VAKWETENSCHAP EN PRAKTIJK

Het sterilisatie-vraagstuk.

VIL

In het vorig artikel hebben wij uiteengezet de reden waarom men in de toekomst niet alleen een quantitatieve, maar ook een qualitaüeve degeneratie van de volksgemeenschap vreest. Om deze catastrophe te voorkomen is er maar één afdoend middel, n.l. de voortplanting van al die minderwaardigen te verhinderen. Langs verschillende wegen echter kan men dit doel, frustratie geheeten, bereiken.

lo. Vooreerst zou men kunnen uitvaardigen een huwelijksverbod voor de minderwaardigen. Veel effect zal deze maatregel niet sorteeren, daar Mermede buitenechtelijke geboorten vanzelf niet voorkomen worden. Behalve dit practische bezwaar zijn er aan dit middel 2 groote moreele bezwaren verbonden, n.l. het gevaar van toeneming van het leven in concubinaat en het niet minder groote gevaar van ©en toename der prostitutie. Een algeheel verbod van huwelijken van minderwaardigen is derhalve te verwerpen.

2o. In de tweede plaats zou men de progenituiu kunnen verhinderen door middelen, die de zwangerschap voorkomen. De anü-conceptioneele middelen echter bieden nooit voor honderd procent zekerheid. Bovendien zijn ze niet geheel onschadelijk en uit moreel oogpunt te verwerpen.

3o. In de derde plaats kan men nog een stap verder gaan en de nakomelingschap tegengaan door middelen, die de zwangerschap verstoren. Het spreekt vanzelf, dat deze middelen ten eenenmale onbruikbaar zijn. Niet alleen dat het opwekken van abortus, het dooden van het ongeboren individu, een rechtstreeksche zonde is tegen het zesde gebod en ons in aanraking zal brengen met den strafrechter, maar ook is een dergelijke ingreep

gevaarlijk, zelfs levensgevaarlijk, voor de vrouw, op wie hij wordt toegepast.

Alhoewel de volgende middelen in strikten zin behooren tot de sub 2o. genoemde middelen, zijn ze te belangrijk om niet apart genoemd te worden.

4o. In de vierde plaats zou men de voortplanting van de minderwaardigen kunnen "beperken door segregatie of scheiding der geslachten. Deze maatregel komt practisch neer op een voortdurende isolatie van man en vrouw. Tegen dit middel voert men vooreerst aan het bezwaar, dat deze maatregel neerkomt op een vrijheidsberooving van het individu. Toch beteekent afzondering hier volstrekt niet eenzaamheid. In Denemarken heeft men in deze richting een proef genomen, welke voortreffelijk geslaagd kan heeten. Op één der kleine eilanden in de Groote Belt, Sprogö geheeten, heeft men een tehuis voor zwakzinnige meisjes gesticht. Hier leven deze meisjes een vroolijk en onbekommerd bestaan en verrichten er allerlei land- en tuinbouwwerk. Volkomen omringd door de zee is het mogelijk te waken voor eventueel mannelijk bezoek, terwijl anderzijds het bezoek van vrouwelijke familieleden de eentonigheid van het bestaan breekt. Een dergelijke isolatie-inrichting voor mannen bestaat op het eiland Lisö. Een ander bezwaar, dat m.en tegen den segregatie-maatregel aanvoert, is de enorme financiëele kosten, die dit met zich medebrengt, indien men alle minderwaardigen op dergelijke wijze zou willen isoleeren. Inderdaad zou dit, althans in onzen tijd, financieel niet wel mogelijk zijn.

5o. In de vijfde plaats kan men radicaal te werk gaan en door middel van castratie, het geheel verwijderen der geslachtsklieren, de procreatie opheffen. De castratie gaat echter met zulke ingrijpende veranderingen in het lichaam en in den geest gepaard, dat ook deze maatregel als absoluut onbruikbaar gequalificeerd moet worden.

60. Ten slotte kan men de nakomelingschap verijdelen door sterilisatie, volgens de meeste voorstanders der moderne eugenetica het middel bij uitnemendheid. Volgens hen heeft de sterilisatie boven al de genoemde andere maatregelen en middelen de volgende voordeden:

a) Allereerst biedt deze ingreep honderd percent zekerheid, hetgeen, wil men althans het doel bereiken, dat men voor oogen heeft, absoluut geeischt moet worden.

b) Ver\'olgens is het middel goedkoop, want na den ingreep keeren de patiënten in de maatschappij terug. Tegenover de segregatie of afzondering is dit een enorm financieel voordeel.

c) De ingreep is in de derde plaats technisch gemakkelijk uitvoerbaar en heeft een practisch te verwaarloozen mortaliteit. De man is reeds 5 a 6 dagen na de operatie arbeidsgeschikt, de vrouw iets later, nl. 2 a 3 weken. Hoewel nog geen juiste mortaliteitscijfers bekend zijn, worden deze zeer laag geschat.

d) In de vierde plaats geeft de steriüsaüe geen physische of psychische veranderingen. Na de operatie zijn de patiënten in geen enkel opzicht veranderd; de meeste patiënten zijn dan ook volkomen tevreden.

e) In de vijfde plaats blijft bij sterilisatie de individueele vrijheid gehandhaafd. Ook dit is een niet gering voordeel, want hoe aangenaam de genoemde isolaüe-inrichtingen ook zijn ingericht, een ver-blijf in de eigen omgeving is toch. verre te verkiezen.

f) Ten slotte zou volgens sommigen de abortus provocatus door dezen maatregel afnemen.

Ziedaar de gronden, waarop de moderne voorstanders van rasverbetering de sterilisatie van minderwaardigen verdedigen. Zoowel nu tegen dit negatieve doel der eugenetica, het voorkómen van minderwaardige progenituur, als tegen het middel, de sterilisatie, hetzij deze vrijwillig geschiedt, hetzij gedwongen door de Overheid, zijn vele bezwaren aan te voeren. Met de bespreking van deze bezwaren willen wij deze artikelenreeks over het zoo uitermate belangrijke en interessante vraagstuk der sterilisatie besluiten.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen