GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PERSSCHOUW

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PERSSCHOUW

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

De nationaal-socialisten over „de officiëele kerk".

Via 'Geref. Kb. Zwolle citeer ik uit „Volk en Vaderland", het meest bekende blad der N. S. B.:

„De redders van het volk" (dat zijn dan de N.S.B.ers!) „ontmoeten op hun weg de leiders der Kerken.

In dien strijd voor de wederopstanding van het volk staan altijd: recht tegenover terreur, licht tegenover duisternis, waarheid tegenover leugen.

Toen Jezus Christus Zijn strijd van waarheid tegenover de leugenmachten streed, vond hij ook „de officiëele Kerk" tegen Zich gekant en Zijn grootste tegenstanders waren de, aan het volk ontgroeide, klieken, die zich door list en bedrog wisten te handhaven: . de farizéers en schriftgeleerden.

Ook toen was er reeds kerkelijke terreur."

, Het strookt aUes met 'de gewoonte van den heer Mussert, die zijn kerkelijke tegenstanders „farizeërs en schriftgeleerden" scheldt. En iet is even dom, en even onzedelijk, als het jongste strooibiljet, waarmee de N. S. B. de 'devaluatie van den gulden heeft aangeprezen voor een aanval op de regeering en een verheerlijking van zichzelf.

„Duelleeren".

Ds A. M. Boeijinga schrijft in Geref. KW. Haarlem:

In het onderling persverkeer onzer kerkelijke bladen noemt tegenwoordig de polemiek, of te wel pennestrijd, een tamelijk groote plaats in. Daartegen is geen enkel redelijk bezwaar in te brengen, want over de Waarheid zal altijd door gedacht en gesproken en geschreven moeten worden om haar al meer te benaderen. Dat daarbij, ook onder hen, die op den grondslag van eenzelfde belijdenis staan, soms verschillen van inzicht zich voor doen, ligt voor de hand. Zoo deze maar blijven binnen de belijdenis en haar perken niet te buiten gaan, is er geen enkel gevaar te duchten; integendeel, zulke gedachtenwisseling kan ons niet anders dan verder brengen in de kennis en de belijdenis van den diepen zin der waarheid Gods.

Mits deze gesprekken maar grondig en ernstig gevoerd worden!

Grondig. Daaraan beantwoordt iemand niet als hij blijk geeft, zonder degelijke kennis van Schrift, belijdenis en historie, alleen maar een Athener te zijn. (Hand. 17:21.)

Ernstig. Ter synode deed iemand een verhaaltje van een Hollander, die in Frankrijk met een tegenstander duelleeren zou. Plaats en tijd voor het duel werden afgesproken. Daarbij zei de Hollander: als ik er morgenochtend op het afgesproken uur nog niet ben, dan begin je al vast maar!

En die geestigheid paste deze spreker op zichzelf toe. Maar dit aardigheidje is toch wel gespeend aan allen ernst. Als een ander zich uitslooft om grondige argumenten aan te voeren tegen wat deze spreker zelf in een bepaald opzicht had beweerd, is het wel erg gemakkelijk om te zeggen: ik ga er niet op in, ik verschijn niet op" de kampplaats, je vecht maar alleen. Doch dit is óf laf, óf een bewijs van gebrek aan verweer. En deze spreker heeft dan ook niet kunnen verhinderen, dat in onderling gesprek ter synode deze conclusie op staande voet gemaakt is.

„Erger dan vóór Assen"?

Ds A. M. Boeijinga schrijft in hetzelfde orgaan :

Laat me alleen mogen herinneren, dat Prof. Kuyper heeft betoogd, dat hij den toestand onzer kerken zeer ernstig inziet. En zijn zienswijze heeft hij in een vurig betoog nader uiteengezet.

In zijn beschouwingen vond hij echter allerminst .de, instemming van de heeles. synode. Velen hebben van een heel ander gevoelen doen blijken.

Om alleen maar Dr Dijk, die het vertrouwen van al onze kerken heeft, te noemen. Deze betreurde het „dat er dingen gezegd zijn, die het hoofd doen wenden in bepaalde richting" en hij „waarschuwde er tegen, sommigen in den hoek der verdachten te zetten".

Het is ook wel bevreemdend, dat deze zaak op eens zooveel belangstelling kreeg en allerlei gevaren ontdekt werden. Zeer terecht merkte Dr Dijk op: „Geen enkele mindere vergadering heeft deze zaak ter synode gebracht en als het voorstel Polman—van de Vegt niet (t ij d e n s de zittingen, B.) ter synode was gebracht, had het geen onderwerp van bespreking uitgemaakt".

Ik heb onze „Synode-indrukken" ook over deze aangelegenheid expres achtergehouden, omdat ik van plan ben na het einde der Synode een bepaald voorstel te dct& a. Ik wil niet daarop invloed oefenen ten kwade door ontijdige besprekingen in de pers. Maar ik hoop het mijne er nog over te zeggen in ons blad. Waar­

schijnlijk volgende week.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 oktober 1936

De Reformatie | 8 Pagina's

PERSSCHOUW

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 oktober 1936

De Reformatie | 8 Pagina's