. Een scttilder, zegt hij, begint bij een portret niet met levende lj]euren, ., n)jaaj, hii teekent eerst met houtskool grove en duistere lijnen. Alzoo is er onder de Wet een ongepolijste en grove vertooning van Christus geweest. Thans onder het N.-Testament wordt Christus in de Sacramenten naar het leven uitgedrukt en gezien. Daarom zijn de oude instellingen met de komst van Christus vervuld. Maar de Wet Gods wordt schandelijk verminkt door hen, die het doode lichaam der letter aangrijpen en de ziel daarvan verwerpen.

De Papisten vereeren Ji'et vasten als het voornaamste deel van den dienst van God. Dit is een grove dwalinig. De ware godzaligheid en de heiligheid der' christenen is niet gelegen in spijs en drank en kleeding. En werpt men ons tegen, dat de dartelheid des vleeschies bedwongen wordt.door lifet vasten, zoo kan mjen eintwoorden, dat dit enkel een voorwendsel is, waarmee zij hunne ongoddelijfce tyrannieke, onnutte en beuzelaehtige wetten aanprijzen ^).

Wat is dan de .ziel van het O.-Test. gebod om nu en dan te vasten? En welke is de regel daarvan voor het N. Testament? Hierop antwoordt de benrormler, 'dat liet vajsten behoort tot de taid'detoiatige dingen. Het verdient op zichzelf genoimen geen lof, in, aar kïijigt dien door het doel van Jiet Tasten.

Nü 'zijn er versicihillende idoeleinden van Ih'et vasten, 't VoomaamBte doel daarvan is, dat het dient tot «en prikkel bij bet gebed, om den toorn Gods af te bidden of om; zijn berouw van de zonde pleclitig te betuigen.

Matigheid en vasten zijn niet hetzelfde. Matigheid is een aanhoudende vasten, zoodat men zich niet te buiten gaat aan spijze en drank'; niet al te zeer toegeeft fian de zucht tot lekkernijen, opdat de weelde niet den geest overweldige en'het licihaam Terzwakke.

Maar het vasten dient tot een teeken van rouw, tot oefening van nederigb: eid, doiordat de geloovigen zich vrijwillig een. wet van bet vasten opleggen, als ze eenig teeken gevoelen van den toorn Gods. Aldus ATuren zij zich, aan toit bidden, en beken; nen voor de geheele wereld schuldig te zijn in het oordeel Gods 3).

Hieruit nu kan men afleiden, dat Calvijn bet Tasten van bedwelmende dranken in • onze dagen ^0)1 aanbevolen hebben, indien hij nog leefde. Als Gods vier booze gerichten, oorlog, pestilentie, honger en revolutie ons treffen, leeren wij terstond W onszelven in te beeren, en naar de oorzaak Tan Gods ^liamscbap onderzoek doen, zegt hij. Als ^^ alleen zien op het zwaard of.de pest of den ™nger, zijn we Jgelijk aan een hond, die alleen Ziet op den steen, waarmee hij wordt geworpen*).

En het inkeeren tot onszelven bij de openbaring van Gods toorn, beschrijft de hervormer aldus: Bij een nederlaag of een volk'sgevaar waren zakken (rouwtleederen) en vasten algemeen in Israël, om daardoor schuld te bekennen en Gods toorn af te bidden. Werd iemJand door een .private raim'p getroffen, zoo prikkelde hij zich door deze iniddelen tot Aiiriger (gebed. Wel telleji wij zak' en asch onder de wettelijke ceremoniën, maar het gebruik van het vasten blijft voor ons hetzelfde.

De tijd, die wij doorleven is ongekend in de historie. Reeds gedurende •eenige jaren teistoien de vier gerichten 'Gods het eene land na het andere. Voor de geloiovigen is bet nu de tijd om te bidden, niet om in weelde te leven. En zij, die bidden voor het behoud des volks, kunnen den prikkel van het vasten, 't zij geheel of gedeeltelijk', niet missen. Zoo dringt hij dus indirect aan op geheelonthouding van wijn enz., met bet oiog óp den tijd, waarin wij leven. Want, zegt bij, dit is het ware vasten, , dat men zich beteugele, spaarzameilijk ete, enkel tot nooiddruft, en dat men tevreden zij met zwart brood en water'). Matigheid toch is geen vasten, want mlatigheid beveelt God ons gedurende ons geheele leven. Maar in tijden van nood, en dat zijn de onze, beveelt Calvijn een gedeeltelijk' vasten aan, als prikkel tot het gebed. De' geheelonthouding van .alkoholiscbe; dranken ligt dus op den weg van hen^ die zichiwoor „God verootmoedigen vanwegte de volkbzonden en die smeeken om de afwending van Gods oordeelen.

Hoofdstuk V.

Het verbod van wijn voor de priesters.

„Wijn en steAen drank zult gij niet drinken, gij noeh uwe zonen toet u, wanneer gij intreedt in de tent der samenkota'st, opdat gij niet sterft" ^). Bij dezen tekst teekent Calvijn aan, dat God Zich hier vergenoegt met het verniatnen tot een tijdelijke onthouding. Hij wil niet door onmatige hardheid een afkeer tegen het dienstwerk opwekken. De bedoeling Gods mtet deze wet is alleen geweest, dat de priesters onderscheid zouden mak'en tusscben het reine en het onreine en opdat zij gezonde uitleggers der wet zouden zijn.

Het experimienteel onderzoek leert, dat sterken dranli^ na eenigen tijd ons nienschelijk' hersenapparaat zoodanig vermpeit, dat het niet in staat is tot een helder Oiordeel. Dit wist Calvijn ook' reeds, want hij verklaart, dat de wijn de kracht des verstands en de-zuiverheid des oordeels opheft. Hieronymus denkt hier , aan luiheid, die ontstaat door een vette buik. Ma^J' Calvijn wijst er op, dat er wel vette menseben zijn met een wakker verstand, terwijl dronkaards vaak mager zijn. Een verbod .om veel te eten was niet zoozeer noodig' voor de priesters, volgens hem^, omdat de verzadiging vanzelf een einde |maakt aan de vi-aatzucht. Maar van het drinken js geen maat, als de begeerte naar wijn den m'ensch overheerscht.

Doch waarom' liet God het volk vrij om' wijn te gebruiken, en de priesters niet? Op' deze vraag a, ntwoordt de hervormer, dat gieen enkele regel den priesteren verbood wijn nabij den Tempel te gebruiken, als zij geen dienst badden. Maar aJs zij op dienst waren, onttrok God hen aan de gewone leefwijze, omdat zij de middelaars waren tusscben God en Zijn volk''). Zij stelden Christus' persoon voor, waiit met 't oog op bun ambt werden zij zelfs boven de Engfelen gesteld, 't geen alleen mogelijk was als zij het beeld waren van Hem, die het hoofd der Engelen is 8).

Nu wil Christus zich niet laten vertegenwoordigen door dronken, menseben. Maar ook niet door onmatigen. En aangezien nuchterheid het voornaamste deel is van een matige leefwijze, beperkte God Zijne priesteren hierin het meest.

Ook ziet dit tijdelijk verbod van wijn op hun leerambt. Hun geheele leven behoorde in onthouding te zijn, omdat zij als leermeesters altijd aan bet hoofd des volks stonden om het te onderwijzen. Op dezelfde wij^e verbiedt de H. Schrift aan de opzieners der N.-Test. Kerk niet alleen dronken­ schap, maar ook alle onmatigheid in het drinken. Zulks is niet alleen een herder onbetamelijk, maar bet brengt ook vele booze dingen mede, zooals gekijf, ongeschikte gebaren, dartelheid en andere dingen, die niet noodig zijn te verhalen.

In 1 Tim. 3:3 staat tegenover „genegen tot den wijn", bet woord „zedigi". Hierbij merkt Calvijn op, dat ChtyBostomus terecht menseben van wijnzuchtigen en wreeden aard uitsluit van het opzienersambt, want zedigen zijn zacht van gemoed. Inzonderheid waarschuwt de H. Schrift tegen de libertijnsche leeraars"). „Met vollen mond niets anders roepende dan den óeest len geestelijke dingen, alsof zij boven de wolken donderden, zoo-betooveren zij vele lieden. Alle dingen nemen zij op in gek' en spot. En hoewel zij gansch' ongeschikt zijn, zoo zijn ze nochtans door ik weet niet wat boertigheid bij de htinnen zeer aangenaam, omdat, ze tot alle zonden den toorn vieren. Hun voorneinen is, dat men geen onderscheid-'mak'ende tusscben goed en kwaad, alle ding vrijelijk doe, en dat de menschen onder geen .geboórzaainbeid nocli wetten staande, blin wellust volgen." Hierom' is deze brief (van Petrus) wel nuttig voor onzen tijd.

Voor leeraars en-ouderlingen geldt bet woord: Zijt nuchteren en waakt", 1 Petrus 5:8. Hierbij tee'fcent Calvijn aan, dat brasserij traag en slaperig m'aakt. Alzoo ook, die zich verdrinken in de zorg en wellusten, die als overzopen zijn van hunne gfeestelijke dronkenschap, die hebben geen nadenken.

Hoewel Calvijn zulks niet voorschrijft, ligt het toch' op de lijn van zijn betoog', dat leeraars en opzieners zich zullen onthouden van \vijn en sterken drank, wanneer zij bezig zijn in religieuse dingen. Niet uit dwang, maiar door vrijwillige beperking van htm vrijheid. Voor de leeraars in dezen tijd blijft er dus geen gelegenheid over otai: drank' te gebruiken, want de zorg der gemteenten is van dien aard, dat zij bijna altijd dienst hebben. Het 'geestelijk karakter van hhn werk mjaakt ben tot gebeelonlbouders. '


1) Jes. 58:5. 2) Coll. 2:16—23. 3) Dan. 10:3. i) Ezech. 14; 22. Inst. Ill, 4, 11. Inst. Ill, 3, 17. ^) Dan. 10:3. c) Ler. 10:9. •') Amos 2:12. ») ESOKI. 28:1. 9) 2 Petrus 2:18.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 maart 1923

De Reformatie | 8 Pagina's

CALVIJN EN DE ASCESE.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 maart 1923

De Reformatie | 8 Pagina's