GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

J. H. Boas, „Israel’s Uur”. Roermond. 1924. — J. J. Romen & Zoon.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

J. H. Boas, „Israel’s Uur”. Roermond. 1924. — J. J. Romen & Zoon.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wat de Roomsche kerk voor de zending doet, interesseert ons, gereformeerden, haast vanzelf-Niet alleen heeft de Roomsche zendingsactie die van ons taeennalen op het terrein zelf ontmoet, en — het wordt den. laatsten tijd nog al eens opgehaald — ook wel eens bemoeiliijkti'; maar ook heeft nog pas een tot het Protestantisme overgegane priester-missionaris der Roomsche kerk in spreekbeurteh, die ook in gereformeerde kerkgebouwen gehouden zijn (ik bedoel den heer Dols), over de Roomsche zending dingen verteld, die gereformeerde ooren nu niet aanstonds kunnen streden. Met name - wat de verwantschap aan het boeddhisme in bepaalde gebruiken betreft.

Zonder dat men nu aanstonds afgaat op dergelijke berichten, wekken toch verhalen van zulke strekking voor de Roomsche missie belangstelling; temeer, waar het in het bovengenoemde boek de Roomsche zending onder de Joden betreft. Onze eigen arbeid onder de Joden is den laatsten tijd bizonder gegroeid en mocht op twee eminente krachten beslag leggen. Bovendien' is er in dit bpek een ander elemenï, dat de aandacht! spant: de schrijver is zelf een bekeerling van Rome; uit het Jodendom ging hij heen en vond de kerlq van Rome-

verhaal is gezond; deze zeelucht zal de jongens opfrisschen.

Misschien zal „De Saambinder" weer toornen, als wij "het zeggen; maar toch is het weer waar: at het begin van dit boek met eenige wijziging door een gereformeerde kon geschreven zijn. Het geeft een bloemlezing uit de Schrift, waarin beloften voor het Jodenidom; worden genoemd; en in alle trilt iets na van hot onder ons tot gevleugeld woord geworden: Gij blijft mij onvergetelijk". De schrijver neemt — en daarin vindt hij de gereformeerden weer tegen zich —• e? n chiliastisch standpunt in; want, al doet hij het met de noodigei reserve, toch verklaart hij grond te hebben voor de; verwachting, dat zijn uitzien naar den Jordaan en het land der vaderen niet vergeefsch zal zijn. De vertaling van Romeinen 11:16—18 is dan ook anders dan wij meenen, dat ze luiden moet; de goede vertaling van deze perikoop sluit de chiliastische opvatting uit, gelijk de oppervlakkige lezing ze aanmoedigt. Aan onze zïjde staat evenwel de auteur weer, als hij van het Zionisme weinig of niets verwacht voor Israels geestelijke toekomst; en van de opvoeding van do kinderen der Joden op de openbare school verwacht hij voor hun godsdienstige vorming in hét geheel niets positiefs; alleen de negatie. Wat hij schrijft over de straf, die God het Jodendom deed ondergaaii, en de onchriste^ lijke beulswerken, die „christenen" (de aanhalingsteekens zijn van mij, en hadden meer duidelijk vanden schrijver moeten zijn) tegenover de Joden zich veroorloofden, kon ook door ons gezegd zijn-Van den invloed van het Jodendom op de politieke en andere machten in de samenleving verwacht hij nog veel kwaad; inzonderheid magonnieke invloeden ziet hij hier aan het werk. Teekenend, — hoewel geheel in de lijn der liefde voor den zendingsarbeid, die in onze zendingslectuur zich op gelijke •wijze uit — is het omstandig verhaal van „bekeeringen" tot Rome van Theodore en van Alphonse Ratisbonne, pater Hermann, Paul Libennann, Isidore Goschler, Hugh Lsraelowicz Angress. Natuurhjk is de auteur hier een onvervalsch woordvoerder speciaal voor Rome.

Het werk is verre van volledig en Ujdt zelf eenigszins onder het gebrek aan systematische inkleeding. De auteur erkent het trouwens zelf-Maar het is overigens heel goed geschreven; men ziet niet alleen dei schaduwzijden, maar ook de lichtzijden van de eerstel liefde van eiken bekeerling. Wie van de Roomsche zending kennis nemen wil — en de zendingsstudie zal daaraan wijs doen — die kan van dit werk ook veel Imeenemen dat hem aan het denken brengt voor de taak die wij gereformeerden ook op ons genomen hebben tegenover Israel. Uit de overweging vooral daarvan kan ik tot een aanbeveling van de lezing van Boas' werk met zijn fijn-gekozen titel gemakkelijk en gaarne concludseren.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 juni 1925

De Reformatie | 8 Pagina's

J. H. Boas, „Israel’s Uur”. Roermond. 1924. — J. J. Romen & Zoon.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 juni 1925

De Reformatie | 8 Pagina's